21 en 22 APRIL 1998 213 weer een ander gebied hebben dan Etten-Leur en Oosterhout, die overigens ook hun problemen hebben, dat wil ik niet ontkennen. We hebben dat toen in overeenstemming gedaan met de Provincie. En nu hebben we, in overleg met de Provincie, samen weer overleg en zoeken we naar afstemming. Ten aanzien van de positie die Breda daarbij inneemt merk ik het volgende op. Het mag duidelijk zijn dat wij ons houden aan de ministeriële richtlijnen, dat betekent dat wij duurzaam bouwen, dus zorg hebben voor de duurzame elementen, en dat we altijd bouwen aan het stedelijk gebied, de zogenaamde organische groei. Ik zeg daarmee niet dat de andere gemeenten dat niet doen, ik heb het nu over Breda. De brief over de planbe oordeling, en u kent die, spreekt ook voor zich. Zo wilde ik dat eigenlijk beantwoorden. Als u mede doelt op de planning en de haalbaarheid van zaken, dan wijs ik u op de ingewikkelde zaken in het kader van de woningbehoefte. Daarnaast heb je ook te maken met de herstructu rering. Ook daarover wordt u ingelicht. Al met al betekent dit dat Breda zegt: wij handhaven onze getallen. Gesproken is over het transferium. Er is nog geen beslissing over de plaats waar het transferium komt. Dat zou in Breda kunnen zijn, maar ook ergens anders. Ik heb aangekondigd dat die discussie in de commissie Ruimtelijke Ordening zal worden gevoerd. Die belofte wil ik gestand doen. Daarnaast spreekt u over de brief van de twee ministers inzake de HSL. Daarvan heb ik gisteren reeds gezegd dat die brief nog niet is voorzien van het commentaar van het college. U heeft hem echter al heel snel becommentarieerd en daaruit conclusies getrokken. Wij zijn nog niet zover, wij hebben daarvoor iets meer tijd nodig, want deze brieven willen wel eens voor verschillende interpretaties vatbaar zijn. Het is dan uiterst handig om daarover contact te hebben met het bestuurlijk overleg, en dat heb ik nog niet gehad. Ik wil me even van de stellige mening onthouden dat dit dus allemaal niets wordt. Er zitten evenzeer zinnen in, waarin veel beloftes zitten en dan wijs ik op de zin waar de noodzaak van de shuttle wordt erkend. Dat op zich is al een groot woord van twee ministers tegelijk. Een andere zaak, en daarover moet ik nog verder spreken, is het vermeend aanne men van een motie door de Tweede Kamer met betrekking tot de knooppuntstatus van Breda. Daarvan is ons nu duidelijk geworden, dat die door de Tweede Kamer is aangenomen, maar dat de discussie over de VINEX-plus na de kabinetsformatie wordt voortgezet. Daarbij hoort het door de landelijke partijen bewaken van de ingediende motie. Verschillende partijen hebben ons gegarandeerd dat zij dat ook in de volgende periode zullen blijven doen. Dat is dus nog toekomst. De motie zullen wij, zodra we haar met tekst en uitleg binnen hebben, aan u doen toekomen. Tot slot ga ik nog in op de busbaan. Ik zou willen zeggen dat u het over de busroute heeft. De busroutering is nog onderwerp van gesprek, en we komen daarop zeker terug in de Vervoersnota. Uiteraard voor die tijd ook nog, maar in de Vervoersnota binnen de hele context. Daaraan voorafgaand zal ik u melden welke berichtgevingen wij hierover vanuit de diverse groeperingen en organisaties hebben gekregen. Onzerzijds bestaat geenszins de be hoefte om hiermee krampachtig om te gaan. Aspecten in het kader van de ruimtelijke ordening zullen ook worden meegenomen. Ik denk ook dat de organisaties verstandig genoeg zijn om hierover hun zegje te doen. In ieder geval behandelen we de nota ook nog in de commissie Ruimtelijke Ordening, dus u bent gegarandeerd van een behandeling zoals u die wenst. De heer VAN DER WESTERLAKEN U zegt dat daarin ook aspecten in het kader van de ruimtelijke ordening zullen worden meegenomen. Dat geeft bij mij een beetje het gevoel van: dat komt er een beetje achteraan. Ik denk dat die op hetzelfde niveau moeten worden meegenomen. Maar daarover zullen we tegen die tijd Wethouder VAN BEUSEKOM-NIX Het is niet mijn bedoeling om daarover in de ruimte of ongeordend te spreken. Het geeft natuurlijk een veranderde situatie, en die moet worden meegewogen. Hoe die wordt gewogen, dat merken wij dan wel. Maar het zal natuurlijk niet exact dezelfde situatie met dezelfde uitgangspunten zijn, want anders hoeven we de discussie niet te voeren. Dus misschien toch een beetje krampachtig.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1998 | | pagina 213