20 MAART 1997 185 opvatting met betrekking tot het bedrag dat beschikbaar wordt gesteld het volgende. In de commissie heb ik gezegd: hier hebben we 10.000,— en ergens anders hebben we ook nog 8.000,--. We spreken dus over een budget van 18.000,--. Ik wil u wijzen op de parallel die u in feite met de overige adviesraden moet trekken: de Ouderenadviesraad, de Emancipatie-adviesraad, de Adviersraad voor de Gezondheidszorg. Daarin gaan ook bepaalde bedragen om en die zijn in feite minder dan het bedrag dat aan de Participatieraad wordt gegeven. Ik wil u er ook op wijzen dat de discussie over de eigen huisvesting en dat soort zaken ook uitgebreid zal meespelen. Als we hiermee beginnen, dan denk ik dat er ook andere eisen op tafel liggen. Ik vind het niet noodzakelijk. Ik heb in de commissie reeds het volgende aangegeven, en ik zeg dit ook in de richting van de heer Boer: wanneer de ruimte die zij bij de Sociale Dienst ter beschikking kunnen krijgen als dermate bezwarend wordt gevoeld dat zij zich in hun bestaan of in hun advisering bedreigd voelen, hetgeen ik in feite een wat irreële situatie vind, maar het zou kunnen, dan zullen wij kijken of er eventueel in een van de andere gebouwen een accommodatie beschikbaar is. En wij dachten dan aan het Stadskantoor. Ik wil niet zover gaan om te zeggen: ik stel geld beschikbaar voor een eigen accommodatie vooreen adviesraad. Over het pleidooi om de andere activiteiten daar te laten plaatsvinden het volgende. Ik wijs de heer Boer erop dat wij voor de andere activiteiten andere accommodaties hebben. Ik spreek hier over een adviesraad, ik spreek hier niet over andere functies die eventueel door de Cliëntenraad zouden kunnen worden uitgevoerd in het kader van het begeleiden van de minima en dat soort zaken. Dat zijn uitvoerende taken. We spreken hier over een adviesraad, en ik denk dat die geen eigen gebouw nodig heeft. De heer BOER Bij interruptie. Wil je een goed advies geven, dan moetje ook met je achterban kunnen praten, dan moeten mensen die een uitkering hebben in een aparte sfeer, dus niet in het gebouw van de Sociale Dienst, kunnen worden gehoord. Dit is niet het werk van de dienst, want die heeft een aparte taak. Maar moet er een goed advies kunnen worden gegeven, dan moet men de cliënt in alle vrijheid en onafhankelijkheid kunnen horen. En dat moet worden gegarandeerd. Wethouder VAN RAAK Daarmee ben ik het helemaal eens, en ik wijs u erop dat wij daarvoor talloze accommodaties, gemeenschapshuizen en W-groepen huizen in de stad ter beschikking hebben. Ik vind het absurd om hiervoor een aparte accommodatie in het leven te roepen, want die levert toch grotendeels leegstand op. In de richting van de heer Kwisthout het volgende. U zegt dat de club niet democratisch is gekozen. We hebben jaren naar een formule gezocht. Wij zijn ruim tien jaar bezig met de cliëntenparticipatie. We hebben het tot nu toe gedaan in de sfeer van: cliënten zelf vertegenwoordigen alsmede een x-aantal belangengroepen. We hebben nu alleen maar voor de belangengroepen gekozen. We hebben een uitgebreid, een 50 centimeter dik dossier liggen over hoe het wel of over hoe het niet zou moeten. Deze methode is niet van de grond gekomen, we hebben er wel eens eerder over nagedacht. Deze methode is, denk ik, op dit moment niet toepasbaar, en dat betekent dat het college u deze motie ontraadt. TWEEDE TERMIJN De heer SCHRODER De wethouder heeft niet goed geluisterd naar mijn verhaal over de F.N.V. Het is niet mijn bedoeling om vanavond noch de komende weken de F.N.V.-discussie over te doen. Mijn vraag is of het college aan de Participatieraad kan vragen om zelf criteria te ontwikkelen aan de hand waarvan de toelating van nieuwe deelnemers of leden van de Participatieraad mogelijk is. Het lijkt mij juist dat zij daarin een adviserende stem hebben, en op basis daarvan kan het college een standpunt innemen en daarmee naar de commissie komen die dat vervolgens kan beoordelen. Dit wordt nog eens onderstreept door een eerder voorstel van het oude college, waarin eigenlijk was beoogd om de Participatieraad privaatrechtelijk te maken, dus een stichtingsvorm, waarbij de zeggenschap over het wel of niet toelaten van leden en wie wel en wie niet volledig in eigen hand zou zijn. Nu moeten wij daarover politiek gaan debatteren, terwijl wij eigenlijk geen handvat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1997 | | pagina 185