26 SEPTEMBER 1996
527
inkomen. Bijvoorbeeld alleenstaande ouders, gezinnen met kinderen en ouderen. Het langdurig
moeten rondkomen van een minimum-inkomen maakt dat de reserves uitgeput raken en een
schuldenproblematiek ontstaat. Natuurlijk heeft het Rijk een belangrijke rol te vervullen in de
aanpak van de armoedebestrijding, maar de lokale overheid kan onzes inziens meer dan een margi
nale rol spelen op dit terrein. In de commissievergadering zijn wij uitgebreid op de nota ingegaan.
Wij willen nu, in deze raad, nog bij enkele onderdelen van het beleid, die ook met name voor
de Begroting 1997van belang zijn, stilstaan. De Partij van de Arbeid heeft bij de kadernotabehande-
ling in maart van dit jaar gesteld dat Breda optimaal gebruik moest maken van mogelijkheden die
het Rijk zou bieden. Eén van die mogelijkheden is de verruiming van de bijzondere bijstand. In
de commissie hebben wij gesteld dat bestrijding van de armoede wat ons betreft een hoofdpunt
van beleid is. Bij zo'n belangrijke zaak, die breed leeft in de Bredase samenleving, kijkt u ook
naar de inspraakreacties, mogen wat ons betreft risico's worden gelopen. Wij hebben het college
uitgedaagd meer te doen in het kader van die bijzondere bijstand dan aanvankelijk in het
raadsvoorstel was opgenomen. Gelukkig heeft het college ons dringend verzoek, ondersteund door
meerdere partijen, serieus genomen, en wij zien straks bij de begrotingsbehandeling dat er ook
ruim 300.000,-- is uitgetrokken als een risico-inschatting voor extra uitgaven voor een aantal
groepen. In de uitwerking zal het, wat ons betreft, dus vooral moeten gaan om een aantal van die
kwetsbare groepen, die ik zojuist heb genoemd. Er zal met name met hen een koppeling moeten
worden gelegd, en aan die mensen een financiële tegemoetkoming moeten worden geven. En dat
is dan, denk ik, een categorale benadering, zoals de heer Schroder die bepleit bij de aanschaf van
duurzame gebruiksgoederen, zoals die wasmachine, die koelkast et cetera. Wanneer kunnen wij
de uitwerking van die verruiming tegemoetzien in de commissie? Die vraag stel ik aan het college.
Een tweede mogelijkheid die eraan zit te komen is de verruiming van de kwijtschelding naar 100
Wij beseffen dat dit behoorlijk wat gaat vergen van de financiële capaciteit. Van de Partij van de
Arbeid mag worden verwacht dat zij ook hier haar inbreng zal leveren om optimaal de mogelijkheid
te benutten die het Rijk aangeeft. Dat betekent dus ook dat wij bij de komende programmaonderhan
delingen er alles aan zullen doen om ook in Breda die 100% te bereiken. Bijkomend aspect, en
dat is toch niet onbelangrijk, is dat, als we eenmaal die 100%-grens zullen hanteren, we zouden
kunnen overgaan tot het automatisch kwijtschelden. En dat zou betekenen dat de mensen niet meer
een papierwinkel hoeven door te werken. Als ik kijk naar een rapport dat gisteren in de Volkskrant
is gepubliceerd over het kwaliteitspanel van Rotterdam, dan zie ik dat het rapport toch rept over
hoge drempels die mensen ervaren bij de Sociale Dienst, als zij vragen naar bijzondere bijstand,
kwijtschelding et cetera. Daarom denk ikdatjuistdiemogelijkheid van automatische kwijtschelding
ontzettend belangrijk is, en dat we dan wellicht ook een koppeling kunnen krijgen naar meerdere
voorzieningen en ook een veel klantvriendelijkere aanpak gaan krijgen. Vooruitlopend daarop
zou ik het waarderen als we alvast eens, in voorbereidende zin, bekijken of die mogelijkheid in
Breda kan worden onderzocht. Kan het college dat toezeggen? De BredaPas. In de eigen
armoedenotitie van de Partij van de Arbeid hebben wij al voorgesteld om de pas alleen nog voor
de minima uit te geven en de aangeboden kortingen met name te richten op de voorzieningen die
door de belangenorganisaties en de mensen zelf worden genoemd, en die juist die maatschappelijke
deelname vergroten. Wij denken daarbij vooral aan de Bibliotheek, de zwembaden en bijvoorbeeld
ook aan voetbal. Wij vinden dat er bij de komende programmaonderhandelingen een stevig debat
moet worden gevoerd over de vraag of de compensatiegelden, die 300.000,—, die nu zijn
uitgetrokken voor de BredaPas, wel toereikend zijn. Als ik kijk naar de Bibliotheek is die alleen
al goed voor 200.000,—, dus wij zullen daarover in de toekomst met elkaar moeten praten. Als
straks de nieuwezwembaden zijngebouwd, dan vind ik, rekening houdend met de toegangsprijzen,
dat er behoorlijke kortingen verleend zullen moeten gaan worden voor de mensen met een
minimum-inkomen. Maar ook het particulier initiatief kan een bijdrage leveren. Als ik zie dat Circus
Renz nu met een BredaPas een aanzienlijke korting kan geven op de toegangsprijzen, dan denk
ik dat ook een instelling als de voetbalvereniging NAC daartoe zou moeten worden uitgedaagd.