28 en 30 OKTOBER 1997 518 gereed. Er moet nog een toets plaatsvinden met het provinciale beleid, want, zoals u weet, zijn er ook provinciale middelen beschikbaar rondom cultuureducatie. Begin volgend jaar kan de nota Cultuureducatie naar de commissie komen. Rondom archeologie hebben de fracties van CDA en D66 vragen gesteld. Ook die nota is praktisch gereed. Er moet nog een financiële vertaalslag worden gemaakt en de nota zal nog dit jaar aan het college worden voorgelegd. Het is mijn streven om deze nota ook in januari in de richting van de commissie te geleiden. Diverse fracties vroegen naar de stand van zaken rondom de uitwerking van de nota Cultuur is Meer. Ik heb een informeel overleg met de commissie toegezegd, in het verlengde van de informele discussie die wij met elkaar hebben gevoerd ter voorbereiding op de nota Cultuur is Meer. Er zal in ieder geval aandacht worden besteed aan de subsidies voor de amateursector. Er is inmiddels een platform amateurkunst opgericht. Dat was één van de afspraken uit de nota. Ik zeg u toe dat we hierop tijdens die informele bespreking nader zullen ingaan, omdat de richtlijnen inmiddels zijn opgesteld. Ik ben wat verrast door de opmerking van de heer Van Yperen dat alleen grote evenementen van gemeentewege gesubsidieerd zouden worden. Dat is in ieder geval niet de lijn die in de concept-Evenementennota staat. Sterker nog, wij streven ernaar om juist kleinschalige initiatieven alle kansen te geven. Wat in die nota wèl wordt gezegd, en dat is al langer beleid, is dat er met name kritisch wordt gekeken naar grotere evenementen en dat daarmee selectief zal worden omgegaan. Met andere woorden, er worden keuzes gemaakt voor subsidiëring daaromtrent. De heer Van der Westerlaken steltvoor om stimulerende cultuurprijzen in te stellen. Ik wijs u erop dat er nogal wat cultuurprijzen zijn in deze stadU w gedachte, als ik u goed heb begrepen, rondom de aanpak van oudere monumentale panden, is een hele aardige. Ik weet dat er in de markt initiatieven zijn om dit te gaan oppakken. Vooralsnog sluiten wij ons daarbij aan. De gedachte is in ieder geval aardig en kennelijk zijn er bedrijven die dit als zodanig oppikken en met dat initiatief naar voren willen komen. De heer Kruithof vroeg naar de stand van zaken met betrekking tot Para. De samenwerkingsovereenkomst wordt momenteel uitgewerkt en de aanbesteding is in voorbereiding. Wat dat betreft loopt alles nog steeds volgens de planning. Ik kan niet uit mijn hoofd zeggen wanneer de start van de bouw is voorzien, maar wanneer u dat wenst kan ik dat voor donderdagavond wel even op een rijtje laten zetten. De heer BOER Even ter interruptie. Gisteravond heb ik nog iemand van Para gesproken en die was zeer teleurgesteld in de gang van zaken. Hij had het over eind 1999 voor wat betreft de opening van Para. Wethouder GIELEN Ik weet niet of dat in de oorspronkelijke planning zat, dus daarover kan ik niets zeggen. Bij mij is niets bekend van enige vertraging in het project Para. Als een na laatste punt is er door diverse fracties aandacht gevraagd voor de problemen, die er zijn gerezen nadat een aantal tijdelijke atelierruimten moest verdwijnen, dan wel gaat verdwijnen. Wat dat betreft kan het college geen ijzer met handen breken. Wij zijn zeer concreet bezig om een aantal gebouwen permanent ter be schikking te stellen van kunstenaars. Wij voeren daarover ook overleg met de Vereniging Atelier KunstenaarsAls tweede aandachtspunt daaromtrent heeft het college bovendien onlangs opdracht gegeven voor een onderzoek naar de behoeften onder kunstenaars en tevens naar de ruimten, die er in Breda beschikbaar zijn. Op korte termijn zal er een totale inventarisatie aan het college kunnen worden aangeboden, waarbij ook een financieel plaatje zal zitten, zodat dit ook voor de raad in zichtelijk kan worden gemaakt. In zijn algemeenheid wil ik tot slot zeggen dat ik als projectwethou der grote stedenbeleid blij ben met De heer KRUITHOF Mag ik een interruptie plaatsen? Misschien kunt u nog iets zeggen over die onderbouw van nieuwe flatgebouwen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1997 | | pagina 518