24 april 1997 276 De heer SCHELTENS Zoals in de commissie gemeld, ik zal het hier in het kort nogmaals weergeven, is het besluit opge splitst in een aantal punten. Punt 1 van het besluit behelst de zienswijzen onder 1 en 2. Die worden gegrond verklaard, en daarmee zijn wij heel gelukkig. Voor alle duidelijkheid, voor de aanwezige mensen lijkt het me niet zo gek: de eerste zienswijze is die van de heer Reijnders namens Hotel De Keyser, de tweede zienswijze gaat over de bouwhoogte van het Nonnenveld en Hotel De Keyser. Die is nu eindelijk op een vaste hoogte afgemaakt, zijnde 21 en 24 meter. Het is nog niet helemaal naar de wens van de betrokkenen, maar wij vinden het een juist compromis en daarom zijn wij blij dat akkoord is gegaan met de zienswijze en zijn wij dus ook akkoord met besluit punt 1Voor wat betreft de andere zienswijzen, met name punt 3, Stichting Bewoners Stadshart, dat voor een groot deel gaat over de museumwoningen, punt 4 gaat ook daarover, en zoals u weet zien wij de betref fende museumwoningen in het geheel niet zitten, zijn wij zeer teleurgesteld dat die zienswijzen ongegrond zijn verklaard. Dientengevolge, en dat is tegelijkertijd een stemverklaring, zijn wij akkoord met deel 1 van het besluit, maar met de punten 2, 3, 4 en dus uiteindelijk ook met punt 5 kunnen wij niet akkoord gaan. Mevrouw CROFT-MITTELMEIJER Zo kun je zien hoe raar het kan gaan. In de commissie heb ik hele andere woorden van de heer Van Yperen gehoord. Hij was toch veel kritischer dan wat ik nu uit de mond van Breda'97 hoor. Hij sprak mij zelfs naderhand nog aan, en wij hebben nog overwogen of we misschien gezamenlijk een amendement danwel een motie zouden indienen. Want het kon niet de goedkeuring van de heer Van Yperen wegdragen. Nu kan het natuurlijk zijn dat de heer De heer SCHOENMAKERS Een korte interruptie. De heer Van Yperen is niet de fractie van Breda'97. Mevrouw CROFT-MITTELMEIJER Dat heb ik inderdaad al gemerkt. Ik begrijp nu ook waarom de heer Adank die brief heeft gestuurd, want hij moet inderdaad zijn mond maar houden als Breda'97. Als zelfs de heer Adank De VOORZITTER Even bij het onderwerp blijven. Mevrouw CROFT-MITTELMEIJER Ik doe mijn best, maar ik constateer iets. De VOORZITTER Probeert u het maar. Mevrouw CROFT-MITTELMEIJER Ik ben blij dat u de orde wilde handhaven. Het was inderdaad op het laatst wat rommelig. Ik vind het zeer typerend dat er een heel ander geluid komt. Misschien is het zo dat er voor de verzamelde goegemeente op dat moment andere geluiden geproduceerd moesten worden. Wij staan nog wel achter datgene wat wij toen hebben gezegd over dat punt. De hele procedure zoals die is gegaan: het bouwplan van De Keyser, hoe we met de bewoners tot in het oneindige hebben moeten trekken en zeuren over de goothoogte, om datgene te krijgen wat was afgesproken, is al heel triest. Ze krijgen nu uiteindelijk dan toch gelijk. Het heeft lang geduurd. Bij de behandeling van het Chassét- errein hebben wij als Parel van het Zuiden besloten dat de ontwikkeling in twee fases zou moeten gaan. Het stuk langs de singel zou wat ons betreft het eerst moeten worden ontwikkeld, en daarna het stuk achter de historische as, juist omdat het bij die historische as allemaal zo kwetsbaar is. Ook is het zeer moeilijk om de aansluiting naar de binnenstad precies goed te doen. Het voorstel zoals

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1997 | | pagina 276