29 OKTOBER 1996 582 beleid. Deze drie punten ontbreken in de opsomming. Het voeren van een verantwoord financieel beleid blijft voor de VVD een uitdaging, om daardoor goede en betaalbare voorzieningen in stand te kunnen houden. Om nieuwe activiteiten te bekostigen moeten bestaande taken worden verminderd of beëindigd, zodat de lasten niet hoeven te worden afgewenteld op de burgers en het bedrijfsleven. De VVD is het daarom volstrekt eens met hetgeen door het college op pagina 20 van de nota wordt opgemerkt. Ik citeer: "Voor de komende raadsperiode lijkt het onvermijdelijk dat voor het vinden van nieuwe bezuinigingen het gemeentelijk takenpakket zelf ter discussie wordt gesteld". Voor de VVD betekent dit, dat de collegeonderhandelingen tevens een kerntakendiscussie moeten behelzen. Verder wenst de VVD dat er duidelijke afspraken worden gemaakt over een matiging van de O.Z.B.-tarieven, alsmede de overige gemeentelijke lasten. Het gemeentelijk belastingklimaat wordt voor de bedrijven steeds meer een belangrijke factor om zich wel of niet in Breda te vestigen. Wat dat betreft is uiterste waakzaamheid geboden. De zorg voor de veiligheid van de burgers is voor de VVD topprioriteit en zeker een gemeentelijke kerntaak. Het inzetten van de eigen financiële middelen van de gemeente voor deze overheidstaak, zoals nu het geval is bij de financiering van de politievrijwilligers en de politiesurveillanten, moet ook de komende jaren tot de mogelijkheden blijven behoren. In relatie tot het veiligheidsbeleid is ook essentieel dat meer aandacht wordt gegeven aan het consequent toepassen van wetten en verordeningen. Het vertrouwen van de burger in de overheid staat of valt daarmee. Voor een aantal knelpunten, in verband met het handhavingsbeleid, is dit jaar een oplossing gevonden, maar voor de komende tijd is een grotere personele en financiële inzet dringend geboden. Het primaat voor het inkomensbeleid berust, naar de mening van de VVD, bij de rijksoverheid. Maar wij zijn evenzeer van mening dat het gemeentebestuur, in aanvulling daarop, moet opkomen voor de mensen die in een noodsituatie verkeren en daarom dringend hulp behoeven. Steeds meer burgers zijn in staat en bereid om zelf verantwoordelijkheid te dragen. De versobering en individualisering van de sociale zekerheid passen in die ontwikkeling. Maar soms doen zich echter persoonlijke omstandigheden voor, zowel bij uitkeringsgerechtigden als bij anderen met een gering inkomen, waardoor van gemeentewege inkomensondersteuning moet worden geboden, naast andere maatregelen als kwijtschelding en schuldsanering. Het is daarom een goede zaak dat een deel van het begrotingsoverschot wordt aangewend om de aanpak van de stille armoede voor 1997 veilig te stellen. Voor de komende jaren zal de armoedebestrijding voor de VVD een belangrijk aandachtspunt blijven. Tenslotte, als afronding van deze algemene beschouwingen, een opmerking over de actuele ontwikkeling rond de HSL. De eerste dag van de commissiebehandeling in de Tweede Kamer geeft naar onze indruk weinig reden tot optimisme over een aanvaardbare inpassing van de HSL. De VVD verstaat onder een aanvaardbare oplossing, dat de barrièrewerking tussen Prinsenbeek en overig Breda wordt voorkomen door de aanleg van een tunnel, dat de HSL wordt gebundeld met de te verbreden en te verleggen A16 en dat er een verdiepte ondertunneling komt bij de kruising met de Aa of Weerijs. Wat denkt het college, lopende de parlementaire behandeling, nog te kunnen ondernemen, samen met de Provincie, om zowel voor de Valdijk als voor Effen een goede oplossing te bereiken? Wat zal naar de mening van het college de opstelling van Breda moeten zijn, mocht onverhoopt op 11 november aanstaande door de Tweede Kamer een besluit worden genomen, dat de toets van de kritiek niet kan doorstaan? De heer SCHRODER Louter instrumenteel kan de huidige begrotingsbehandeling worden gekarakteriseerd als een schimmenspel, waaraan geen enkele serieuze politieke betekenis kan worden toegekend. Immers, de materiële besluitvorming zal plaatsvinden bij de onderhandelingen over het nieuwe programakkoord, en de formele besluitvorming over de begroting pas in maart 1997 door de nieuwe raad. Anderzijds zal, naar redelijke verwachting, de toon vooral worden gezet

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1996 | | pagina 582