26 SEPTEMBER 1996 551 De VOORZITTER Dat kan. Zullen wij het combineren? Is iedereen het daarmee eens? Akkoord. 203. MILIEUVERSLAG 1995, WEGWERKEN ACHTERSTANDEN IN DE HANDHA- VIN GS CONTROLES 204. MILIEUBELEIDSPLAN 1996-1999. De heer MAAS Graag wil ik met het GMP-2 beginnen. Met de instemming van de fractie GroenLinks is het GMP-2 meer uitvoeringsgericht. Na het GMP-1 is er nu geen behoefte meer aan verheven beleids doelstellingen. Wel is er behoefte aan een raamwerk voor een plan van aanpak. Dat raamwerk is er, en stemt in hoofdlijnen tot tevredenheid. Op een tweetal punten heeft mijn fractie in de commissie een aantekening gemaakt. Het betreft het mobiliteitsbeleid en het beleid ten aanzien van afvalpreventie. Allereerst het mobiliteitsbeleid. Het beleid met betrekking tot de beperking van de groei van de automobiliteit is de afgelopen jaren onvoldoende uit de verf gekomen. Er is een sterke inspanning nodig om de doelstelling uit het GMP-1, die nu ook in het GMP-2 is geformuleerd, namelijk een beperking van de groei tot maximaal 20% in 2010 ten opzichte van 1990 te realiseren. Wat mijn fractie betreft mag dit percentage, dus die 20% groei, wel wat lager, maar ik erken dat dat een non-discussie is. Met het geformuleerde pakket aan maatregelen zal zelfs deze, voor ons, te ruime doelstelling niet worden gehaald. Mijn fractie heeft elke gelegenheid aangegrepen, grijpt elke gelegenheid aan en zal ook in de toekomst elke gelegenheid aangrijpen om de doelstelling met betrekking tot de beperking van de groei van de automobiliteit toch te reali seren. Het tweede punt betreft de afvalpreventie. Ik moet constateren dat het beleid met betrekking tot de afvalpreventie, en nu kom ik vanzelf op het Milieuverslag 1995, totaal niet van de grond is gekomen. Dat stelt teleur. Ik heb daarom een voorstel gemaakt om toch op vrij korte termijn al iets aan afvalpreventie te gaan doen. Dat voorstel heb ik verwoord in een motie. Afgelopen zondagavond hebben alle fracties en de wethouder die gekregen. Het voorstel behelsthet stimuleren van het thuis composteren door middel van voorlichting. Ik denk dat er aan thuis composteren grote voordelen zitten. Ten eerste hoeft er minder op en neer te worden gereden met GFT, dat is prettig voor het milieu en ik denk dat het prettig is voor de burger. Omdat er minder GFT wordt aangeboden aan de composteringsinstallaties verwacht ik dat de afvalstoffenheffing minder omhoog kan, misschien gelijk kan blijven, of zelfs in de toekomst omlaag zal kunnen. Ik heb bij die motie, die ik aan de fracties heb aangeboden, een boekje gedaan door middel waarvan dat thuis composteren zou kunnen worden gestimuleerd. Ik heb bij die motie ook nog een verhaaltje geschre ven, wat inhoudt dat vergelijkbare projecten, onder andere in Den Bosch, buitengewoon succesvol zijn verlopen. Dat heeft niet alleen geleid tot het minder aanbieden van GFT en daardoor minder kosten voor de gemeente, maar het heeft ook geleid tot verbetering van het scheidingsgedrag in zijn algemeenheid. Ik zou daarom een krachtig beroep willen doen op de overige fracties om dat punt van afvalpreventie, dat echt volledig is blijven liggen, op deze wijze toch een stoot vooruit te geven. De door de heer Maas ingediende motie luidt als volgt: MOTIE (2) De leden van de raad der gemeente Breda, gelet op artikel 31 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van de raad der gemeente Breda;

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1996 | | pagina 551