21 en 22 APRIL 1998 207 De heer SCHRODER U had ook de raadsstukken moeten lezen en de toezegging van oud-wethouder Van Dongen. Het komt tevens aan de orde bij de Kadernota 1997. Dat geeft een stuk concreetheid die nu niet naar voren is gekomen. Wethouder VAN OS U zou toch even de collegeomslag, waarnaar ook uw oud-collega, de heer Maas, heeft gevraagd, en het daarbij behorende verslag moeten lezen. Want anders gaan we toch te ver. In uw motie zegt u dat wij datgene wat we hadden toegezegd niet zijn nagekomen. Het college is dat wel degelijk nagekomen. Ik zeg u toe vóór de zomer met een rapportage en een voorstel rond het waterspoor te komen. In de richting van de fractie van GroenLinks moet mij tevens van het hart dat de opmerkingen over de Kloosterkazerne en het Casino mij teleurstellen. De heer Schroder weet dat wij juist op dit onderwerp de commissie vertrouwelijk, maar ook in een zeer vroeg stadium hebben willen informeren. Om dat nu als een negatief beeld van dit college te willen wegzetten, werp ik verre van mij. Wij hebben ook gezegd dat de opmerkin gen en de besluitvorming nog in alle openbaarheid in de raad aan de orde zullen komen. De citaten die de Parel van het Zuiden hanteert bij de Regels van het Spel lijken mij beneden alle peil. In de richting van de heer Verpaalen het volgende. Hij spreekt over flexibelere arbeids tijden. De heer BOER Hoezo? Dat staat praktisch letterlijk op pagina 3. Wethouder VAN OS Ja, praktisch letterlijk, daar gaat het nu net om. Over flexibelere arbeidstijden heb ik gisteren al iets gezegd. Ik begrijp zijn redenering bij Stadskantoor III. Ik kan u zelfs zeggen dat, als het gaat over de discussie rondom de huisvesting, er intern zelfs verder wordt nagedacht, en dat er op zich ook wordt gekeken naar bijvoorbeeld de Interpolis-oplossing, als het gaat om het flexibeler omgaan met kantoorruimte. Dat laat onverlet dat in onze ogen op dit moment de ontwikkeling van een Stadskantoor III aan de orde is. Maar het is wel degelijk zo dat, mocht er minder behoefte zijn aan kantoorruimte, we daarop kunnen inspelen. Dus daarmee heb ik uw opmerking niet willen bagatelliseren. Naar aanleiding van uw opmerking over modelstatu ten het volgende. Ik dacht dat er juist in de verordening voor de wijk- en dorpsraden, als u het daarover heeft, een belangrijk aantal punten staat waaraan een modelstatuut moet voldoen. Uw opmerkingen over de sancties rondom de Regels van het Spel hebben wij zeer uitgebreid bediscussieerd in de vergaderingen van december. Ik heb er geen behoefte aan die discussie over te doen. Ik wil het hierbij laten. De VOORZITTER Met betrekking tot het integraal veiligheidsbeleid en de bedragen die daarvoor zijn gesteld het volgende. In de kadernota staan de bedragen in die zin omschreven, dat zij onderdeel zullen zijn van een discussie over de wijze waarop zij moeten worden ingevuld. Ik had weliswaar even in mijn hoofd om daarvoor uitbreiding van de politie te realiseren, maar ik moet u zeggen dat de discussie daarover nog onvoldoende in de commissie is gevoerd, en ik heb die ook indertijd toegezegd. Dus als u het goed vindt, wil ik dat onderdeel in de komende commissievergadering AZ opnieuw aan de orde stellen, om daarvoor draagvlak te ontmoeten. Het voorstel daaromtrent is er nog niet, maar dat zal ik tegen die tijd formuleren. 30 stads wachten, een te optimistisch beeld. Ik zei u gisteren al dat ik enkele signalen heb gehad dat dit waarschijnlijk gaat lukken. Vanavond is dat weer bevestigd. Ik neem aan dat ik u op 1 juli of daaromtrent volledig inzicht kan geven of dat wel of niet kan worden gerealiseerd. Als dat niet het geval is, dan kom ik in de commissie terug om met u te spreken over de wijze waarop invulling moet worden gegeven aan het hiaat dat daardoor zal ontstaan. De Partij van de Arbeid vraagt nog eens nadrukkelijk naar de mededeling, dat het integraal veiligheidsbeleid iets anders is dan de invulling van twee politiemensen. Uiteraard ben ik dat met hen eens.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1998 | | pagina 207