27 FEBRUARI 1997 96 De heer GEUZE Ik heb zojuist iets verzuimd, dat is niet mijn gewoonte, maar ik wil iets goedmaken zonder een ander zeer te veroorzaken. Ik heb in de eerste termijn gelijk gereageerd en gezegd dat wij geen pijn door paars hebben. Ik heb dat niet onderbouwd. Ik wil dat alsnog doen. Daarvoor verwijs ik naar de uitkomst van de recente peilingen inzake de politieke voorkeur. Dat is het eerste argument. Het tweede is dat ook het CDA in oud Breda voor annexatie van de randgemeenten was. Dat wil ik nog even in herinnering roepen. De VOORZITTER Nu gaat de heer Coppens zich ook melden voor de tweede termijn. Ik vind dat we woord en wederwoord moeten dienen en de heer Coppens het woord moeten geven. De heer COPPENS Ik vind het prettig dat de wethouder aan de voormalige colleges van de randgemeenten de nodige creativiteit heeft toebedacht wanneer zij tot bezuinigingen hadden moeten komen. Ik vind dat in dit rouwverwerkingsproces heel aangenaam. De heer VAN OS Niet alleen in dat proces, mijnheer Coppens. De heer CRUL Dit is meer een stemverklaring. Gezien de onmogelijkheid om de zaak op een andere manier te regelen zal GroenLinks toch met dit voorstel meegaan. De heer BOER Ik had gisteren informatie gekregen van een hoge ambtenaar dat het niets had uitgemaakt. Nu blijkt dat het wel degelijk uitmaakt. Daaruit blijkt dat de hoge ambtenaren ook niet altijd de wijsheid in pacht hebben, of eventueel proberen mij van mijn standpunt af te brengen. In principe waren wij tegen. Wel zijn wij blij met de 100% kwijtschelding en de 1 verlaging. Een spreiding van de betaling zouden wij ook toejuichen. Rekening houdend met het feit dat die verhoging toch zo sterk aankomt, verbaast het mij toch van de VVD, die al die jaren heeft geroepen tegen een verhoging te zijn, dat zij hiermee akkoord gaat. Het verbaast mij ook hogelijk dat Breda '97, ook al staat het in het verkiezingsprogramma, hiermee zonder slag of stoot akkoord gaat. Het zijn grote bedragen, en wij willen dat de burgers niet aandoen. De heer KWISTHOUT Ik vind dat de wethouder toch wel enigszins appels met peren vergelijkt als hij een industriestad zoals Eindhoven vergelijkt met Breda, een stad waar nu rijke wingewesten bijkomen. Ik zou van de wethouder graag een staatje tegemoetzien met per inwoner de gemiddelde opbrengst van de O.Z.B. in de gemeenten die hij heeft genoemd. Want het mag duidelijk zijn dat er in een stad als Eindhoven wat meer huizen in de goedkopere sector staan dan in een stad als Breda. De heer VERPAALEN Ik heb een aantal opmerkingen gemaakt, en ik kan natuurlijk eindigen met de vraag: waarom gebeurt dat? Maar ik doe dat meestal niet. Ik maak de opmerkingen sec, maar ik wil het in het vervolg wel in de vragende vorm doen, als de wethouder niet begrijpt dat ze tevens ook een vraag inhouden. Ik heb gezegd: waarom moet Breda met een positief saldo een begroting sluiten? We kunnen net zo goed het tarief van de O.Z.B. dusdanig vaststellen dat het batig saldo op nul eindigt. Ik heb voorts gezegd dat in de begroting de opbrengst 51 miljoen is, terwijl de cijfers in de begroting slechts 48 miljoen aangeven, zelfs na aftrek van een heleboel posten. Waarom is dat zo?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1997 | | pagina 96