23 JANUARI 1997
30
Wethouder VAN RAAK
Ik wil reageren in de richting van de heer Rops over zijn opmerking dat hij zo spoedig mogelijk
een verordening wil inzake kwijtschelding en bijzondere bijstand. Op dit moment zijn wij aan het
inventariseren welke verordeningen er allemaal moeten komen. Ik denk dat het nog een langer
rijtje is. Een x-aantal zaken moet nog op elkaar worden afgestemd. In het projectcollege is dat
min of meer gebeurd. De weg via de dienst naar uw raad proberen wij zo spoedig mogelijk
gerealiseerd te krijgen. In de komende commissievergadering verwacht ik in feite dat een aantal
verordeningen al verder zal zijn. Maar in de loop van februari krijgt u er nog meer voorgelegd
dan waarnaar u in feite op dit moment vroeg. Dus wij proberen uitgebreid aan uw verzoek tegemoet
te komen. In de richting van de heer Kwisthout kan ik zeggen dat wij die discussie inderdaad in
de commissie hebben gevoerdIk kan zijn opmerking alleen maar opvatten als een stemverklaring.
Akkoord, met de aantekening dat de fractie van de SP geacht wenst te worden te hebben
tegengestemd.
19. VERORDENING UITSTROOMPREMIES 1997.
De heer COPPENS
Ik heb slechts een detailvraag en dat betreft artikel 5, le lid onder d. U verwijst daar naar artikel
2, lid 1 onder d. Maar d. bestaat in mijn ogen niet. Dat moet c. zijn.
Wethouder VAN RAAK
Dat klopt helemaal, voorzitter. Ik vind het knap dat iemand dat weet te ontdekken.
De VOORZITTER
Ik neem aan dat iedereen het ermee eens is dat d. c. moet worden, ook de VVD, zie ik.
Akkoord.
20. VERORDENING VOORZIENING GEHANDICAPTEN 1997.
21AANGAAN VAN EEN REKENING-COURANT-OVEREENKOMST EN EEN RAAMOVER
EENKOMST VOOR GEÏNTEGREERDE DIENSTVERLENING MET DE N.V. BANK
NEDERLANDSE GEMEENTEN TE DEN HAAG ALSMEDE HET OVERDRAGEN VAN
BEVOEGDHEDEN AAN HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS.
Akkoord.
22. UNIFORMERING BELASTINGVERORDENINGEN EN -TARIEVEN VOOR 1997.
De heer GEMMEKE
Ik wil speciaal even de aandacht vestigen op het gedeelte dat gaat over de leges voor vergunningen
krachtens de Wet milieubeheer. Daar wordt door het college voorgesteld om dezaak kostendekkend
te houden. Wij zijn het met die kosten als CDA hartgrondig eens, maar wij constateren ook dat
er sprake is van een stijging van de kosten met 13,1 en wij vinden dat een forse verhoging. Wij
vinden dat dit noopt tot zelfbeheersing en een kritische opstelling met betrekking tot het benoemen
van die kosten, die werkelijk milieukosten zijn. Wij moeten die milieuparagraaf niet hanteren als
een tapijt waaronder allerlei restkosten kunnen worden geschoven, die dan vervolgens de naam
'milieukosten' krijgen toegedicht. Met andere woorden: een kritische instelling met betrekking
tot eigenlijke en oneigenlijke milieukosten is in dezen op zijn plaats. Dat is de opmerking die ik
graag wilde maken.
