21 en 22 APRIL 1998 173 bestreden. Alsdan zouden de tarieven omlaag kunnen. Bovendien is Breda Vooruit er voor stander van dat de hoogte van de aanslag correspondeert met de hoeveelheid water die een gezin verbruikt. Herinrichting binnenstad. Hoewel de herinrichting al enige tijd klaar is, schijnt er nog altijd geen zicht te zijn op alle kosten. Breda Vooruit vraagt zich af waarom die kosten nog steeds niet bekend zijn. Woningbouw. Bij het sluiten van een nieuw convenant met de woningbouwcorporaties zou voor de corporaties de mogelijkheid moeten worden gecreëerd om alle soorten woningen te gaan bouwen. Doch als zij daarvoor opteren, zou er een ver plichting moeten zijn om zonder extra gemeentelijke steun te bouwen in de verhouding 1/6 duur, 1/3 middelduur en 1/2 goedkoop. Buitenruimten. Breda Vooruit is geen voorstander van het voornemen om de norm voor het beheer van de buitenruimten met 100% te verhogen. Eerst verlagen vanwege de bezuinigingen en vervolgens weer verdubbelen is geen consequent beleid. Besteding van het bedrag dat daarvoor eventueel is uitgetrokken, zou een taak van het districtsbestuur kunnen zijn. De investeringsimpuls. Allereerst dient te worden afgewacht hoe de Bredase bevolking wenst dat Breda zich ontwikkelt. Als uitgesproken wordt: geen verdere ontwikkeling, dan is deze impuls ongewenst. Utrecht heeft zich al uitgesproken voor geen verdere ontwikkeling. Breda heeft reeds voldoende recreatieve voorzieningen. Meer veroorzaakt alleen maar meer druk, zowel in verkeerstechnisch opzicht als werkdruk bij de politie. Als ondernemers pretparken, zoals een leisurepark of een ijsbaan, willen aanleggen, prima. De enige taak voor de gemeente is om een geschikte locatie daarvoor vrij te maken, maar het is geen kerntaak van de gemeente om dergelijke projecten te ontwikkelen, of zelfs maar een haalbaarheidsonderzoek daarnaar te doen. Breda heeft in het verleden veel vernie tigd, hetgeen te betreuren is. De haven weer openmaken zou een even grote fout zijn. Een haven gaat pas echt leven als daarin boten komen. Het zou nu een kapitaalsvernietiging inhouden, en er zou slechts een pisbak voor het uitgaande publiek voor in de plaats komen. Breda heeft twee heilige koeien, de Grote Kerk en het Jazzfestival. Beide wil Breda in 1999 goed bedenken. Hoewel nog niets bekend is over het feit in hoeverre het nieuwe bestuur erin zal slagen om het Jazzfestival ook in financieel oogpunt in goede banen te leiden, wordt voorgesteld om volgend jaar een extra subsidie te geven. Breda Vooruit acht zulks voorbarig. Als Breda Vooruit slecht zou denken, zou uw voorstel kunnen worden beschouwd als een motie van wantrouwen: waarschijnlijk zullen ze het niet redden, dus laten we maar geld reserveren om de stroppen op te vangen. Elk jaar subsidieert de gemeente de Grote Kerk op diverse wijzen. Dit jaar heeft de gemeente reeds een cadeau van 300.000,-- gegeven. Door de Grote Kerk aan te wijzen als plaats voor huwelijksvoltrekkingen krijgt de Kerk ook extra inkomsten. De heer ADANK Bij interruptie. Als er nu twee zaken zijn, het Jazzfestival en de Grote Kerk, die alle aandacht van alle Bredanaars behoeven, dan zijn het deze twee wel. Het feit dat u daarover zo minachtend doet, getuigt ervan dat u weinig belangstelling heeft voor en weinig betrokken bent bij onze stad, mijnheer Verpaalen. Het is niet Breda Vooruit, maar Breda Achteruit. De VOORZITTER En de klokken luiden straks niet meer. Mijnheer Verpaalen, sluit u af. De heer VERPAALEN Ik heb nog drie regels. Ik wil mijnheer Adank vragen goed te willen luisteren. Ik zeg: ik ben er niet voor, ik ben er niet tegen, ik zeg dat ik het alleen onjuist vind De heer ADANK U heeft dus geen mening. De heer VERPAALEN Ik zeg: mijn mening is dat het onjuist is om nu reeds een subsidie te geven voor de exploita tie, terwijl wij totaal niet weten hoe die exploitatie zal verlopen. Sinds vanmiddag heb ik een

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1998 | | pagina 173