25 en 26 MAART 1997
222
Wethouder VAN RAAK
Ja, maar daarvan gaf uw fractievoorzitter een uitermate rigoureus voorbeeld: afschaffen van het
I.M.W. en van Vertizontaal. Zoiets kan ik nauwelijks serieus nemen. Daarom ga ik hier verder
ook niet op in. De plannen over het wereldculturencentrum hebben een vervolg gekregen. Wij
hebben een vervolgopdracht gegeven en wij zijn op dit moment in overleg hoe dat precies moet
plaatsvinden. Ik denk dat u hiervan nog in de loop van het eerste halfjaar een eerste melding kunt
krijgen. Dus dat staat niet stil, integendeel, wij vinden dat wij aan die Incom-situatie, en trouwens
ook aan het accommodatiebeleid voor allochtonen, nieuwe impulsen moeten geven. Dat was ook
de intentie van het wereldculturencentrum, toen wij vorig jaar in oktober of november dat rapport
kregen aangeboden van de stichting Palet. Verder vroeg u nog wanneer er wordt gestart met de
wielerbaan. Voor de raadsvergadering van april krijgt u een voorstel om dat goed te keuren. Het
bedrag van 1 miljoen was niet toereikend. Wij hebben daarbij een aanvullende financiering
gevonden. Ook hebben wij overeenstemming met IJsclub Ballangrud, Triathlonvereniging Breda,
en uiteraard met Wielervereniging Knooppunt. Men is akkoord met de tracés zoals wij die hebben
ingetekend. Wanneer uw raad in april akkoord gaat, hopen wij op 1 september met de aanleg van
de wielerbaan, de skeelerbaan en meer van dat soort zaken te kunnen beginnen op de locatie
Driekoningen. Mevrouw Croft pleit voor een subsidie aan de werkgroep Sociale Vernieuwingen,
maar dan weet ik niet waarover zij het heeft. Ik hoor graag in de tweede termijn welke werkgroep
zij bedoelt, want het is mij niet bekend wie ik hier in feite zou moeten subsidiëren. De heer
Kwisthout definieert een aantal beelden van ons sociaal beleid, ons werkgelegenheidsbeleid, de
praktijken van de Sociale Dienst met betrekking tot het girogluren en dan bestrijdt hij uitgebreid
de beelden die hij daarvan heeft geschetst. Laat ik volstaan met te zeggen dat dit terecht is. Voor
wat betreft de ijsbaan heb ik zo-even aangegeven dat ik de behoeftes op sportgebied wil meenemen
in de Sportnota. Deze discussie kan volgende maand aan de hand van uw initiatiefvoorstel worden
gevoerd.
Wethouder GIELEN
Ik zal de gestelde vragen beantwoorden aan de hand van mijn portefeuilleonderdelen. Ik zal
beginnen met economische zaken, daar waar de heren Kruithof en Van Yperen enkele opmerkingen,
dan wel vragen hebben geplaatst. Allereerst de opmerking van de heer Kruithof, die stelt dat Breda
wat minder lijkt te profiteren van het economisch herstel in Nederland dan andere gebieden. Ik
denk dat dit een misvatting isMet name de regio West-Brabant, maar ook de provincie Gelderland,
worden op dit moment door het Kabinet gezien als de meest succesvolle economische regio's.
Ik denk dat dit ook blijkt uit de resultaten van de werkgelegenheidsenquête. In de commissie heb
ik aangegeven dat, waar Breda een werkloosheidscijfer heeft van 9%, vergelijkbare steden, ook
in Brabant, werkloosheidscijfers kennen van 14 h 15%. Ik denk dus dat het percentage in Breda
relatief laag is. Waar de heer Kruithof waarschijnlijk op heeft gedoeld, is het resultaat van de
ERBO-enquête, waarin de regio's in West-Brabant met elkaar worden vergeleken. Het is inderdaad
zo, dat het Stadsgewest het dan wat minder doet dan het streekgewest. Ik wijs echter op de ver
schillen die met name rondom de benadering van de werkloosheid in de ERBO-enquête en de
werkgelegenheidsenquête aan de orde komen. Tijdens de informatieavond die wij hadden met de
Kamer van Koophandel is ook gebleken dat de cijfers uitdewerkgelegenheidsenquêtebetrouwbaar-
der zijn dan die uit de ERBO-enquête. Eén zwaluw maakt echter nog geen zomer, dat zal helder
zijn. Vandaar, dat er een actief economisch beleid moet worden gevoerd, ook door de gemeente
Breda. Ook in het programakkoord zijn afspraken gemaakt voor het tijdig beschikbaar hebben
van bedrijventerreinen, het actief participeren in revitaliseringsprojecten. Ook dient er een duidelijke
aansluiting te worden gezocht met het arbeidsmarktbeleid. Wat dat betreft verwijs ik naar de
discussie in de raadscommissie ECG, die door mijn collega Van Os is voorgezeten. Heel kort nog
iets over de intergemeentelijke samenwerking.
