6 FEBRUARI 1997 71 Wethouder GIELEN Ik ben graag bereid om daar met de commissie verder op in te gaan en aan te geven waarom de bibliotheek nu kiest voor de leeftijd van 65 jaar. Ik zal dan ook ingaan op de consequenties van een apart tarief voor het C.J.P. Ik ben wat in de war door de opmerking van de heer Schroder, daar, waar hij spreekt over een dictaat van het projectcollege. Daarvan is natuurlijk geen sprake. Het document, dat het uitgangspunt is geweest voor dit voorstel, is door het projectcollege vastgesteld, en is als voorstel voorgelegd aan alle stichtingsbesturen. Mijn informatie uit de overleggen, die hebben plaatsgehad met de stichtingsbesturen, is dat er sprake was van een constructief overleg en De heer SCHRODER Er is ook een bijeenkomst geweest van de fractievoorzitters om eens te kijken naar de presentatie van het projectcollege en in dat document stond doodgewoon: uitstel voor driejaar of bevriezen voor drie jaar van de subsidierelatie van stichtingen en verenigingen. Dit is kennelijk een ander document, of er wordt nu van afgeweken. Wethouder GIELEN Voor wat betreft de positie van die stichtingsbesturen die dat voorstel hebben besproken, hadden zij op dat moment eenvoudig kunnen zeggen dat zij driejaar zelfstandig wilden blijven. Op dat moment hadden zij een eigenstandige bevoegdheid om de tarieven vast te stellen. Zij hebben in er de onderhandelingen niet voor gekozen om als stichtingen zelfstandig verder te gaan, waardoor er dus geen subsidierelatie meer bestond met die stichtingen. Zij hebben gekozen voor een gedeprivatiseerde vorm. Uiteindelijk is dat het onderhandelingsresultaat geweest en hebben zij ingebracht dat, voor wat betreft de tarieven die vanavond voorliggen, er een uitstel geldt van één jaar voor twee van de oude gemeenten, en niet voor Breda en voor Nieuw-Ginneken. Het kwartje leengeld was dus op dat moment een eigenstandige bevoegdheid van de stichtingsbesturen. Ik heb ook in de commissie geprobeerd om dat duidelijk aan te geven. Ook als zij niet waren gedeprivati- seerd hadden zij de bevoegdheid om dat kwartje leengeld in te voeren. Wat mij betreft is er dan ook geen sprake van over het graf heen regeren door de stichtingsbesturen. Dat was op dat moment hun eigenstandige bevoegdheid. Er is ook geen sprake van een dictaat van het projectcollege. Het was een voorstel van het projectcollege, dat uiteindelijk met die stichtingsbesturen is besproken. U vraagt naar de kosten voor de invoering van dat kwartje leengeld. Ook die vraag verrast mij wat, omdat hierop tijdens de evaluatie in december ongeveer twee uur lang in de commissie is ingegaan. Ook is toen gesproken over het uiteindelijke resultaat van het kwartje leengeld. U acht het boetebeleid juridisch twijfelachtig en mevrouw Croft sluit zich daarbij aan. Voor het college is de overweging geweest, en dat gaf u zelf ook al enigszins aan, dat dit vermijdbare kosten zijn. Ook vanuit de overweging dat het voor wat betreft het automatiseringsproces van de bibliotheek eenvoudiger was om dat te doen, hebben wij gemeend hiermee te kunnen instemmen. Het gaat om enkele centen, die bovendien vermijdbaar zijn. Mevrouw CROFT-MITTELMEIJER Bij interruptie. Ik denk dat u toch de rechter een keer op uw dak zou kunnen krijgen. Als iemand ook maar voor 0,05 naar de rechter gaat, en dat kan, dan zult u aan het kortste eind trekken. Wat u doet, kan juridisch gezien niet. Men kan niet achteraf worden geconfronteerd met boetes, die u zomaar even heeft verhoogd. Men weet van tevoren welke boete het is, en dat is het risico dat men neemt. Dat is een vermijdbaar risico, maar niet als het hoger ligt. Wethouder GIELEN Voor wat betreft de opmerking van mevrouw Croft over de uniformiteit van tarieven wijs ik erop dat hier natuurlijk sprake is van een geheel andere situatie. Zoals ik al aangaf, betrof het hier zelfstandige stichtingen en dit is uiteindelijk een onderhandelingsresultaat geweest. Wij kunnen niet spreken over dezelfde situatie, zoals die tijdens de laatste raadsvergadering aan de orde was. Mevrouw Croft had nog wat opmerkingen over de BredaPas

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1997 | | pagina 71