21 en 22 APRIL 1998 154 De VOORZITTER Dan weet u het toch ook. We gaan verder met D66. De heer VAN DER WESTERLAKEN Deze bestuursperiode is wel heel bijzonder. De Kadernota 1998 is voor een deel nog gemaakt door het vorige college, en de Kadernota 1999 heeft deels weer betrekking op de volgende bestuursperiode. Voor het huidige college is er dus weinig tijd om een eigen beleid uit te zetten. Wat D66 betreft, ligt het zwaartepunt van de begrotingscyclus bij de kadernota. Daarin worden de politieke hoofdlijnen aangegeven. Wat de vorm betreft, is de opzet van de kadernota met een verdeling in wonen, werken, zorg en cultuur helder. Deze onderverdeling komt de integraliteit ten goede, maar nog niet op alle plaatsen is dit zichtbaar. Waarom is er geen relatie tussen de paragrafen communicatie en informatie- en communicatietechno logieën? De rol van dorps- en wijkraden kan nog worden versterkt als deze raden goed wortelen in hun gemeenschap. Een levensvatbare wijk- of dorpsraad is alleen mogelijk als er een goede communicatie is met zowel de gemeente als met de bewoners. Alle partijen moeten op elkaar kunnen vertrouwen. Via alle mogelijke manieren van communicatie moet de gemeente hierin een actieve rol spelen. Wij staan positief ten opzichte van het toenemend gebruik om middelen eenmalig in te zetten en niet te snel voor structurele uitgaven te kiezen. Het verheugt D66 bijzonder dat er extra gelden beschikbaar zijn gekomen voor archeologie en cultuureducatie, en wij zijn benieuwd naar de beide nota's die een bijdrage moeten gaan leveren aan het behoud en de versterking van ons cultureel erfgoed. D66 is voorstander van een centrale huisvesting voor bestuur en ambtelijke organisaties. D66 ondersteunt daarom de ontwikkeling van een Stadskantoor III. Dit hoeft absoluut geen bedreiging te zijn voor de loketfuncties in de wijken, want die kunnen in combinatie met het districtsgewijs werken in de wijken in stand worden gehouden. Wat het oude stadhuis betreft is het alleen handhaven van de representatieve functies voor D66 bespreekbaar. In de sociale ontwikkelingen van Breda zien wij dat de druk op de bijstand en de WVG-gelden toeneemt. Wat de bijstand betreft moet er goed worden gekeken naar de mogelijkheden om efficiënter te werken, en wat de uitvoe ring van de WVG betreft zal het onvermijdelijk zijn om de verordening op termijn opnieuw tegen het licht te houden, maar ook wellicht onze eigen bijdrage te bezien. Er zal ook meer druk op de rijksoverheid moeten worden uitgeoefend. Veel beleidsterreinen vragen dringend om een meer geïntegreerde aanpak. Zoals onderwijs, scholing en arbeid. Maar ook onder wijs, jeugd- en jongerenbeleid en veiligheidsbeleid moeten op elkaar zijn afgestemd. De gemeente ziet op onderwijsgebied veel op zich afkomen, en de regierol die zij op het gebied van het onderwijsachterstandsbeleid heeft gekregen moet worden waargemaakt. Wij willen hierover graag op korte termijn nader worden geïnformeerd. Wat betreft de onderwijshuisves ting vragen wij ons af of de te verwachten problemen goed in beeld zijn. Het districtsgewijs werken bevindt zich nog steeds in een groeifase. Ter versterking hiervan wordt het flexibel budget verhoogd met 500.000,--. Het verheugt ons dat ons idee, dat vorig jaar nog niet algemeen werd aanvaard, nu toch doorgang vindt. Er zijn voorbeelden te bedenken om kleinschalige sport- en cultuurvoorzieningen in samenspraak met bewoners en wellicht gefinancierd uit buurtbudgetten tot stand te brengen. In dit kader zouden wij nu willen voorstellen om in overleg met jeugd-, wijk- en dorpsraden na te gaan of op districtsniveau skatevoorzieningen voor kinderen tot en met 14 jaar kunnen worden aangelegd. Wat de sport betreft zien wij de Sportnota met veel belangstelling tegemoet. Wij zijn benieuwd naar de mogelijkheden voor aanvullingen op het bestaande voorzieningenniveau, ook in de toeristisch- recreatieve sector. Gelet op de positieve uitwerking die een voorziening als een leisurepark op de economische ontwikkeling van Breda kan hebben, zijn wij benieuwd naar de resultaten van het onderzoek hiernaar. Hoe staat het met ons idee om rond de Kerstdagen een mobiele ijsvloer op de Grote Markt te installeren? Breda staat voor een De heer KWISTHOUT Bij interruptie. Die mobiele ijsvloer heeft u in feite al, als u de haven weer opengooit en als het gaat vriezen. Dan heeft u een mobiele ijsvloer in de binnenstad.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1998 | | pagina 154