18 DECEMBER 1997
703
waarbij de ondernemingsraad uiteraard weer wordt betrokken. Ik zei al, dat gaat in goed en
harmonieus overleg, en dat zou ik ook graag zo willen houden. Ik heb grote waardering voor de
opstelling van de ondernemingsraad, die bepaald geen makkelijke tijden heeft, laat mij u dat ook
zeggen. Ik zal de commissie uiteraard blijven informeren, want dit is natuurlijk nog niet het laatste.
Als alle gemeenten op deze zelfde wijze reageren, dan is het niet zo moeilijk. Maar als daar weer
wat lucht tussen komt, dan krijgen wij weer het probleem om te proberen er een goed compromis
uit te halen en daarbij zal ik u dan weer betrekken, als dat wezenlijk is. Hoe dat bureau er exact
uit gaat zien, met hoeveel mensen, en bij welke gemeente het wordt aangehaakt, daarvan is het
de bedoeling dat de portefeuillehouders hierover ook nog hun licht doen schijnen. We gaan in
ieder geval op zeer korte termijn een tijdpad uitzetten, uitgaande van de eindtijd van 1 mei 1999.
Vervolgens, terugredenerend, zullen er besluiten moeten worden genomen en wij moeten kijken
hoeveel tijd daarvoor nodig is, met alle inspraak en de adviezen van de betrokken medewerkers
en gemeenten. Hoe het portefeuillehoudersoverleg gaat functioneren weet ik niet, maar er is
natuurlijk allang een portefeuillehoudersoverleg. Dat bestaat al op zeer veel onderdelen. Ik denk
dat daarin op zich niet zo heel veel verandering hoeft te komen. Wij hopen zelfs dat dit wat
intensiever zal zijn, omdat er sprake is van maatwerk, en dat alleen dié portefeuillehouders aan
tafel zitten die belang hebben bij een bepaald onderwerp. Dat betekent wat meer engagement dan
wanneer je verplicht bij alle onderwerpen zit, die maar een enkeling aangaan. Dus wij denken
dat dit een stuk beter is. Dat geldt ook voor de relaties naar buiten toe. De ondernemingsraad zegt
hierover ook iets. Ik heb de brief zojuist heel even snel moeten lezen want ik had hem nog niet.
Hij is aan de raadsleden gestuurd en niet aan de voorzitter. Dat is een onhandigheid, denk ik. Het
is niet echt bewust gedaan, want de sfeer binnen het overleg is uitstekend. Wij proberen ook die
relaties met andere overheden vanuit die portefeuillehoudersoverleggen wat meer te intensiveren.
Want wat zie je op het ogenblik? Dat portefeuillehouders binnen het dagelijks bestuur van het
Stadsgewest in principe niet diezelfde portefeuille binnen hun gemeente uitoefenen. Dat betekent
dat er bij de Provincie soms iemand aan tafel zit die niet van huis uit die activiteit ook binnen
zijn eigen gemeente vervult. Maar straks krijg je de situatie dat juist die portefeuillehouders, die
het aangaat, met de Provincie rond de tafel zitten. De Provincie krijgt hieraan een behoorlijke
dobber, denk ik. Want het betekent kwaliteitsverbetering. De heer Taks spreekt over het voordeel
van de twijfel en iets meer structuur. De structuur heb ik bij het eerste voorstel ingebracht, mijnheer
Taks, door aan te geven dat wij vinden dat die deelneming op zijn minst gedurende een raadsperiode
moet worden vastgelegd, dat men er halverwege niet uit kan, en dat men daarna opnieuw de maat
kan bekijken die men wilDat is in ieder geval geen vrijblijvendheid meer. Daarin zit een structuur
en daarover is ook iedereen het wel eens. Ook de wijze waarop de onderdelen, die worden
ontvlochten, in de gemeenschappelijke regeling worden vastgelegd en waarover u de voorstellen
binnenkort zult krijgen toegezonden als wij het hierover allemaal eens worden, zullen voldoende
inzicht geven in wat er staat te gebeuren.
TWEEDE TERMIJN
De heer BOER
Ik dacht in het begin dat het vaag was, maar ik ben nu tot de conclusie gekomen dat het gaat om
een overleggedrocht, dat niet anders kan dan te moeten worden geboren. Ik denk dat er een hoop
werk kan gebeuren via Internet. Als ik u zo hoor, dan denkt ik dat dat nog sneller gaat.
De VOORZITTER
Die suggestie neem ik mee.
De heer WILDEMAN
Mag ik voor de volledigheid nog even op het woord transparant terugkomen? Het zal duidelijk
zijn dat ik volledig synchroon loop met de heer Snier. Ik zeg dit maar om aan te geven hoe wij
er voorstander van zijn om dat uitvoerend bureau toch maar traceerbaar te houden.
