26 JUNI 1997
412
de Rekeningscommissie aan de orde is geweest. Door de fractie zijn vragen gesteld over de exploitatie
van het grondbeleid. Daarop is geantwoord dat in de toekomst het exploitabel zijn van de grond een
moeilijke zaak zal worden. De exploitatie zal moeilijk sluitend te maken zijn. Tot mijn verbazing is
dinsdag in de commissievergadering door de wethouder van Ruimtelijke Ordening over ditzelfde
onderwerp gezegd, en dan naar de Vinex toe, dat de exploitatie van de Vinex ten minste sluitend zal
zijn. Het staat niet haaks op elkaar, maar het verdraagt elkaar toch niet. Omdat dit dinsdag is besproken,
kon ik het niet meer inbrengen in de Rekeningscommissie. Ik vind dat daarover klaarheid moet komen.
Als dat vanavond niet kan dan kan dat ook later, bijvoorbeeld in de commissies Ruimtelijke Ordening
en Middelen. Ik wil een amendement indienen om punt 2, na het tweede sterretje, te laten vervallen.
Het door de heer Crul namens de fractie van GroenLinks ingediende amendement luidt als volgt:
AMENDEMENT
met betrekking tot het voorstel van burgemeester en wethouders inzake de vaststelling van de
jaarrekeningen 1996;
Ondergetekenden, C. Crul en W. Schroder, leden van de raad van de gemeente Breda;
gelet op het bepaalde in artikel 30 van het Reglement van Orde;
stellen de raad voor te besluiten als volgt:
De raad van de gemeente Breda,
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders inzake de vaststelling van de jaarrekeningen 1996;
besluit:
1besluit 2, na het tweede sterretje, te laten vervallen;
2. het college op te dragen een afzonderlijke beleidsnotitie over de bestedingsrichtingen van de algemene
middelen die beschikbaar zijn gekomen naar aanleiding van de rekening 1996 van Breda, vast te stellen
en aan commissies en raad voor te leggen;
en gaat over tot de orde van de vergadering.
De VOORZITTER
Het amendement gaan we uitdelen.
De heer SCHOENMAKERS
Het bestuderen van jaarrekeningen is een moeilijke, maar tegelijkertijd ook indrukwekkende tijds
passering, om uit die doolhof van cijfers en andere instrumenten het beleid van de gemeentebesturen
te kunnen beoordelen. Mijn fractie deelt uw mening, dat bij de resultaatbestemming niet onnodig geld
moet worden toegevoegd aan de bestemmingsreserves, indien deze reeds op voldoende niveau zijn. Met
betrekking tot de bestedingsrichting van de algemene middelen die beschikbaar komen, naar aanleiding
van de rekening van Breda over 1996, willen wij wijzen op de ophoging, blokkering en algemene reserve
van 5,5 miljoen. Hierin zit, volgens de wethouder Middelen, voor ruim 2 miljoen aan afrondingen.
Wij willen dit laatste bedrag voorlopig parkeren en pas bij de begroting van 1998 hieraan een definitieve
bestemming geven. In het algemeen heeft het doorsluizen van dergelijke grote bedragen naar de algemene
reserves niet onze voorkeur. Het komt mijn fractie gewenst voor in de commissie Middelen hierover
