20 MAART 1997 160 heid. Het college kan mij niet wijsmaken dat er met een meer sobere en minder pretentieuze uitvoering geen 5 miljoen van het bedrag afkan. Het ispure geldverspilling, en het staaft nogmaals mijn opvatting dat de gemeente Breda in feite een bodemloze put is. Mevrouw CROFT-MITTELMEIJER Zowel de heer Boer als ik willen over dit voorstel het woord voeren, voorzitter. Wij hebben in dezen ooit een trend ingezet, en die wordt ook door andere partijen overgenomen, dus wat dat betreft zijn wij echt een modetrend aan het zetten. Wij mogen af en toe nog wel eens met een oud kleedje lopen. Ik ben het oneens met de heer Kwisthout waar het gaat over de discussie hoe hoog het budget voor de nieuwbouw van de dienst Brandweer mag zijn. U bent, mijnheer Kwisthout, jammer genoeg niet in de commissievergadering aanwezig geweest, maar ik heb toen de comman dant van de Brandweer geprezen met het feit dat hij niet Ten Zijthoff heette, en dat ik ook niet zal vrezen dat het hoger of duurder zal uitvallen en dat wij elk jaar zullen moeten bijspekken. Dit is wat ik erover wil zeggen. Mijnheer Boer heeft nog een andere opmerking. Voor het overige gun ik de Brandweer een mooie en goede kazerne, waarmee we lange tijd vooruit kunnen. De heer BOER Ik heb hierover wat andere gedachten. Ik kwamn jarenlang met veel plezier langs het oude huis, dat daar stond, want het was omringd door prachtige bomen. Ik had verwacht dat met die bomen rekening zou worden gehouden. Mevrouw Croft meldde mij bij de behandeling in de fractie dat de bomen er nog stonden. Gisteren ben ik er toevallig nog even langs geweest, en ik constateerde dat er geen enkele boom meer stond. Ik kom niet bij de commissie R.O.maar er is daar blijkbaar niet op dit punt gelet. Vroeger waren de bomen in Breda bijna heilig, en tegenwoordig gaan ze, ook al zijn ze 300 jaar oud, tegen de vlakte alsof het lucifers zijn. Ik vind dat in- en intriest, zeker voor een brandweerkazerne. De VOORZITTER Voor de kredietbewaking wordt, ik heb dat ook in de commissie al toegezegd, in overleg met de projectleider zorg gedragen. De een vindt dat het best wat zuiniger en minder luxe kan, de ander vindt dat het al te zuinig en te weinig luxe is, ik denk dat beide opvattingen elkaar compenseren en dat ik daaraan niets hoef toe te voegen. De heer BOER En de bomen? De VOORZITTER De bomen zijn voor wethouder Oomen. Wethouder OOMEN Mijnheer Boer, ik waardeer het dat u voor de bomen en de natuur opkomt, maar het is mij nog nooit overkomen datje op de plaats waar je een huis bouwt, en in dit geval een brandweerkazerne, de bomen kunt handhaven. Het is keuzes maken in het leven. Er is op deze plaats gekozen voor de nieuwbouw van een brandweerkazerne. En nogmaals, ik ben het nog niet tegengekomen en ik heb het ook nog niet gezien dat er in een huiskamer een boom groeit. Akkoord, met de aantekening dat de fractie van de SP en de heer Boer, van de fractie van de Parel van het Zuiden, geacht wensen te worden te hebben tegengestemd. 55. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS MET BETREKKING TOT ONDERZOEK KANTORENMARKTSTRATEGIE BREDA, 1997-2007. De heer TAKS De VVD is van opvatting dat in het gemeentelijk economisch beleid de nadruk moet liggen op de sterke punten van de stad. Een van die sterke punten is de positie van Breda als belangrijkste

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1997 | | pagina 160