28 MEI 1998 267 zijn belicht. Veel ook niet. Toch vinden wij de keuze een waardevolle aanwijzing om als raad met elkaar over de aangedragen onderwerpen en richtingen verder te discussiëren en die uit te diepen. Tot slot spreekt Breda '97 haar complimenten uit voor dit goed leesbaar rapport, dat richtinggevend kan zijn voor de komende jaren. De VOORZITTER Mag ik van met name de publieke tribune vragen iets rustiger te zijn? Ik heb de indruk dat het een beetje stoort. De heer BOER U had ook mijn ordevoorstel kunnen steunen. De heer VAN DER WESTERLAKEN De ontwikkeling van het Stadsplan is begonnen in 1996 en is een goed initiatief geweest. Het is namelijk een belangrijk instrument ten behoeve van de ruimtelijke ontwikkeling van Breda. In onze algemene beschouwingen zijn wij al uitvoerig daarop ingegaan. De waardering voor de aanpak van de communicatie was erg groot. Er is een tentoonstelling geweest, er zijn stadsgesprekken gehouden en er zijn rondritten geweest. 1.700 mensen hebben het Stadsplan op Internet bezocht, en dat is, denk ik, een succes. Wij staan voor een aantal belangrijke keuzes, die bepalend zijn voor de verschijningsvorm van de stad voor de komende 25 jaar. De structuur van de stad is van oorsprong bepaald door water en groen, en die moeten we versterken. Breda is aantrekkelijk met haar historische kern, en er is ruimte voor ambitie en nieuwe elementen, waarbij duurzaamheid vooropstaat. D66 is er voorstander van om zuinig en zorgvuldig met ruimte om te gaan. D66 kiest daarom voor een beheerste, duurzame economische groei. De uitgangspunten van de wegwijzer zijn vertaald in zeven strategische programmapunten, en u stelt voor om de koers iedere twee jaar tegen het licht te houden. Deze cyclus van twee jaar is voor ons overigens nog de vraag. Bovendien missen wij de evaluatiemomenten in het hele proces. Wij kunnen wel instemmen met de keuze voor de zeven ontwikkelingsprogramma's en wensen u veel succes met de voortgang van het Stadsplan. De VOORZITTER De publieke tribune stoort op het ogenblik echt. Laten degenen die een babbel willen houden naar de hal gaan, en mag ik u verzoeken dat niet hier in deze ruimte te doen. Ik geef het woord aan de heer Ad ank. De heer BOER Ik denk dat wij te weinig gewend zijn aan publiek. In het Stadhuis zaten maar twee of drie mensen, en die luisterden heel aandachtig of sliepen, maar hier zijn zij echt aanwezig. De VOORZITTER Ik weet niet wat ik hiermee moet. De heer ADANK Dat het Stadsplan een belangrijk beleidsinstrument dreigt te worden, daarvan is iedereen langzamerhand wel overtuigd, ofschoon dat niet uit de bespreking in de commissie bleek. Want daar werd urenlang de herhuisvesting van de HSL-gedupeerden op een goudschaaltje gewogen. Het Stadsplan is nauwelijks aan de orde geweest, terwijl dat toch voor 25 tot 30 jaar, zoals de heer Van der Westerlaken zegt, deze stad en de toekomst van deze stad op alle beleidsterreinen zal gaan bepalen. Toch vindt mijn fractie dat juist bij het Stadsplan wel wordt geluisterd naar wat de burgers vinden van het stadsperspectief, zoals dat ambtelijk wordt voorgelegd. De burgers durven daarin zelf eigen keuzes te maken en ons te wijzen op gunstige en minder gunstige ontwikkelingen. De Regels van het Spel zijn de afgelopen twee jaar voor dit plan, volgens de opvatting de CDA- fractie, adequaat toegepast. Wij kunnen in die zin vooralsnog akkoord gaan met de voorgestelde besluitvorming. In de commissie heb ik aangekondigd dat ik een aantal concrete vragen heb, die

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1998 | | pagina 267