26 JUNI 1997 404 het college niet uit alchimisten bestaat, hoewel dezen ook nooit zijn geslaagd in het produceren van goud De beperkingen van het openbaar vervoer doen pijn. Datje niet bezig kunt blijven met het 's avonds laat en 's morgens vroeg rondrijden van ijzeren stoelen, is voor ons ook helder. Zeker wanneer je erbij bedenkt dat het Rijk een heel ander bekostigingssysteem zal gaan invoeren. Aan de andere kant moeten we als stad ook met de gegeven marktsituatie slim proberen om te gaan. Ik heb begrepen dat er op dit moment geen studie gaande is naar alternatieven, omdat de wethouder de kostenfactoren met huiver op zich ziet afkomen. Mogen we van het college verwachten, dat het in het kader van de nota Openbaar Vervoer en de uitwerking van het structuurschema Verkeer en Vervoer eind dit jaar, toch probeert wat opties te ontwikkelen, en daarbij de positieve kanten, die bijvoorbeeld in andere steden voorhanden liggen, over de wat langere termijn natuurlijk want je kunt een en ander niet grondig veranderen als je niet rekening houdt met de afschrijving en de realiteit daarvan, wil betrekken bij de samenstelling van die notities? Dat geeft op den duur misschien toch weer uitzicht op nieuwe ontwikkelingen, in plaats van blokkades door financiële beperkingen. De heer CRUL Even samenvattend wat wij daarover in de commissie hebben gezegd: onze fractie heeft veel moeite met de beperking die in de dienstverlening wordt doorgevoerd. Wij vinden het niet juist om te starten met de afbraak van het openbaar vervoer, zeker niet op dit moment. Vele mensen, die op het openbaar vervoer zijn aangewezen, worden daardoor gedupeerd. Ook 's morgens vroeg en 's avonds laat op zaterdag. Wij vinden dat dus niet juist. Wij hebben die zaak in een motie vastgelegd, en leggen die aan u voor. Wij weten ook wel dat de toekomst van het openbaar vervoer er donker uitziet. Wij hebben daarover ook in de commissie gesproken. Gelukkig is de Tweede Kamer zich aan het bezinnen of die privatisering verder moet worden doorgezet. Verder willen wij nog zeggen dat de BBA toch wel een volgend beleid voert, er komen weinig nieuwe dingen naar voren om in ieder geval de mensen vanuit de auto in de bus te krijgen. Er zijn in andere plaatsen experimenten, waarnaar wij goed zouden kunnen kijken. Dus er is weinig creativiteit bij de BBA. Wij komen ook nog even terug op de zaak, die wij in de algemene beschouwingen naarvoren hebben gebracht, namelijk dat wij voor gelijke tarieven voor Breda zijn, dus maximaal twee strippen. In zijn totaliteit hebben wij die zaken in een motie vastgelegd. De door de heer Crul namens de fractie van GroenLinks ingediende motie luidt als volgt: MOTIE (8) De leden van de raad der gemeente Breda, gelet op artikel 31 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van de raad der gemeente Breda; stellen de raad voor zich uit te spreken als volgt: De raad der gemeente Breda, in vergadering bijeen ter behandeling van het voorstel van burgemeester en wethouders inzake dienstregeling, exploitatieplan en exploitatieprijs stadsdienst Breda 1997; overwegende dat: het openbaar vervoer een belangrijk middel is voor de deelname aan het maatschappelijk verkeer voor grote groepen burgers; de automobiliteit met het openbaar vervoer moet worden teruggedrongen; beperkingen van de BBA-dienstregeling ongewenst zijn;

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1997 | | pagina 404