27 FEBRUARI 1997
129
De leden van de raad der gemeente Breda,
gelet op artikel 31 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van de raad der gemeente
Breda;
stellen de raad voor zich uit te spreken als volgt:
De raad der gemeente Breda, in vergadering bijeen ter behandeling van het initiatiefvoorstel van
de SP inzake het armoedebeleid in het kader van de NABW en de daarbij behorende raadsbesluiten;
overwegende dat:
bestrijding van de armoede in Breda onderwerp van aanhoudende zorg van de gemeente dient te
zijn;
besluit:
het college te verzoeken de mogelijkheden en haalbaarheid van een structureel beleid ter verbetering
van de financiële positie van minima te onderzoeken;
en gaat over tot de orde van de vergadering.
TWEEDE TERMIJN
De heer ÜQERLER
Ik heb in de eerste termijn gezegd dat de onderbouw ing en de financiële gevolgen van de voorstellen
ontbreken, en dat wij daarom de voorstellen niet ondersteunen. Ik wil dat nogmaals herhalen.
Mevrouw HEERKENS
Ik ben niet erg onder de indruk van de financiële dekking die hier te elfder ure wordt aangeleverd.
Er zitten veel open einden in. Het bezwaar dat ik in essentie heb, is dat bijna alle voorstellen er
vanuit gaan dat in algemene zin bijna alle mensen moeten rondkomen van een minimumuitkering.
Ik heb al vaker hier in de raad gezegd dat ik denk dat niet iedereen, die kort van een uitkering
moet rondkomen, meteen te maken heeft met de armoedeproblematiek. Ik begrijp ook dat er een
algemeen beleid moet zijn, en dat wij naar het kwijtscheldingsbeleid en het invoeren van de
BredaPas moeten kijken. Maar voor de zaken waarvoor je specifieke maatregelen treft, en die
toch een behoorlijke hoeveelheid geld vergen, moetjekijkennaardiedoelgroependiedathet hardst
nodig hebben. Uw voorstellen kunnen in de miljoenen lopen. U noemt een rijtje op waaruit u die
wilt dekken, maar dat vind ik niet reëel. Kijk alleen al naar de Bijzondere Bijstand. Er is, ook
door het college, heel duidelijk uitgelegd dat wij daar gigantisch doorheenschieten en dat er in
de toekomst een tekort ontstaat op dat budget, mede door de maatregelen die door het Rijk in onze
richting komen. Ik ben dan ook niet onder de indruk van uw financiële dekkingsvoorstel.
De heer SCHRODER
De heer Kwisthout verzocht ons wat specifieker te willen ingaan op de voorstellen. In de eerste
termijn heb ik al gesproken over de eigen bijdragen via de Bijzondere Bijstand voor voorzieningen.
Te vaak hoor je de verhalen van mensen die bekneld raken tussen het noodzakelijkheidscriterium
en de voorliggende voorziening die er wel of niet zou zijn. In die zin zou het een taak zijn van
de raad of van de commissie om daarop een heel concreet beleid te formuleren, dus minder in
algemene zin. Ik heb in de eerste termijn ook gezegd dat we dat in de commissie nog niet aan de
orde hebben gehad, en dat ik daarover graag eens van gedachten wil wisselen. Voorstel 2 betreft
de verhuiskosten voor de minima. Daarin volg ik voor een deel mevrouw Heerkens waar zij vraagt:
wat gaat ons dat allemaal kosten? Dat kan behoorlijk in de papieren lopen, en dat kunnen wij niet
overzien. Die gedachtegang volg ik. Ik zou niet weten of je absoluut in algemene zin iedereen,