20 MAART 1997
147
dat de heer Boertjes in ieder geval heeft gezegd dat er zowel een verantwoordelijkheid was aan
de financiële als aan de artistieke kant, weliswaar met inachtneming van redelijke bandbreedtes.
Dat aspect voegde hij in de tweede termijn hieraan toe. Maar er zouden zeker maatregelen worden
genomen. Dan is het natuurlijk van belang om in de richting van de portefeuillehouder te vragen
om in die zin daaraan ook een deadline te koppelen. Want wanneer kunnen wij helderheid krijgen
over met name de financiële taakstelling? De statutair directeur en de Raad van Commissarissen
worden op pad gestuurd om voor het seizoen 1997/1998 het rekeningstekort te laten dalen tot
300.000,--. Ik ben het eens met datgene wat ook de vertegenwoordiger van Breda '97 stelde, dat
we over een jaar inzicht moeten kunnen hebben of die richting inderdaad wordt gehaald. Ik vind
het ook een taak van de aandeelhouder om daarover in de richting van de politiek nu duidelijkheid
te geven. Ik zeg hier nadrukkelijk dat ik hoop dat wij in alles wat wij, ook in de commissie, over
de heer Ten Zijthoff hebben gezegd ongelijk krijgen, en dat we over een jaar kunnen stellen, als
deze man door de juiste mensen via een scherpe controle in het gareel wordt gehouden, dat we
in het seizoen 1998/1999 zelfs te maken krijgen met een theater met een positief resultaat. Ik kom
nu bij het tweede aspect, namelijk de opschorting van de korting van 150.000,—. Gemeten over
vijf jaar betekent dat een structurele korting van het subsidie aan het theater van 750.000,--.
Voor de Partij van de Arbeid was het belangrijk geweest om daarin heel duidelijk te zijn, en die
opschorting slechts voor één jaar te verlenen. De wethouder heeft in de commissie gezegd: we
zullen dat van jaar tot jaar bekijken, en zo snel mogelijk laten ingaan bij het bereiken van een posi
tief resultaat. Zo vertaal ik zijn woorden en ik hoop dat hij dit ook in de raad wil bevestigen. Ik
moet u zeggen dat hierover in de publiciteit wat verwarring is opgetreden, omdat daarin twee keer
sprake is geweest van het feit dat we de korting zouden hebben geschrapt. De korting is slechts
opgeschort, en ik denk dat het van belang is dat de wethouder nog eens duidelijk aangeeft dat die
korting bovenaan het lijstje blijft staan. Het mag, naar onze mening, niet zo zijn dat straks, bij
een positief resultaat, bijvoorbeeld de opwaardering van het artistieke programma als eerste aan
de orde komt. Juist die grootschalige aanpak en de, ook door de PvdA betoogde, financiële
onbeheersbaarheid daarvanhebben hun weerslag gehad op het inhoudelijk cultuurbeleid. Rekening
houdend met de andere beleidsterreinen, we hebben ook in de commissie daarover gesproken,
moet die 750.000,-- structureel gewoon terugkomen, temeer daar meerdere partijen hier het
programakkoord hebben ondertekend en waarin we met elkaar hebben afgesproken dat we
terugkomen op de subsidie, zoals we die in september 1994 hebben afgesproken. Tot slot de
horecadeal. Deze is onontbeerlijk. In feit is het, en dat heb ik ook in de commissie gezegd, te gek
voor woorden dat in het artistiek gedeelte moet worden gesneden, terwijl de horeca-aanpak het
echte probleem is. Bovendien duurt het allemaal veel te lang. Vandaar dat ik heb gezegd, zonder
de wethouder direct uit te dagen om in het openbaar onderhandelingen te gaan voeren, dat begrijp
ik ook nog wel, dat de uitvoering van het raadsvoorstel onlosmakelijk is verbonden met de uitbeste
ding van de horeca. In de verslaglegging van de commissievergadering vind ik dat een beetje in
losse flodders terug. Daarom wil ik de wethouder graag nog een keer uitdagen om juist op deze
vraag van ons nog eens duidelijk naar voren te brengen dat het hier om een raadsvoorstel gaat
en een Plan van aanpak voor de horeca in een totaal voorstel, zodat dit ook voor de betrokken
partners duidelijk is. Ik zou hier zijn geëindigd, ware het niet dat de heer Dubbelman ook op de
Partij van de Arbeid, hij heeft het niet met zoveel woorden gezegd, maar wel zo bedoeld, en die
handschoen pak ik dan maar op, een onnodige druk heeft gelegd. Wij hebben gezegd: dat Chassé
Theater staat er, en wij zijn absoluut niet uit op wat voor crisis dan ook, maar wij geven de
miljoenen ook niet zomaar weg. Nu u mij heeft uitgedaagd moet ik u eerlijk zeggen dat ik een
beetje teleurgesteld was over de manier waarop u in de commissie in de richting van de Raad van
Commissarissen heeft gereageerd. Dat was, naar mijn mening, een beetje van het gehalte 'oude
jongens krentenbrood'.
De heer SCHRODER
Er is door mevrouw Heerkens ferme taal gesproken, en ik ben daar erg blij mee. Waarom? Omdat
ik, op z'n minst gezegd, verbouwereerd was over de woorden van de heer Dubbelman, die het
meteen in de vertrouwenssfeer trekt en met zijn woorden toch de hele coalitie en, zo begrijp ik
dat uit de woorden van mevrouw Heerkens, ook de Partij van de Arbeid onder druk zet. Wat moet