28 en 30 OKTOBER 1997 519 Wethouder GIELEN Dat zal mevrouw Van Beusekom doen. Of bedoelt u die gedachte in zijn algemeenheid? Als atelierruimten? De heer KRUITHOF Ja. Wethouder GIELEN Dat klopt. Ik was dat vergeten. Even heel kort daarover. De gedachte om bij nieuwe bebouwing atelierruimte te creëren was tot voor kort onbespreekbaar voor de Vereniging Atelier Kunstenaars. Onlangs heeft men aangegeven dat daarmee een bepaalde doorstroming zou worden gegarandeerd en ik heb de VAK aangeraden om daarover in ieder geval in overleg te treden met de woningbouw verenigingen. Ik weet dat mijn collega van volkshuisvesting, mevrouw Vossenaar, daarover ook met de Vereniging Atelier Kunstenaars heeft gesproken. Die gedachte als zodanig is een aardige, maar de gemeente speelt hierin een beperktere rol dan bij het direct beschikbaar stellen van permanente atelierruimte voor kunstenaars. Ik was aan het slot en ik wilde nog zeggen dat ik als projectwethouder grote stedenbeleid blij ben met de toch vrij forse aandacht in de algemene beschouwingen voor het grote stedenbeleid. Wij staan aan de vooravond van het bezoek van de visitatiecommissie. Het college zal morgenavond de visitatiecommissie welkom heten. Ik wens ons allen succes bij dat bezoek, omdat dat toch een belangrijk tussenmoment is in het kader van het prille grote stedenbeleid, zoals dat bij ons nog in de kinderschoenen staat. Wethouder OOMEN In de richting van de heer Adank kan ik met betrekking tot de afvalstoffentarieven zeggen dat de stijging van de tarieven het college zorgen baart. Overigens is het niet alleen een Bredase aangelegenheid, maar het speelt op landelijk niveau. Vandaar, dat ook het kabinet heeft besloten om 100,-- tegemoet te komen aan elk Nederlands huishouden. Het is op dit moment zo, dat het nog niet helemaal duidelijk is op welke wijze dat technisch zal gebeuren. De minister is op dit moment in overleg met de VNG en het IPO om te kijken op welke wijze dit het beste kan gebeuren met de minste overheadkosten. Tenslotte gaat het erom dat die 100,-- zo breed mogelijk bij de huishoudens terechtkomt. In het kader van die afvalstoffenheffing wordt voor onze gemeente op dit moment de hand gelegd aan de analyse met betrekking tot de kostendekkendheid. In de maand december kunnen wij u een goed inzicht geven welke componenten deel uitmaken van die kostendekkendheid en welke differentiatie daar eventueel nog mogelij kis. Breda '97 heeft hierover een vraag gesteld, maar ik kan u dat pas in december voorleggen. De heer BOER Even een korte interruptie. Een bedrag van 100,-- per huishouden, zoals het paarse kabinet dat op dit moment voorbereidt, is natuurlijk een grote zotheid. Dat is voor Breda 5,5 miljoen. Als dat bedrag in één keer naar de gemeente was gegaan, dan had u dat kunnen korten. Geeft u die zotheid toe? Wethouder OOMEN Het is mij niet gegeven om in datgene wat door het kabinet wordt voorgesteld op gemeentelijk niveau wijzigingen aan te brengen. Ik kan u wel zeggen dat het college van Breda in ieder geval is ingenomen met het feit dat het kabinet het besluit heeft genomen om die 100,- beschikbaar te stellen in de alsmaar stijgende kosten van die afvalstoffenheffing, wat overigens nogmaals niet alleen een Bredase, maar een landelijke zaak is. Als u de kranten leest, dan weet u dat het in elke gemeente speelt en Breda is op dat punt beslist geen koploper. Met betrekking tot het parkeren kijk ik in de richting van mevrouw Heerkens, die suggereerde dat het college met betrekking tot de parkeerproblematiek en de tarieven alleen de oren zou laten hangen naar de ondernemers. Ik moet dat toch bestrijden. Als u kijkt naar de discussienota die door het college is aangeboden aan de commissie, dan heeft u daarin uitdrukkelijk kunnen lezen dat er vier groepen worden genoemd die onze aandacht hebben. Dat zijn namelijk de werkers, de bezoekers, de bewoners en ook de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1997 | | pagina 519