28 november 1996 707 Zij hebben in een gesprek met mij te kennen gegeven dat zij waardering hebben voor het werk van de stichting, maar dat het hun verder niet uitmaakt wie die kapel gaat beheren. Het is van belang, wat ook is toegezegd, dat in nader overleg met de stichting zal worden gesproken over de manier waarop de resterende 300 uur zullen worden ingevuld. Wij vinden, mede in het kader van de decentralisatie huisvesting, dat men hier nu geen andere constructies moet maken. Verder denken wij ook dat het onder één beheer brengen van de sportaccommodaties uitein delijk leidt tot een efficiënter gebruik. Tot slot. Als wij hierin zouden toestemmen, dan leidt dat toch tot een precedentwerking, en dan zullen wij zeer snel allerlei aanvragen krijgen van andere mensen die misschien ook uit ons onderwijsbudget iets willen toesluizen naar particuliere stichtingen. Ik verwijs nog naar de opmerking die de stichting in de richting van Prinsenbeek heeft gemaakt, dat dit daar wel het geval is. In het verleden is dat daar zo besloten, maar dat wil niet zeggen dat wij ons, hier in Breda, daarbij moeten aansluiten. Hoe het over twee of drie jaar in Prinsenbeek is, dat zullen we dan bezien, maar op dit moment kan de CDA-fractie instemmen met datgene wat in het voorstel staat verwoord. De heer DE LEEUW Aan de bijdrage van mevrouw Boidin is eigenlijk niet zo ontzettend veel toe te voegen. Wij hebben er indertijd voor gekozen om gymaccommodaties onder de gemeente te brengen. Daarover is een notitie uitgebracht. De raad heeft die uitspraak gedaan. In de lijn van die beleidsuitspraak wordt nu gewerkt aan de invulling en de aanpassing van deze kloosterkapel. Wij kunnen dit steunen. Het probleem van de stichting zit hem natuurlijk in de exploitatie van de sportaccommodatie. Wij begrijpen dat er mogelijkheden zijn voor de resterende 300 uren, die ruimte zou gebruikt moeten worden. Wat voor iedereen heel helder moet zijn, is dat je op zich geen onderwijsgeld in dit soort zaken stopt. Met andere woorden, je gaat de potjes van onderwijs niet stoppen bij SAW. Als er een probleem in dezen rijst, dan kun je dat met de resturen oplossen, en anderzijds kun je ook nog een aanmelding doen bij de commissie SAW. De heer KRUITHOF Tijdens de commissievergadering was de heer Meeuwissen woordvoerder, en wij hebben besloten de zaak mee terug te nemen. Ik heb intensief contact met hem gehad, dus ik kan dit van hem overnemen. Ik heb een paar aandachtspunten en een vraag. Mijn fractie heeft kritiek op de gebrekkige communicatie met de stichting. Voor ons was de rol van de stichting Gemeen schapshuis Zandberg wel bespreekbaar, en wat de wethouder zei: een bom onder de verorde ning, vindt mijn fractie nog steeds een gechargeerde uitspraak. Nu de vraag: kunt u een garantie geven voor de onderwijsuren, opdat er geen gat wordt geslagen in de financiële begroting van de stichting? De heer MAAS Aan de orde is de aanpassing van een kloosterkapel. Die kloosterkapel zou een gymnastieklo kaal moeten worden. Mijn fractie vindt het op zich een uitstekende zaak dat die kloosterkapel hiervoor gebruikt gaat worden. Maar wat is de situatie? Op een steenworp afstand is op dit moment een gymnastieklokaal in beheer bij een stichting, dat zeer intensief door het onderwijs wordt gebruikt. Tussen die twee zaken, zo dicht bij elkaar, zit natuurlijk een zekere spanning als de gemeente daar met onderwijsgeld een gymnastieklokaal gaat realiseren. Wat ligt er meer voor de hand om zo'n stichting, die daar al een gymnastieklokaal exploiteert, ook het nieuw te vormen gymnastieklokaal in beheer te geven? Ik denk dat dit een hele logische zaak is. Maar als er dan een voorstel komt om dat niet te doen, dan is het minste wat er zou moeten gebeuren dat je in overleg treedt met de stichting over de vraag op welke wijze de stichting daar toch een eigen gymnastieklokaal zou kunnen blijven exploiteren, en dat de bevindingen van dat overleg aan de raad worden meegedeeld.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1996 | | pagina 707