21 en 22 APRIL 1998 Wethouder OOMEN Ik ga hierover nu geen uitspraak doen. Ik blijf bij mijn mening dat hieraan wordt gewerkt, en wanneer het college een afgerond oordeel heeft, wordt dat aan de commissie en de raad voorgelegd. U heeft ook gesproken over milieuzorg in bedrijven, over de 200.000,-. Als het over de financiële middelen gaat, dan willen we meer geld, dat geldt ook voor mij. Toch wil ik u erop wijzen dat in het kader van de nota Milieu in Bedrijf, die ik inmiddels ter ken nisname aan de commissie heb toegezonden en die ook enige tijd geleden onderwerp van in spraak is geweest bij bedrijfsverenigingen, ook winst te halen moet zijn uit de aanpak die in de nota wordt genoemd. Dat betekent, volgens het college, dat de 200.000,-- én de ge noemde efficiencyvoordelen, die uit die nota moeten komen, voldoende moeten zijn om de problematiek van de bedrijven te kunnen aanpakken. Met betrekking tot De heer SCHRODER Bij interruptie. Er ligt al een rapportage dat Breda een van de meest efficiënte bedrijfsvoerin gen heeft op het gebied van milieuzorg in bedrijven. Men werkt hier aanzienlijk goedkoper dan in vergelijkbare gemeenten, en dan praat ik over een bedrag van ongeveer 500.000,--. Wel heeft men voor zichzelf gesteld dat er een minimaal adequaat niveau moet zijn. We hebben dat na een inhaalslag van 15 jaar kunnen bereiken. En daarop zouden we nu weer moeten gaan interen. Als ik dat vergelijk met de beantwoording over de Grote Kerk, waarvan wordt gezegd dat het jammer zou zijn als niet blijvend een bepaald bedrag daarin wordt gestopt, dan vind ik dat niet consequent. U zou moeten kijken of juist dat minimaal niveau straks nog kan worden gehandhaafd. Wethouder OOMEN Nogmaals, de 200.000,- en de aanpak, zoals genoemd in de nota Milieu in Bedrijf, en waarvan wij hopen dat u daar als raad achter kunt gaan staan, moeten naar het oordeel van het college voor 1999, want daarover praten wij, voldoende zijn om de problematiek het hoofd te kunnen bieden. Ik kan u niet zeggen hoe er daarna mee wordt omgegaan, want dat is ook een kwestie van hoe straks het nieuwe college en de nieuwe raad daar tegenaan kijken. Met betrekking tot de fietsenstallingen het volgende. U komt hierop elke keer terug, maar u weet dat in het pakket van maatregelen, dat in december door uw raad is aanvaard, is voorgesteld om een tijdelijke fietsenstalling te plaatsen op de Haven. Daar wordt aan gewerkt, maar dat kost tijd. Welstand komt daarbij kijken, ismede vele andere zaken. Aan die tijdelijke fietsenstalling, en ik moet dat voor u telkens herhalen en ik wil dat nu voor de laatste keer doen, wordt gewerkt, die komt er, want dat is door uw raad besloten. De Partij van de Arbeid sprak over het buitengebied. Het buitengebied is na de gemeentelijke herindeling toch een punt geworden in het beleid van de gemeente Breda. Ik mag u eraan herinneren dat na de herindeling 64% van het grondgebied van de stad Breda in het buitengebied ligt. Dat betekent dat het buitengebied ambtelijk, maar ook bestuurlijk de aandacht moet krijgen, waarbij u mij niet hoort zeggen dat er in het buitengebied grote problemen bestaan. Ik ken ze op dit moment nog niet. Als ze er wel zijn, dan zullen ze in beeld moeten worden gebracht. Wel wordt er nu door de Milieudienst gewerkt aan de nota die gaat heten: Landgoed Breda. Daarin wordt het buitengebied geanalyseerd naar de problematiek die zich daar qua structuur kan voordoen. Als die nota klaar is, dan heb ik het voornemen om namens het college daarmee naar de commissie te komen en vervolgens naar uw raad. De nota zal financieel vertaald moeten worden. Ook zullen we de bedragen moeten aangeven die we kunnen genereren en die we als gemeente van plan zijn in te zetten. Het CDA en Breda '97 hebben gesproken over de afvalstoffenheffing. Met name uit u uw zorg over de tarieven. Ook het college heeft die zorg, maar ik wil u ook wijzen op de discussie van vorig jaar, toen door uw raad 1 miljoen extra werd ingezet om de tarieven van 1998 op het niveau van 1997 te houden. U kunt zich waarschijnlijk nog herinneren dat het ging om 13,— extra voor 65.000 aansluitingen en dat was 1 miljoen. Als ik me goed herinner kwam er ongeveer 600.000,-- uit het Stadsge west, een eenmalige 'schenking' en er is destijds, vooruitlopend op het contract, 400.000,-- ingezet. Dat is samen 1 miljoen. Die 1 miljoen heeft ervoor gezorgd dat het niveau van 186

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1998 | | pagina 186