28 MEI 1998
279
Het amendement (3) wordt met algemene stemmen overgenomen.
De VOORZITTER
Zo houdt u mij wel op, mijnheer Schroder. Maar terecht.
De heer SCHRODER
Misschien dat het college daarin samen met de Partij van de Arbeid wel erg eenzaam stond,
voorzitter. Niets is ondenkbaar in deze raad.
De VOORZITTER
Mijn gevoelen was dat er unaniem zou worden besloten, en ik kreeg gelijk. Ik breng nu het voorstel
in stemming. Wie is voor het voorstel?
De heer SCHRODER
Ik wil graag een stemverklaring afleggen, voorzitter. Mijn fractie zal tegen dit voorstel stemmen.
Wij hebben heel duidelijk geprobeerd een aantal richtingen aan te geven waarin, volgens ons, verder
moet worden gedacht. Niet om alle richtingen absoluut vast te leggen, maar wel om, overeenkom
stig ook het amendement van de Partij van de Arbeid, te zeggen: we moeten echt een bepaalde
richting in. Wat ons betreft zijn het Stadsplan, zoals dat nu voor ons ligt, en het besluit van het
college te vrijblijvend. Voor ons is dat op dit moment aanleiding om tegen te stemmen.
Besluitvorming met betrekking tot het voorstel van burgemeester en wethouder inzake het Stadsplan:
Akkoord, met de aantekening dat de fractie van GroenLinks geacht wenst te worden te hebben
tegengestemd.
De VOORZITTER
Ik stel voor om nu te pauzeren. Wat mij betreft is dit het beste moment, hoewel we nog niet echt
zijn opgeschoten, maar het waren ook wel twee belangrijke punten. Daarnaast was het laatste punt
in de commissie niet helemaal echt uitgediept en daarom heeft het ook wat langer geduurd. Ik stel
voor de vergadering te schorsen tot 22.00 uur.
PAUZE
De VOORZITTER heropent de vergadering.
De VOORZITTER
Ik stel voor om agendapunt 107 nu naar voren te halen, met name vanwege de publieke
belangstelling daarvoor. Kunt u daarmee instemmen? Ik zie dat u het daarmee eens bent.
De heer BOER
Voorzitter, wij danken u voor het inwilligen van ons eerder gedane ordevoorstel.
De VOORZITTER
Ik heb me hiervoor ingezet, zoals u merkt.
107. SOCIALE VERNIEUWING: AFWIKKELING 1997 EN HERZIEN BESTEDINGSPLAN
1998.
De heer COPPENS
In de commissie SAW is door het CDA geen advies uitgebracht op dit voorstel, niet omdat wij
de opgesomde activiteiten niet sociaal vernieuwend vinden, maar in het bijzonder omdat er nieuwe
activiteiten worden opgevoerd, waarvan het voor ons onduidelijk is of de welzijnsinstellingen er
wel voldoende van zijn doordrongen dat het vooralsnog aan een structurele gemeentelijke bijdrage
ontbreekt. Immers de doeluitkering sociale vernieuwing is per 1 januari 1998 stopgezet, en het