28 en 30 OKTOBER 1997 503 enigszins reële cijfers te weten. De lasten voor de burgers zijn en blijven te hoog. Wanneer worden in dat opzicht de voordelen van de herindeling zichtbaar? In plaats van efficiënter te werken door de schaalvergroting, wordt er gedacht aan een Stadskantoor IIIIn het bedrijfsleven worden banen overbodig door automatisering, bij de gemeente Breda komen er alleen maar banen bij en derhalve meer ambtenaren. In plaats van een derde stadskantoor behoort u het thuiswerken te bevorderen. In dat verband merk ik op dat op de enige plek in de binnenstad, waar nog gratis mag worden geparkeerd, namelijk op de singels bij het Stadskantoor, een parkeerverbod dient te komen, dan wel parkeermeters dienen te worden geplaatst, want dan heeft u sowieso een overschot voor wat betreft de parkeergelden. In de diverse commissies is de Begroting 1998 uitvoerig behandeld. Derhalve kunnen wij thans relatief kort zijn. De thans gehanteerde volgorde vind ik juist. Nu worden met betrekking tot de uitgaven de maxima vastgesteld en straks bij de afzonderlijke begrotingen de exacte bedragen. Allereerst de inkomsten. Ogenschijnlijk komen we tekort, doch dat wordt onder meer veroorzaakt door het instellen van een egalisatiefonds. Zou dat niet zijn ingesteld, dan had Breda geen geld tekort. Het Gemeentefonds wordt gevoed door het Rijk met een bedrag, gerelateerd aan de rijksuitgaven. In de pers heeft gestaan dat het Rijk door de varkenspest veel meer heeft uitgegeven dan begroot, en dat zodoende ook de uitkering aan het Gemeentefonds, dus ook aan Breda, veel groter zullen zijn dan is geraamd. Zodoende is nu reeds te voorzien dat het egalisatiefonds eigenlijk niet nodig was, althans niet voor het komende jaar, en dat de inkomsten van Breda relatief zo hoog zijn dat er een overschot is. Dat brengt mij tot de conclusie dat eigenlijk geen enkel tarief zou moeten worden verhoogd. De bouwleges worden terecht niet verhoogd, omdat de bouwkosten stijgen door de inflatie en deswege de verschuldigde belasting ook. Bij de OZB heeft Nederland gekozen voor een vijfjaarlijkse taxatie. Bij consequent handelen behoren de tarieven dan ook vijfjaar lang niet te worden verhoogd. Immers, als dat wel gebeurt, pakt de gemeente om de vijfjaar twee keer die inflatie, want zowel de waarde van de huizen is dan verhoogd met de inflatie, maar ook de tarieven zijn dan met kleine stapjes verhoogd, dus de huiseigenaren en de gebruikers worden dubbel gepakt. Bovendien wordt bij het voorliggende voorstel geen rekening gehouden met het feit dat dit jaar de woningvoorraad met circa 1.000 woningen zal toenemen en volgend jaar naar verwachting zelfs met 1.700. Er is gewoon 3 opgeteld bij het bedrag dat dit jaar is geïncasseerd. Het zou juist een prikkel voor de gemeente moeten zijn als men zou zeggen dat ervoor moet worden gezorgd dat niet het tarief, maar de woningvoorraad omhooggaat, evenals de voorraad bedrijfsgebouwen, om aan eventuele verhogingen het hoofd te kunnen bieden. Ook bij de opbrengsten van de andere belastingen is, voorzover ik kan nagaan, geen enkele rekening gehouden met de groei van het aantal onroerende zaken. Ik betreur het met Breda '97 dat bij de rioolrechten geen verfijning is aangebracht en dat de eerste schijf loopt van 1 t/m 500 kubieke meter, in plaats van 1 t/m 250 kubieke meter. Zeer veel eengezinshuishoudens gebruiken minder dan 250 kubieke meter. De verdediging in de commissie Middelen om alles bij het oude te laten heeft mij dan ook niet overtuigd. Wil men armoede bestrijden, en die treft men juist zeer veel aan bij de eengezinsinkomens, dan zou dit een zeer goede gelegenheid zijn geweest. Met de verhoging van de hondenbelasting heb ik ook grote moeite. Tot op heden heb ik nooit iemand gesproken die echt tevreden is met de hondenuitlaatplaatsen. Men begrijpt niet dat het weinige onderhoud zoveel moet kosten. Derhalve denk ik dat een hondenuitlaat- plaats alleen maar een winplek is voor de gemeente. Elk jaar zeur ik over de te hoge rekenrente. Volgens de stukken zou deze dit jaar kunnen worden vastgesteld op 6,3 Bij andere belastingen zegt men: we hebben vorig jaar teveel berekend, dus wij houden daarmee nu rekening en we verdisconteren dat in het toekomstig tarief. Als we het afgelopen jaar teveel hebben betaald, dan zal dat, als u consequent handelt, moeten leiden tot een rekenrente van, zeg maar, 6%, en niet van 6,5 zoals u nu naar boven afrondt. Daarmee maakt u wederom de lasten voor de burgers te hoog. Een ander stokpaardje van mij is de kostendekkendheid in Breda. In Breda kijkt men eerst naar de huidige kosten en dan naar de producten. Dat wordt met elkaar gedeeld en dan hebben we het tarief. Je kunt ook anders redeneren en dat bepleit ik. Je kunt kijken wat maatschappelijk aanvaardbaar is als tarief en vervolgens gaan beredeneren hoe dat tarief kan worden bewerkstelligd. Dat is een totaal andere beredenering en wellicht komen we dan überhaupt niet meer tot een Stadskantoor III, want dat zal veel te duur zijn. Door de wijziging van de indeling van de afvalbakken, zo heeft men mij verzekerd, wordt er slechter gesorteerd. Niet de mentaliteit van

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1997 | | pagina 503