25 en 26 MAART 1997 251 Dat is in de commissie besproken en hierover zijn nog geen definitieve standpunten uitgesproken, dat weet ik ook wel. Maar het college heeft zich intussen ook al voorzien van een standpunt, dat overigens ook weer in de commissie komt. Ik zou willen voorstellen dat, wanneer de VVD dat wil blijven zien, dat wij dat dan in de commissie maar verder bespreken. Het is op dit moment niet de visie van het college. Over veil igheid en stadswachten heeft de heer Van Y peren zich namens Breda '97 nu wat explicieter uitgedrukt over het communicatieplan. Hij heeft daarvan met name een voorbeeld gegeven. Ik moet zeggen dat ik dat aardig vond. Ik vind dit een erg aardige gedachte. Dat wil niet zeggen dat ik nu zeg dat wij dit zo gaan doen, want daarvoor moeten wij toch nog eens in de commissie met elkaar praten over hoe dat eruit zou moeten zien. Maar het prikkelt mij wel om daarover na te denken en met voorstellen te komen. De heer BOER Ter interruptie. Uw opmerking van gisteren over onze motie hebben wij eigenlijk niet zo goed begrepen, maar als dat erop neerkomt dat u gaat doen wat wij in die motie vragen, waarmee onze motie dus overbodig zou worden, dan zouden wij hem kunnen terugtrekken. Maar ik heb u dat niet zo duidelijk horen zeggen. De VOORZITTER Wat ik gisteren heb gezegd is, dat wij via de monitor dit onderzoek al plegen. En laat ons via de commissie met elkaar erover spreken of u dat voldoende en adequaat vindt. De heer BOER Als ik het zo hoor, zou dat een reden zijn om onze motie terug te trekken. De VOORZITTER Dank u wel. Daarmee is motie 3 ingetrokken. Ik ga verder met Orange. Ongeveer anderhalfjaar geleden, toen extreem rechts in Orange de macht kreeg, of greep, of had, is er vanuit Breda een brief geschreven, waarin de relatie werd opgeschort. Opgeschort, totdat extreem rechts daar verdwenen zou zijn. Ik vind dit nog steeds juist, met name ook om wat de heer Verpaalen daarover zei. De Oranjesteden zijn niet alleen Orange en Breda, daarbij zitten ook Diest en Dillenburg. Het staat weliswaar op een heel laag pitje, maar het is toch een historische band, waarvan ik zou menen dat met deze brief van opschorting in ieder geval een heel duidelijk signaal is afgeven. Als u dat wenst zullen wij u de brief ter inzage geven. Het is op die manier gemotiveerd dat wij geen binding willen met een stad die zó wordt bestuurd en waar men zó omgaat met de democratie. Daarom is er wat ons betreft op dit moment ook geen behoefte aan die motie. Ik kom tot slot te spreken over de stadswachten. De stadswachten zijn inderdaad onze ambassadeurs en tegelijk oog en oor van het overheidstoezicht. Ik vind dat het uitgangspunt ligt bij het toezicht, preventief, repressief, zoals wij dat in de commissie met elkaar hebben afgesproken. Dat hebben wij afgesproken toen wij surveillanten en politievrijwilligers gingen plaatsen. Er is toen gekeken waar, volgens de monitoring en volgens de rapportages, in meerdere mate dan elders behoefte is aan toezicht, en daar zetten wij dat in. Dat betekent, en dat is wat ik gisteren probeerde te zeggen, wanneer zou blijken dat die criminaliteit zich afspeelt in de voormalige kleinere gemeenten, wat niet waarschijnlijk is, dat die daar zal worden ingezet. Maar Mevrouw HEERKENS Het is toch voor iedereen duidelijk De VOORZITTER Dat zeg ik ook

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1997 | | pagina 251