26 MAART 1998 136
zijn afkeuring uit te spreken over het feit dat het college de bewoners van dit terrein onvoldoende
heeft geïnformeerd, en besluit tevens het college op te dragen met spoed een uitgebreid bodemonder
zoek uit te laten voeren op de woonlocatie, en dan heb ik het echt over de huizen, de tuinen,
Slingerweg, Hoornwerkstraat.
De VOORZITTER
Door de heer Kwisthout is een motie ingediend. Deze voldoet aan de formele vereisten, is voldoende
ondertekend en maakt deel uit van de beraadslagingen.
De door de heer Kwisthout van de SP ingediende motie luidt als volgt:
MOTIE (4)
De leden van de raad der gemeente Breda,
gelet op artikel 31 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van de raad der gemeente
Breda;
stellen de raad voor zich uit te spreken als volgt:
De raad der gemeente Breda, in vergadering bijeen ter behandeling van de interpellatie van de
fractie van de SP naar aanleiding van de laatste ontwikkelingen rondom mogelijke bodem
verontreiniging aan de Slingerweg/Hoornwerkstraat;
overwegende dat:
het college de gemeenteraad, bij beantwoording van schriftelijke vragen van de SP-fractie, onjuist
heeft geïnformeerd;
het college de bewoners op geen enkele wijze heeft geïnformeerd over de stand van zaken, ook
niet toen uit het rapport van ASCOR bleek dat op enkele plaatsen de toetsingswaarde van enkele
stoffen is overschreden en dus een nader (uitvoerig) onderzoek gewenst was;
voorts overwegende dat:
de locatie, volgens onder andere gemeentelijke rapporten, als 'verdacht' aangemerkt kan worden;
de gemeente verantwoordelijk is voor de veroorzaking van de verontreiniging in het verleden;
uit beide onderzoeken (Chemiewinkel Eindhoven en ASCOR-analyse) blijkt dat nader onderzoek
gewenst is;
de gemeente een zware verantwoordelijkheid heeft richting burgers als hun gezondheid in gevaar
is;
de raad voornoemd, gehoord de beraadslagingen:
1. spreekt zijn afkeuring uit over het onjuist informeren van de raad door het college van
b. en w.;
2. spreekt zijn afkeuring uit over de lakse houding van het college in deze kwestie, mede in verband
met gevaren voor de gezondheid die wonen op vervuilde grond met zich mee kan brengen;
3. spreekt zijn afkeuring uit over het feit, dat het college de bewoners van dit terrein onvoldoende
heeft geïnformeerd, zelfs nadat onderzoeken hebben getoond dat de kans op vervuiling reëel geacht
moet worden;