25 en 26 MAART 1997 214 Af en toe krijg ik de indruk datje deze gewoon maar beter geld kunt geven en verder niets. Dan ben je goedkoper uit. Nu neemt het aantal ambtenaren toe en deswege is de kans groot dat de producten duurder worden. De Bredanaar moet meer gaan betalen. De Bredase burger betaalt al veel aan belastingen, te veel zelfs. Vorige jaren hadden we een exploitatieoverschot, nu zelfs een begrotingsoverschot. Er had bijvoorbeeld een O.Z.B.-tarief kunnen worden berekend, zodanig dat er geen overschot zou zijn. Een daling van circa 7 was mogelijk geweest. Het te veel willen binnenhalen blijkt ook uit een ander feit, mijn stokpaardje: de rekenrente. Hoewel de gemiddelde door de gemeente te betalen rente op langlopende leningen 6V2 bedraagt, wordt voorgesteld om de rekenrente op 1% te brengen. Dat is minstens een half procent te hoog, want wij hebben ook nog kortlopende leningen en daarover betalen wij maar 4%, of nog minder. Wij zijn blij met het feit dat er gelden zijn uitgetrokken voor de districten en dat zij zelf kunnen bepalen waaraan dat wordt besteed. Daarmee versterkt u het districtsgewijs werken en geeft u een impuls aan de wijkorganisaties, waardoor u de burgers medezeggenschap geeft. Het mag echter niet zo zijn dat wat u met de ene hand geeft, met de andere hand wordt weggenomen. Ik doel daarbij op het mogelijke voornemen om te bezuinigen op de professionele ondersteuning van wijkorganisaties. Wel denk ik dat het aantal districten dient te worden uitgebreid in die zin dat Teteringen, Bavel, Ulvenhout en Prinsenbeek ieder een apart district gaan vormen. Zo kom ik op de kadernota, die immers een soort verlanglijst is van hetgeen wij volgend jaar willen gaan doen, en op de invulling van het begrotingsoverschot van dit jaar. De oppositie heeft daarin geen inbreng gehad, dus ons verlanglijstje komt nu. In de vorige raadsperiode is frequent gepraat over het houden van een kerntakendebat. Behalve D66 heeft men er nu geen woord over gezegd. Ik hoop dat daarvoor volgend jaar wel gelden worden uitgetrokken. In de vorige raadsperiode hebben we gesproken over een klachtenregeling, er is zelfs een summiere evaluatie geweest. De klachtenregeling functioneerde, doch een aantal fracties was van mening dat het een goede zaak zou zijn om ons vrijwillig te onderwerpen aan het gezag van de nationale ombudsman. Dat is thans mogelijk. Ik zou graag zien dat de gemeente Breda dit ook doet. Het probleem is namelijk dat een aantal klachten niet als klacht wordt of kan worden behandeld. De winkeliers in het centrum klagen over te hoge parkeertarieven, de winkeliers in het Ginneken over de uitvoering van de reparatie van de Reepbrug. Zij klagen erover dat zij onevenredig nadelig worden getroffen in hun belangen. Een college of een gemeenteraad kan dergelijke klachten in feite niet behandelen. Immers, de gemeenteraad heeft zelf een en ander bepaald en wordt geacht met alle factoren rekening te houden. Daarom meen ik dat het goed is om ons bij de nationale ombudsman aan te sluiten, want die kan wel een onafhankelijk oordeel geven. Ik hoop dat in de komende jaren extra prioriteit wordt gegeven aan het maken van bestemmingsplannen, zodat artikel 19-procedures minder worden toegepast. Andere partijen hebben dat gelukkig ook gezegd. Vorige week kwam er weer een brief binnen van de W-groepen. Mijns inziens vragen zij terecht om een verhoging van hun budget. Daarom ben ik blij dat er een motie op tafel ligt met betrekking tot de W-groepen. Het valt niet in te zien, juist nu er wordt gesproken over vereenzaming, waarom een 65-jarige zijn sociale contacten via de W-groep worden ontzegd door voor hem geen subsidie te geven. Tenslotte kom ik aan twee wensen die tijd kosten, respectievelijk besparen, doch geen geld kosten. In de eerste plaats hoop ik dat de wethoudersspreekuren spoedig worden ingevoerd en dat het niet blijftbij een voornemen. Ik denk ook dat wij als gemeenteraad efficiënter moeten werken en dat kan door bij de raadsverga deringen de argumenten en debatten welke reeds in een commissie zijn gebezigd dan wel gevoerd, niet meer te herhalen, waardoor deze raad wat effectiever vergadert. Het is af en toe ontzettend. Vorige keren sloot ik af met een Latijnse zin. Nu zal ik dat niet doen, want die zin is al misbruikt in deze vergadering. Mijn slotzin bevat deze keer een hoop: met zoveel nieuw bloed in het college en in de raad moet het Bredase hart wel beter functioneren.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1997 | | pagina 214