25 JUNI 1998
356
De raad der gemeente Breda, in vergadering bijeen ter behandeling van het voorstel van
burgemeester en wethouders inzake het Tracébesluit HSL/A16;
overwegende dat:
wij al jaren pleiten voor het onder de grond brengen van het goederenvervoer en een groot deel
van het personenvervoer;
bij de onderhandelingen voor het kabinet Paars II is besloten om gehoor te geven aan ons pleidooi;
de argumenten voor een bovengrondse HSL daarmee van de baan zijn;
er alles aan gedaan moet worden om de HSL ondergronds te krijgen;
besluit:
dit college opdracht te geven om ervoor te zorgen dat de HSL ook inderdaad ondergronds wordt
aangelegd;
dat de gemeenteraad, gehoord het bovenstaande, niet akkoord zal gaan met een bovengrondse
HSL;
en gaat over tot de orde van de vergadering.
De heer KWISTHOUT
Een korte stemverklaring. Wij zijn tegen dit voorstel. Onze visie over hoe de gemeente zich zou
moeten opstellen is bij u bekend en voor de overige argumentatie verwijs ik naar de heer Crul.
De heer VERPAALEN
Ik vraag mij af wat de zin van dit voorstel is. Immers, door niet in beroep te gaan, en dat kon
tot 4 juni, hebben wij in feite al ingestemd met het Tracébesluit. Ik vind het eigenlijk overbodig
om dat nog eens een keer schriftelijk vast te leggen, zoals u thans voorstelt.
Wethouder VAN BEUSEKOM-NIX
Iedereen, op een enkele uitzondering na, zegt ja. Men heeft weliswaar motieven om de komst
van de HSL niet met vreugde tegemoet te zien, maar het getuigt van een reële opstelling door
te zeggen dat er nu eenmaal besluiten zijn genomen en dat wij daarom het beste eruit moeten
halen wat erin zit. Er valt over te twisten, maar ik denk dat de behaalde resultaten bevredigend
zijn te noemen. Het is natuurlijk niet alles wat je hebben wilt, als je in feite eerst niet voor de
HSL wasEr zijn vragen gesteld over de vertragingen in de financiering. Er zijn geluiden hierover,
maar heel veel hangt af van de mits-bepaling in het najaar. Dan kunnen wij pas zekerder zijn
wat er is. En dat heeft ook te maken met de gehele financiering.
De heer VAN DER HULST
Mag ik daarover wat vragen? Ik neem aan dat een eventueel optredende vertraging niet achteraf
tot een verlenging van de bouwperiode zal gaan leiden, want dat lijkt mij redelijk desastreus.
Wethouder VAN BEUSEKOM-NIX
Dat zou kunnen, maar dat moeten wij even afwachten. Daarvan weet ik te weinig. U weet ook
dat het geruchten zijn en geen harde feiten. Het wordt dus moeilijk om daarop te speculeren.
Het is nog altijd zo dat ik snel genoeg de commissie bij elkaar kan roepen om de eventuele
desastreuze gevolgen te kunnen bekijken. De heer Geuze heeft vragen over de uitvoering, die
ingewikkeld zal zijn met alle deelprojecten. Hij vraagt hierbij een goede en juiste communicatie
te voeren. Ik zeg u toe dat wij ons best zullen doen om de beste communicatie daarbij te voeren
