6 NOVEMBER 1997 592 en de raad. Dat is naar onze optiek de juiste aanpak van deze problemen, en niet: parallel laten oplopen. De heer ADANK Ter interruptie. Misschien dat de motie door GroenLinks kan worden aangevuld door onder het vierde gedachtenstreepje te zetten: en vervolgens een groot aantal woningzoekenden te laten weten dat GroenLinks het verrekt om te bouwen in Breda, waarvan acte. Dat moet GroenLinks ook duidelijk maken. Anders doen wij het wel. De heer HAARHUIS Gaat u het maar uitleggen aan al die woningzoekenden. De heer SCHELTENS Het is prettig om eens een keer duidelijke woorden te horen, in het Nederlands nog wel. Mogen wij duidelijk maken dat wij het helemaal niet verrekken om te bouwen? Als er zou worden gebouwd volgens onze richtlijnen, dan zou er in bepaalde categorieën inderdaad niet meer worden gebouwd, in andere categorieën meer, en daar kunt u ons op aanspreken. Daar hoor ik nooit geluiden over, alleen maar dat wij stokpaardjes berijden over de verdeling. Wij hebben altijd gepleit voor het bouwen voor de behoefte die er is in Breda. En dan moet je gaan kijken hoe die behoefte ligt, en niet maar gaan bouwen voor mogelijke behoeftes van andere mensen buiten Breda in de toekomst, want dat zijn zeer onduidelijke gegevens. De heer VAN YPEREN Wat heeft dat te maken met de vertraging, die u op die manier inbouwt? De heer SCHELTENS Nogmaals, die vertraging is niet onze fout. Dit zou allang allemaal hebben moeten plaatsvinden. Voor iedere locatie zou je een aantal zaken, dat van belang is, allang geregeld moeten hebben. Als dat niet zo is, moet je ze alsnog eerst regelen en dat kan heel snel, sneller dan het nu met de HOV gaat. Eerst moeten die zaken worden bekeken, daarna moetje gaan kijken wat de behoeftes zijn, want die zouden over vijfjaar een beetje anders kunnen liggen, en tenslotte ga je bouwen. Men moet niet eerst zeggen: al die plannen voor het bouwen gaan we gewoon doorontwikkelen, en dan komt de rest vanzelf wel. Die komt namelijk niet vanzelf. Mevrouw HEERKENS Wat is er nu toch in alle redelijkheid mis mee om zowel te kijken naar de stedelijke problematiek op het terrein van volkshuisvesting, alsook verder te gaan met de voorbereiding van de plannen, en vervolgens ook heel duidelijk met elkaar af te spreken dat er een apart beslismoment komt? Daarop zit u ook te wachten. Wat daar mis mee is kunt u niet uitleggen en dus bent u op een opportunistische manier bezig. De heer SCHELTENS Dat heeft niets met opportunisme te maken. Het is gewoon een kwestie van kijken naar hoe het in het verleden is gegaan. Kijkt u onder andere ook eens naar het voorstel over het bestemmingsplan Kroeten, dat we net hebben gehad, waarover niemand wilde praten. Daar komt een woonwijk. Daar zijn we niet tegen. U kunt ons niet verwijten dat we tegen het bouwen zijn. Maar de ontsluiting is gewoon niet geregeld, zoals een meerderheid van deze raad zou willen. Dat punt zou je eerst moeten bekijken, en niet zeggen, zoals is geantwoord in de commissie: delen van die wijk zitten buiten de 400 meter, maar goed, dat kan allemaal wel een beetje anders. Voor de auto's is het wel geregeld, voor de fietsers is het redelijk geregeld, en voor een aantal mensen die met het openbaar vervoer moeten, is het niet geregeld. Daarop krijgen we als antwoord dat, als daar wat haltes moeten worden bijgepland, deze dan ergens anders van af moeten. Dat is toch geen regelen van de ontsluiting van een wijk? En zo gaan we er in Breda mee om. De zaak moet worden

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1997 | | pagina 592