23 JANUARI 1997 36 De heer COPPENS Ik wil de wethouder voor zijn antwoord bedanken. Ik heb daarover overigens nog één opmerking. Ik heb bijvoorbeeld met betrekking tot de legesheffing voor het voltrekken van huwelijken in de Legesverordening 1996 van de gemeente Breda in artikel 16 gelezen dat het wel als zodanig is omschreven. Ik ben het wel eens met de wethouder als hij zegt dat het in het voordeel van het aanstaand bruidspaar is. Waar het in het voordeel is van de burger, daarmee hebben wij geen problemen en daarmee zal de burger ook zeker geen probleem hebben. Maar in het verleden was het wel geregeld, waarom dan nu niet? Wethouder VAN OS Ik zou het niet weten, mijnheer Coppens. De heer COPPENS De tweede opmerking is dat ik ook blij ben dat er een onderzoek wordt gedaan naar de aanvragen voor planschadevergoeding. Dan nog een opmerking in de richting van de heer Crul voor wat betreft het CDA. Hij moet zich heel goed realiseren dat het CDA uit het oogpunt van rechtsgelijk heid van oordeel is dat tot uniformering van de tarieven moet worden gekomen, en dat het juist de O.Z.B. is, die tegelijk met de behandeling van de begroting aan de orde zal komen, waarbij wij tot een mogelijke verlaging van de belasting kunnen komen voor geheel Breda. De heer KRUITHOF Even een korte reactie op de heer Crul. Het is inderdaad waar dat het schoksgewijs invoeren van veranderingen beslist niet onze stijl is. Ik dacht overigens dat de heer Geuze ook op een perfecte manier had uitgelegd wat in dit geval ons ertoe bracht, namelijk de rechtszekerheid en de recht sgelijkheid. De heer BOER Even ter interruptie. Dat is toch een beetje vreemd De VOORZITTER U komt in tweede instantie aan de beurt. De heer BOER Ja, maar het verbaast mij De VOORZITTER De heer Boer heeft het woord. De heer BOER dat de fractievoorzitter iets verdedigt, waarvan hij juist zegt dat de eerste woordvoerder in eerste instantie daarover uitstekend het woord heeft gevoerd. De heer KRUITHOF Mag ik hier even op reageren? Dat was niet de portee van mijn opmerking, mijnheer Boer. Het ging erom dat wij inderdaad in de vorige periode niet voor die schoksgewijze aanpak waren. En daarop reageer ik even. De heer BOER Maar jullie zijn daar nu wel voor? De heer KRUITHOF Neen, dat zijn wij niet. U moet goed luisteren. Het betreft hier een uitzonderlijk geval, waarin dit moet gebeuren. Het wil niet zeggen dat dit in de toekomst gewoon zal doorgaan. Het is echt een uitzondering.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1997 | | pagina 36