25 en 26 MAART 1997
262
De heer KWISTHOUT
De motie wordt gehandhaafd en gezien het belang, dat ik aan deze motie hecht, en de achterliggende
gedachte in verband met democratie en inspraak, wil ik graag hoofdelijke stemming over deze
motie.
C. BESLUITVORMING.
I. MOTIES/AMENDEMENTEN.
Motie (2) met betrekking tot een subsidieverzoek van 3.000,- door de Bredase Werkgroep Sociale
Zekerheid wordt verworpen, met de aantekening dat de fracties van Breda '97, GroenLinks, de
Parel van het Zuiden en de SP geacht wensen te worden te hebben voorgestemd.
Motie (5) met betrekking tot het verbreken van de stedenband met de Franse stad Orange wordt
verworpen, met de aantekening dat de fracties van GroenLinks en de SP geacht wensen te worden
te hebben voorgestemd.
Motie (6) over het terugbrengen van het D-tarief voor parkeren, onder andere op het Chasséveld,
van 6,— naar 4,— per dag wordt verworpen, met de aantekening dat de fracties van de Parel
van het Zuiden en de SP geacht wensen te worden te hebben voorgestemd.
De VOORZITTER
Wij gaan nu over naar hoofdelijke stemming over motie (7). De secretaris leest de namen voor
en u zegt of u voor of tegen bent.
De heer ROPS
Ik wil een stemverklaring afleggen over dat haalbaarheidsonderzoek. Wij laten toch een grote
De VOORZITTER
Maar vindt u dat dit nu nog wel kan?
De heer ROPS
Wij laten een groot voordeel liggen als wij dat haalbaarheidsonderzoek niet laten uitvoeren door
de Hogeschool voor Toerisme. Het is een geweldig mooie afstudeeropdracht. Want wat komt er
vrij bij het aanleggen van een ijsbaan? Geweldig veel warmte. Daarmee zou je een zwembad kunnen
verwarmen. Laat het daarom samen onderzoeken, alstublieft.
De VOORZITTER
Maar wat moet ik nu met zo'n stemverklaring? Kom dan met een andere motie, of was daarmee
gekomen. Het wordt genotuleerd, maar verder doe ik daar natuurlijk niet veel mee. Ik denk dat
wij nu tot stemming moeten overgaan.
Hoofdelijke stemming over motie (7), met betrekking tot een haalbaarheidsonderzoek naar een
kunstijsbaan.
Voor de motie hebben gestemd de heer J.O.E. Boer, mevrouw B.P. Croft-Mittelmeijer, de heren
C.J. Crul, J.H.P. Kwisthout, J.A. Rops, P.H Scheltens, C.G.M.F. Schoenmakers. B.G.C.
Schreiner, W.J.G. Schroder en P. van Yperen.
Tegen de motie hebben gestemd de heer A.C.A.M. Adank, mevrouw L. van Beusekom-Nix, de
heren J.G. Coppens, C.O. W.Dubbelman, C.C.M.A. Gemmeke, J.B.A. van Gestel, M.L. Geuze,
J.C.A.M. Gielen, H.J.M. Haarhuis, de dames E.P.M.M. van Hasselt-Blankers, M.P. Heerkens,