27 FEBRUARI 1997
95
van 3,5 miljoen. Als de tarieven met ongeveer 8% omlaag zouden gaan, dan zou het ongeveer
neutraal zijn, en dan zou er niet te veel geld bij de burgers worden weggehaald.
Wethouder VAN OS
Er is maar een beperkt aantal vragen over deze O.Z.B.-verordening gesteld. Ik hecht eraan om
namens het college te zeggen dat de tarieven, zoals die nu voorliggen, uiteraard, en dat is door
bijna elke partij gememoreerd, een aanslag betekenen voor de nieuwe inwoners van Breda. Aan
de andere kant moeten we in deze discussie, denk ik, ook het evenwicht zoeken, en is met deze
tarieven voor het oude Breda de hele discussie over de hertaxatie afgerond. Dat betekent dat de
hertaxatie gemiddeld geen tariefstijging voor de oude inwoners inhoudt. Dat is, denk ik, toch ook
iets wat bij deze verordening mag worden gemeld. Hetzelfde geldt voor de min 1 Ten aanzien
van de mythe dat Breda de duurste stad van het hele land zou zijn, lijkt het mij goed u aan te geven
dat bij de nieuwe O.Z.B. op dit moment Breda voor de woningen 14,64 rekent, dat Den Bosch
in deze provincie daar inderdaad onder zit met 12,60, maar dat Tilburg met 19,46, Eindhoven
met 19,14, Oosterhout met twee cent hoger dan Breda, Helmond met 25,08 en Roosendaal
met 15,14 volgens mij toch iets hoger zitten dan Breda. Wellicht dat we aan die mythe een keer
een eind zouden kunnen maken. Dat is mijn antwoord in de richting van de SP, waar zij dat zo
hard aanhaalt. Naar aanleiding van de vraag van de heer Boer het volgende. Het is voor mij
onmogelijk om een klip en klaar antwoord op uw veronderstelling te geven. Het is wel duidelijk
dat de randgemeenten een enorme aderlating zouden hebben ondergaan uit de uitkering van het
Gemeentefonds. Dat zou een ongelooflijke aanslag op hun begroting zijn geweest. Dan is het de
vraag hoe die gemeenten daarmee waren omgegaan. Ik kan gaan discussiëren over bezuinigingen
in die gemeenten, of over verhoging van de O.Z.B. Ik denk, als ik heel eerlijk ben, dat het voor
de gemeente Teteringen onmogelijk zou zijn geweest om dat met bezuinigingen op te vangen, en
dat zij over het tarief van Breda heen zouden zijn gegaan, maar ik weet niet of ik daarmee oud
raadsleden uit die gemeente meteen over mijn nek haal. Dat is één element. Het tweede element
is dat in de begrotingen van die gemeenten voor dit jaar tariefstijgingen zaten van 6 en nog een
aantal ongedekte stelposten. In één begroting werd gemeld dat zij dat zouden gaan opvangen met
een verhoging van de O.Z.B. Die elementen wil ik noemen. Ik vind het niet eerlijk om te zeggen
dat men dan het tarief van Breda zou hebben gemeld, want het zou een eigenstandige bevoegdheid
zijn geweest van die gemeentebesturen om andere maatregelen te treffen. Zowel de PvdA, als
D66, maar zeker ook Breda '97 hebben vragen gesteld over de goede communicatie, niet alleen
over de tarieven nu, maar ook over de tarieven van de vorige maand, en daarbij komt uiteraard
ook extra informatie en communicatie over de kwijtscheldingsmogelijkheden. Het gaat erom dat
we de mensen bereikenCol lega Van Raak en ik zullen ons best doen om via verschil lende kanalen
duidelijk te maken dat men recht heeft op kwijtschelding en dat men daarvan ook gebruik moet
maken. Als wij ze niet automatisch kunnen bereiken, verwachten wij dat de mensen zelf actie zullen
ondernemen, maar wij proberenhen viaonze communicatie nadrukkelijkte wijzen op die mogelijk
heden. Op dit moment zou, gelet op de wijze waarop wij de belastingen innen, maar ook op de
wijze waarop wij het tarief samenstellen, een spreiding over acht maanden op zich weer een finan
cieel aspect betekenen. Ik denk dat het goed is dat ik probeer u te informeren waarom het op zes
maanden staat. Gelet op de aanslagregeling dit jaar zou dat betekenen dat we zelfs over een
jaargrens heenschuiven, en het is absoluut niet mijn bedoeling datje een stapeling zou kunnen
krijgen. De heer Crul vraagt of ik nog over zijn suggesties heb nagedacht. Ik dacht dat ik in de
commissie al uw suggesties van commentaar had voorzien en ook op bijna al uw suggesties de
onmogelijkheid had aangegeven, die er in dat verband zou ontstaan. In de richting van de heer
Verpaalen het volgende. Het bedrag dat u noemt, opgeteld met het bedrag van de verhoging van
de O.Z.B. voor de omliggende gemeenten betekent dat er daardoor 51 miljoen ontstaat, dat is
47,5 miljoen plus 3,5 miljoen. Daarvan moet u niet alleen oninbaar weer aftrekken, want u
verwart oninbaar met kwijtschelding. Naast een post oninbaar is er ook een post van bijna
900.000,- opgenomen om de kwijtschelding mogelijk te maken.
TWEEDE TERMIJN