25 JUNI 1998 310 De heer CRUL Wij hebben deze zaak in de commissie besproken, maar daarbij bleef het ook. Wij hebben niet veel antwoorden gehad, dat vond ik althans, op de punten die door GroenLinks zijn ingebracht. Ik wil ze nog een keer aan de orde stellen. Misschien zegt de wethouder dan wel dat zij ze schriftelijk zal beantwoorden, want bijna alle punten gaan over technische zaken, die de wethouder niet precies hoeft te weten. Het gaat om drie punten. Ten eerste heb ik aan de orde gesteld de brandveiligheid bij kamerverhuur en tehuizen voor gezamenlijke bewoning. Daarop heeft de commandant van de brandweer, of een van de hogere mensen daar, voor ons teleurstellend geantwoord. Hij heeft gezegd dat er niet zo veel aan te doen is. Men zou kunnen gaan naar de kamers die bij hen bekend zijn, maar dat doet men alleen maar als er wordt gepiept. Dat vinden wij nogal wat. Wij willen een toezegging hebben, dat men daarnaar gaat kijken en dat daar regelmatig controles plaatsvinden. Ik heb ook een vraag gesteld over bouwwerkzaamheden die plaatsvinden, waarbij de doorgang voor fietsers en voetgangers wordt belemmerd. Er wordt, voorzover mijn fractie en ik dat zelf steeds waarnemen, praktisch nooit iets aan gedaan. Er wordt gebouwd, het volledige voetgangers- of fietspad wordt afgesloten en iedereen moet maar zien hoe hij er voorbijkomt. Vervolgens wil ik twee milieuzaken aan de orde stellen, die wij belangrijk vinden. Ten eerste. De gemeente heeft mogelijkheden, en kan dat verordonneren op grond van bepaalde regels, dat als gebouwen via het openbaar vervoer goed bereikbaar zijn, er belemme ringen kunnen worden opgeworpen opdat het aantal parkeerplaatsen wordt beperkt. Dus de gemeente moet op dat punt initiatieven nemen. Onze vraag is: gaat dat gebeuren? Ook betreffende het energiegebruik kunnen er regels worden gesteld, zodat het energiegebruik wordt beperkt. Maar ook dat moet vanuit de gemeente gebeuren. Daarvan staat niets in het voorstel. Bent u van plan dat te gaan doen? De heer KWISTHOUT Zoals de heer Boer al zei, het is een vrij technisch voorstel. Ik kan het uiteraard fout hebben en het verkeerd hebben gelezen, maar ik heb begrepen dat een particulier geen puin meer zelf standig naar het milieustation kan brengen, hij zal daarvoor een speciaal bedrijf moeten inschakelen. Wij gaan altijd uit van het goede in de mens, maar ik kan mij voorstellen, als iemand zijn tuinpad wat wil verleggen en een paar tegels over heeft, dat hij die dan liever ergens anders, bijvoorbeeld in een slootje, dumpt en geen gespecialiseerd bedrijf inschakelt. Dat kan nooit de bedoeling zijn, dus graag hierover wat duidelijkheid. Wethouder VOSSENAAR-BLOKDIJK Ik zal mijn best om ook deze technische vragen enigszins adequaat te beantwoorden. Ik begin bij het laatste: de afvoer van puin bij verbouwingen van particulieren. Wij hebben het dan na tuurlijk niet over die drie stoeptegels, die overigens absoluut niet in de sloot thuishoren, maar ofwel in het schuurtje van de betrokkene, ofwel, wanneer men ze kwijt wil, op het milieustation, waarheen men ze dient te brengen. Wanneer er een aanzienlijke hoeveelheid bouwpuin is, want het gaat natuurlijk niet om die 'frutjes', dat moge duidelijk zijn, dan zijn er twee mogelijkheden. Of men scheidt het zelf en brengt het vervolgens naar het milieustation waar het op de juiste bergjes wordt gestapeld, of wanneer het echt de moeite waard is en men zelf daartoe niet in staat is, dan laat men het afvoeren door een bedrijf dat het vervolgens scheidt en ter plekke bij het milieustation of bij de verwerkingsbedrijven aanlevert. Nogmaals, dan gaat het niet om die drie stoeptegels, en ook niet om dat restje dat ergens van overblijft. Alles moet wat dat betreft in de juiste verhoudingen worden gezien. Dat is dus eigenlijk ook een antwoord op de laatste vraag van de heer Boer. Dat zijn dan twee vliegen in een klap. Mijnheer Crul, over het milieu hebben wij ook in de commissie gesproken. Wij hebben u gezegd dat het regelen van het aantal parkeerplaatsen bij een bepaald bouwwerk wordt opgenomen in de bouwvergunning, en soms ook wordt het bepaald door het bestemmingsplan ter plekke. Wanneer er minder parkeerplaatsen nodig zouden zijn dan het reguliere aantal, dan zal dat in de bouwvergunning staan en dan komt dat tot stand in overleg met de aanvrager. Wat betreft de energiebesparende maatregelen die moeten worden genomen op bepaalde terreinen, het volgende. Wanneer het gemeentelijke ini tiatieven betreft neemt de gemeente daarbij het voortouw. Ik wijs u bijvoorbeeld op de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1998 | | pagina 310