27 JUNI 1996
481
een puntje, waarin ik de heer Maas volledig kan ondersteunen, is het feit dat een aantal plannen
volledig ontbreekt. Ook op dat gebied hebben wij een aantal nare ervaringen gehad met de
schouwburg. Het feit dat er geen definitief ontwerp was bijvoorbeeld, toen werd begonnen met
de bouw van de schouwburg. In hoeverre gaat dat straks ook spelen bij dit gebouw? Is het de
bedoeling dat er straks, nadat wij hiervoor ƒ1,5 miljoen hebben uitgetrokken, dan ook een definitief
ontwerp aan de raad wordt voorgelegd, met daarbij een volledig kostenplaatje? Blijft het bij dit
magere cijferverhaaltje van 15.258.000,-- of krijgen wij daarvan nog een uitsplitsing? Ik heb
nog een vraag in de richting van het college. Hoe gaat het met de exploitatie? Misschien heb ik
er overheen gelezen in het voorstel, want het is normaal gesproken niet mijn commissie. Ik ben
daar later bij gekomen om de heer De Leeuw te vervangen. Maar in hoeverre komt die exploitatie
nu aan de orde in dit voorstel, want
De VOORZITTER
U heeft nog een halve minuut.
Mevrouw CROFT-MITTELMEIJER
Ik ben aan de afronding bezig, voorzitter. Dank u wel. Ik vind het fijn dat u voor mij op de tijd
let. In hoeverre komt de exploitatie nog terug in de nieuwe voorstellen die wij daarover krijgen?
Of komt deze helemaal niet meer terug? Is het gewoon datgene wat al eerder is vastgesteld, en
komt daar nooit meer iets bij? Komen hierin nog wijzigingen? Kunt u mij hierop antwoorden?
Wethouder GIELEN
Ik zal trachten de gestelde vragen zo kort mogelijk te beantwoorden. Mevrouw Boidin heeft het
over de ophoging van de exploitatie, die reeds in 1995 met 200.000,- was opgehoogd. Ook
toen was al voorzien dat er een exploitatiestijging zou komen naar een bedrag van 406.000,—
Echter, met dit voorstel besluiten wij daar niet toe. Dat is ook in de commissie uitgebreid aan de
orde geweest. Hiermee heb ik ook de laatste vraag van mevrouw Croft beantwoord, dat er een
externe doorberekening komt van die exploitatie-opgave en dat wij dat in een latere fase van het
project in ieder geval nog aan u zullen voorleggen. U constateert wel erg snel dat deprivatisering
op 1 januari 1997 een feit zal zijn. Dat is in ieder geval ons streven. Wij hebben min of meer het
groene licht van de beide besturen gekregen en wij zullen de komende maanden gaan gebruiken
om dat aan u te gaan voorleggen. Dit vraagt enige tijd, en vandaar dat het ons streven is om dat
per 1 januari 1997 te doen. Ook in de gemeentelijke organisatie is dat een prima moment om dat
in te voeren. Het is inderdaad jammer dat het niet eerder kon, dat ben ik met u eens. Er wordt
door diverse sprekers aangedrongen op de inhoudelijke verdieping van, zeg maar, niet alleen deze
organisatiestructuur, maar ook van de historische clustering. Ik heb in de commissie toegezegd
dat dit zeker onze aandacht heeft, en dat wij daaraan samen met de Bestuursdienst en straks met
de dienst Cultuur, als het museum daarvan deel uitmaakt, zullen gaan werken. Voor wat betreft
de toekomstige bestemming Vlaszak, de huidige locatie van het Gemeentearchief, kan ik zeggen
dat het college als uitgangspunt heeft geformuleerd dat de hoogst mogelijke commerciële opbrengst
daar zal moeten worden gerealiseerd. Onze gedachten gaan inderdaad uit naar de vestiging van
een winkelfunctie, maar wij willen daarover graag nog wat nadenken en dat doe ik zeker in overleg
met collega De Bruijn voor wat betreft de stedebouwkundige visie van die locatie. De heer Maas
brengt hetzelfde punt aan de orde, maar ik heb dinsdag gehoord dat hij daarover 's nachts nog
met zijn fractie zou gaan praten
De heer MAAS
Ik heb u nog gebeld om u te adviseren, maar u nam niet op.
Wethouder GIELEN
Dat lijkt mij sterk. Ik neem altijd op, mijnheer Maas. Maargoed, dat is u dan kennelijk niet gelukt.
De heer Maas betreurt de gang van zaken dat de commissievergadering zo kort voor de
raadsvergadering heeft plaatsgevonden. Ik kan niet anders dan constateren dat de datum van die
vergadering op uw verzoek op 25 juni was gezet. Wij hebben toen ook vastgesteld dat er dan geen