28 en 30 OKTOBER 1997 529 in verschillende wijken, buurten en voormalige randgemeenten. Mijn fractie wacht overigens op een principiële discussie als het gaat om de adviesraden. Dat is ook al eerder toegezegd. Het is, meen ik, ook een programmapunt geweest in twee eerdere programakkoorden. Met name de actuali teit van de problematiek rond de Ouderenadviesraad noopt ons tot een duidelijke en principiële discussie over de adviesraden. Ook de vraag naar de mogelijkheden om de commissie- en de raadsagenda's tijdig en breed te publiceren, met name bijvoorbeeld in de plaatselijke pers, is een vraag die vanaf 11 juli, toen ik deze indiende, nog steeds op tafel ligt. Ik wil graag een concreet voorstel hebben. Ik had aan de burgemeester nog een vraag over het oprukkende leger van brommers en scooters, maar ik weet niet of hij hierop wil ingaan. Wellicht kunt u in overleg met de politie, in het kader van de handhaving, hier eens naar kijken. Dit zou, misschien ook in overleg met de scholengemeenschappen, de verkeersveiligheid kunnen doen toenemen. Voor wat betreft Vinex-locaties, ook al hebben wij daar als zodanig niet over gesproken, wil ik in de richting van het college over Teteringen, dat voor volgende week donderdag op de rol staat, in ieder geval nu reeds melden dat wij in onze reactie, en dat heb ik ook in de commissie gezegd en dat is ook zo in het verslag opgenomen, een go-no-go punt ingelast willen zien, als het gaat om de randvoorwaarden van de verkeersontsluiting. Er zal absolute duidelijkheid moeten zijn in de richting van de bewoners van dat stadsdeelmaar ook voor Breda-Noord moet de ontsluiting naar Rijksweg 27 worden geregeld. In de periode van volgende week donderdag naar een volgende stap zal hierover absolute duidelijkheid moeten komen. Ik zal daarover een toezegging vragen. Vanmorgen lazen wij een onaardig verhaaltje over het MEC. Het kan niet zo zijn dat een van de bestlopende projecten van onderop de nek wordt omgedraaid, casu quo één dag per week gesloten zal moeten worden op basis van een probleem met betrekking tot de personeelsformatie. In die zin heeft mijn fractie sympathie voor de opmerkingen die GroenLinks in de betreffende motie heeft gemaakt. Ik zou, voordat wij hierover een uitspraak doen, het standpunt van het college hierover willen vragen en de opvattingen van de wethouder of datgene wat hierover in de pers is verschenen ook objectief en verifieerbaar is. Dan kom ik toch nog even terug op de OZB. De VOORZITTER Uw vijf minuten zijn bijna om. De heer ADANK Dat kan ik eigenlijk wel in één zin doen. Wij hebben een amendement laten verspreiden en ik zal u direct het orginele exemplaar aanbieden van dit amendement, dat mede wordt ingediend namens onze coalitiepartners VVD en Breda '97. Ik denk niet dat wij nu nog uitgebreid moeten ingaan op de dekking en de motivering, want dat is zeer uitgebreid gebeurd tijdens de ampele discussie hierover in de commissie. Ook ons gezamenlijke amendement is daarin strikt duidelijk. Tenslotte wil ik over de problematiek van de kassenvrijstelling, waarvoor wij toch nog wat onderliggende motivatie hebben gevonden, aan de wethouder vragen om dat punt nog eens mee te nemen. Hij heeft ons verhaal in ieder geval begrepen. In de eerste termijn hebben wij hierop geen antwoord gekregen, maar dat zouden wij graag in de tweede termijn wel hebben. Als dat ons niet geheel duidelijk is, dan houden wij toch voor alle veiligheid nog een motie achter de hand. Het door de heer Adank, namens de fracties van CDA, Breda '97 en WD, ingediende amendement luidt als volgt: AMENDEMENT (U met betrekking tot de Concernbegroting 1998 en het voorstel van burgemeester en wethouders inzake het voorstel tot verhoging van de OZB-tarieven met 3% voor het jaar 1998; Ondergetekenden, leden van de raad van de gemeente Breda; gelet op het bepaalde in artikel 30 van het Reglement van Orde;

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1997 | | pagina 529