31 OKTOBER 1996 672 Heel kort. Mijn fractie is niet gecharmeerd van voorstellen die leiden tot inkomstenderving. Wij memoreren dat in januari 1995 door wethouder Van Os al terecht is gezegd dat het college hiervan geen voorstander was, omdat de financiële aspecten niet bekend waren. Dit stuk is ook als bijlage bij het initiatiefvoorstel gevoegd. Verder sprak het ons in datzelfde stuk aan dat collega Meeuwissen, helaas nu niet aanwezig, vrij principieel en juist stelde, dat bij het van gemeentewege vaststellen van tarieven, als het gaat om tarieven die commerciële ondernemers moeten hanteren, een zekere terughoudendheid moet worden betracht. Ons enthousiasme was al niet groot, maar het mondt uit in een zeker gevoel voor humor, als wij kijken naar de wijze waarop de derving moet worden opgevangenJe gaat nota bene in oktober vaststellen dat er een j aarrekeningoverschot is over 1996. Naar mijn idee duurt dat nog wel even. Volgens mij wordt de jaarrekening pas in juni 1997 vastgesteld. En daarop zouden wij al een voorschotje moeten nemen. Dit is zo stupide, dat kan niet. De heer DE LEEUW Heel kort. Ik denk dat de VVD-fractie heel duidelijk heeft aangegeven dat de doelstelling met dit initiatiefvoorstel niet wordt bereikt. Het gaat in feite voorbij aan de doelstelling. De kwaliteit van de Bredase kermis zou hierdoor sterk achteruit kunnen lopen. Waar ons vaak wordt verweten dat wij over ons graf heen regeren, denk ik dat dit voorstel op dit moment niet op zijn plaats is, gezien de termijn van drie maanden die De Parel heel duidelijk stelt. De heer VAN DE STEENOVEN Ook wij stellen grote vraagtekens bij dit voorstelWij hebben drie punten. In de eerste plaats vragen wij ons af welke de effecten zullen zijn op de kwaliteit van de kermis. Dan denk ik niet alleen aan voorzieningen die eventueel zouden verdwijnen, maar bijvoorbeeld ook aan het feit dat men gewoon de verblijfsduur in de attracties zal verkorten, om op die manier toch de inkomstenderving als gevolg van het lagere tarief te compenseren. Ik vraag mij af of wij dat effect dan kunnen controleren. Uiteindelijk moet die ondernemer toch rond zien te komen. Het tweede punt is het volgende. Mevrouw Crofit heeft hierover weer badinerend gedaan, maar wij vinden dat je juist veel meer doelgroepsgewijze moet werken en dat de BredaPas daarvoor wel degelijk een goed middel zou kunnen zijn. Maar dat mag niet, want dat past niet in het partijpolitieke straatje van mevrouw Croft. Het derde punt is, ook anderen hebben dat al genoemd, dat de dekking van het voorstel op deze wijze niet kan. Mevrouw VAN BERGEN-NIJEHOLT Ik heb met belangstelling geluisterd naar de verdediging door mevrouw Croft. Maar eigenlijk heeft zij de vele vragen, die onze fractie heeft opgeworpen, niet inhoudelijk beantwoord. Depachtkosten zijn maar een klein deel van de totale kosten, die de exploitant heeft. Dus naar onze smaak zullen vastgestelde rit- en entreeprijzen niethelpen. Ik denk dat zij met dit voorstel haar doel voorbijschiet. Nogmaals, ik heb inhoudelijk weinig argumenten gehoord om de twijfels van de VVD-fractie weg te nemen. Mevrouw CROFT-MITTELMEIJER Ik wil eigenlijk één ding terugzeggen over dat regeren over het graf heen. Het is heel aardig dat juist D66 daarmee komt. Op 26 januari 1995 hebben wij dat voorstel voor de eerste keer ingediend. Dat is toch ruim drie maanden voor de verkiezingen. Ik heb het nu dus over 1995. Ik heb braaf gewacht op de wethouder om dat in de commissie te bespreken en niet om een formuliertje mee te sturen met de raadsstukken. Dat was niet de afspraak, zoals die in de raad was gemaakt. In de raad is duidelijkgezegd dat het naar de commissie zou gaan. Dat was de oorspronkelijke bedoeling. De heer MARÉE Bij interruptie, ik maak mij misschien schuldig aan een zijspoortje, maar ik heb toch het idee dat ook de ontwikkelingen met betrekking tot Teteringen iets langer hebben geduurd dan de laatste twee maanden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1996 | | pagina 672