25 JUNI 1998 354 die al bestaat zal verstoren. Ik interpreteer het tenminste zelf zo dat daarin geen dreiging zit, maar dat dat een duidelijke zakelijke voorwaarde is in het belang van de gewenste stedelijke ontwikkeling van Breda. Ik denk in het bijzonder aan de ontwikkeling tot vervoersknooppunt met alle daaraan verbonden aspecten voor de economie, het toerisme, de werkgelegenheid, enzovoorts. Nog een enkele slotopmerking. U bent onder het hoofdje 'overige opmerkingen' op enkele zaken ingegaan en dat betreft met name de uitvoering van het project. Wij zijn nu zo'n beetje aan het eind van de voorbereidende planfase, afgezien van bezwaar en beroep, maar bij de uitvoering is een uitgebreide communicatie nodig met veel betrokkenen. Ik neem aan dat dat op de gebruikelijke en goede wijze in de commissie aan de orde komt en dat uw aandacht erop blijft gericht om zoveel mogelijk geld uit de daarvoor beschikbare potten te halen. Daarbij wil ik het laten. De heer SCHOENMAKERS We moeten nu een volgende stap zetten om te komen tot de aanleg van de HSL en de verbreding van de A16. Wij zijn bijzonder blij, en ik kan mij aansluiten bij datgene wat de heer Geuze zojuist heeft gezegd, dat de volledige shuttleverbinding onlosmakelijk is verbonden met de planologische medewerking die je wilt verlenen. Het voortraject is lang en tijdrovend geweest. Dat was ook te verwachten. Er zijn veel reacties binnengekomen en enkele hiervan zijn voor Rijkswaterstaat aanleiding geweest om hun plannen hier en daar aan te passen. Toch wil ik nog enkele kanttekeningen maken. Volgens onze fractie lezen we nog te veel: "men zal streven om te komen tot", en woorden van gelijke strekking, en worden er nog te weinig harde toezeggingen gedaan. Verder betreuren wij het dat er geen extra financiële middelen naar de gemeente komen voor het vele extra werk. Wij willen ons aansluiten bij de vraag van de heer Van der Hulst over de manier van financiering, zoals we die in de pers hebben kunnen lezen. Wij blijven zorgen hebben over de architectonische vormgeving van de vele kunstwerken en het is belangrijk dat u hierbij goed de vinger aan de pols houdt. Als laatste bestaat bij ons de vrees dat door de grote tijdsdruk het archeologisch onderzoek mogelijk het kind van de rekening kan worden. De heer HAARHUIS De HSL, meer nog de shuttle, kan een zeer positieve impuls vormen voor de stad Breda. Om deze reden heeft onze fractie de ontwikkelingen ook steeds positief kritisch gevolgd. Ik ga niet alle argumentaties hier memoreren, mijn collega's hebben ook al het nodige erover gezegd. De tijd van de dag vergt waar mogelijk een korte behandeling. Onze visie is bekend: geen slachtofferrol, actief zoeken naar kansen en mogelijkheden en de nadelige elementen, waar mogelijk, beperken en voorkomen. Enkele punten willen wij nog even aanstippen. De collega's hebben ook al erop gewezen. De zekerstelling van de definitieve aansluiting van de shuttle op het station Breda is een van de belangrijke punten. Wij kunnen ons vinden in de meerdere ijkpunten die zijn gesteld. De bouwaanvraag die zal worden ingediend, zoals in het protocol Ruimtelijke Ordening is vastgelegd, biedt in onze optiek het vertrouwen dat de aansluiting ook daadwerkelijk zal worden gerealiseerd. De volgorde en de preciese momenten waarop de afzonderlijke enorme bouwprojecten zullen worden gerealiseerd, zullen in de toekomst blijken en de wethouder, zo nemen wij aan, zal ons daarvan zorgvuldig op de hoogte houden. Wij gaan er vooralsnog vanuit dat de realisering zoveel mogelijk gelijktijdig zal plaatsvinden en dat daarna de bouwactiviteiten in dit deel van de stad wat tot rust kunnen komen. De jarenlange bouwactivitei ten aan de westrand zullen veroorzaken dat er ook behoefte zal zijn aan die rust. Wij nemen aan dat het college zich zal inspannen om daar waar mogelijk de tijdspanne tussen de realisering van de projecten zo kort mogelijk te houden. De lange lijst van de aandachtspunten, die wij met elkaar hebben opgesteld, bestaat nog steeds en er zijn nog vele punten die nader overleg en invulling behoeven. Heeft de wethouder de indruk, dat is voor ons toch een belangrijk punt, dat bijvoorbeeld de vraag van Breda om positieve impulsen op de lokale werkgelegenheid bij de afsluiting van de contracten na te streven, positief wordt beoordeeld en positief zal worden meegenomen? We zitten nu weer een stukje verder in het overleg en wij zijn nieuwsgierig hoe dat op dit moment ligt. Daarbij wil ik het laten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1998 | | pagina 354