25 en 26 MAART 1997 259 Hiervoor is 50.000,— gereserveerd uit het fonds stadsvernieuwing. Na afronding van die studie krijgt u de projectdefinitie, waarin ook heel nadrukkelijk aan de orde moet komen welke doelen op korte en langere termijn worden gerealiseerd, ook met het doel dat wij geen verkeerde investe ringen doen. Dat het geheel onder druk staat hebben wij heel goed gehoord. Dat ontslaat ons niet van de plicht om toch de uiterste zorgvuldigheid te betrachten. In samenhang met de antwoorden, die gisteren door de voorzitter zijn gegeven, denk ik dat de aandacht voor de Driesprong beslist niet op de achtergrond raakt en ook niet mag raken. Wij doen dat met elkaar. Mevrouw HEERKENS Kunt u enigszins een tijdsplanning hangen aan die projectdefinitie? Wethouder VAN BEUSEKOM-NIX Je zou kunnen zeggen aan het einde van dit jaar, begin volgend jaar. Het heeft natuurlijk een heel traject af te lopen. Ik houd dat liever ruim. Verder heeft u het gehad over het HSL-bureau. U had het over het afstemmen van zaken. De zaken moeten inderdaad goed op elkaar worden afgestemd, maar ook goed in de gaten worden gehouden. Er is nog geen sprake van samenwerking, in die zin dat de afspraak 22 april is. Men houdt elkaar goed op de hoogte, en dat gebeurt ook op de inloopavonden. Het kan zijn dat u iemand mist, maar ik heb over alle avonden de rapportages gehad, en donderdagavond zal ik, zonder dat te zeggen, nog een keer checken of er iemand is. Maar ik weet zeker van wel. Het is goed om te signaleren dat er iemand moet zijn. De heer AD ANK Ik heb begrepen dat het HSL-bureau twee keer op de collegeagenda heeft gestaan. Overigens hadden wij daarnaar ook gevraagd in ons programma, maar na de besluitvorming in de Eerste Kamer. Ik maak een simpele rekensom, zoals ik in de commissie ook heb gedaan. Het HSL-bureau met alle ins en outs kost, inclusief de aankleding, toch gauw een paar ton. De wethouder heeft geantwoord dat dit is geïmplementeerd in de dienstbegroting, dus er is een budget voor. Ik mag aannemen dat die rekening in ieder geval bij Rijkswaterstaat wordt gelegd. Wij hebben dat min of meer geëist. De vraag zal alleen maar toenemen, dus zullen wij ook meer moeten aanbieden. Ik denk dat er zal moeten worden gecalculeerd en dat in de richting van Rijkswaterstaat duidelijk zal moeten worden gemaakt wat er aan zit te komen aan declaraties. Mijn fractie in de Tweede Kamer heeft twee weken geleden vragen gesteld over de wijze waarop de inspraak was geregeld. Ten aanzien van de selectie van de insprekers was een vreemde manier gehanteerd. Ik zal de wethouder het antwoord van de minister op deze vragen doen toekomen. De VOORZITTER Wilt u niet zulke lange interrupties houden? De eerlijkheid gebiedt mij om dat nu ook te zeggen. De heer AD ANK Mijn verontschuldiging, voorzitter. Wethouder VAN BEUSEKOM-NIX De heer Adank heeft mij nu een toezegging gedaan. Ik wacht die af. Ik denk dat wij ons toch moeten realiseren dat de zaken na 22 april ook anders kunnen gaan. Dan heb je met elkaar het traject af te lopen: wat vindt de commissie, wat vindt de raad? In de tussentijd wordt de stand van zaken goed bijgehouden. Ik wil u echter wel bekennen dat het bestuurlijk overleg van volgende week niet een bestuurlijk overleg zal zijn, zoals dat nu in gang wordt gezet door Rijkswaterstaat, waarbij in feite zaken worden gezegd als: wij zijn nu zo snel in de procedure. Wat vind je ervan? Je doet toch wel mee? Dat is dus wat ons betreft een egeltjesoverleg. Wij willen horen wat men heeft te melden, maar wij binden ons niet. Het gaat wat snel. Het geheel van de financiën heeft alle aandacht. Dat geven wij door.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1997 | | pagina 259