23 JULI 1998 366 volgende: "De ontwikkeling van de gemeentefondsuitkering zal royaler zijn dan in de afgelopen periode. De reële groei zal gemiddeld 2% per jaar kunnen bedragen versus 0,3% per jaar". Ik zou het hierbij willen laten. Mijn complimenten voor de jaarrekening, maar ik wil het college uitnodigen om de vakantieperiode te gebruiken voor een begrotingsopstelling zonder verhoging van met name de OZB. De heer TAKS Nu het ontwerpregeerakkoord tot de dagelijkse functie van de heer Dubbelman behoort, ziet het er goed uit voor het nieuwe kabinet dat binnenkort tot stand komt. Paars wordt kennelijk heel breed gedragen, althans op dat punt. In het voorstel wordt voorgesteld om het positieve rekeningsresultaat voor de helft toe te voegen aan de algemene middelen en dat bedrag te betrekking bij het opstellen van de Begroting 1999 en de Kadernota 2000. De VVD-fractie is het daarmee zeker eens, maar plaatst er wel een kanttekening bij. Die kanttekening is een herhaling van datgene wat wij hebben gezegd bij de Kadernota 1999, namelijk waar het programakkoord voor deze raadsperiode inmiddels goeddeels voor wat betreft de uitgavenkant is gerealiseerd, geldt dat niet in dezelfde mate voor de inkomstenkant van de begroting. Anders gezegd: het punt lastenmatiging en zelfs lastenverlichting verdient zeker nog meer aandacht dan nu het geval is. De financiële ruimte is nu aanwezig. De heer Dubbelman heeft al op een aantal potjes gewezen, maar we hebben nu ook een rekeningoverschot dat zeer omvangrijk is. Het lijkt ons dat bij de Begroting 1999 dat punt een zeer ruime aandacht verdient. Lastenverlichting is een topprioriteit voor de VVD. In de eerste plaats zal moeten worden geprobeerd om in ieder geval de belastingverhoging voor het komend jaar achterwege te laten. Het is heel prettig dat ook de CDA-fractie zo denkt. Samen vormen we nog geen meerderheid, maar de coalitie telt vijf partijen, en we moeten binnen de coalitie naar een meerderheid kunnen groeien. De heer SCHOENMAKERS Breda '97 wil het college graag complimenteren met het jaarverslag gecombineerd met de jaarrekening 1997, zowel voor wat betreft de inhoud, de leesbaarheid, de toegankelijkheid, als zeker ook de lay-out. Ook geldt dat vooral voor het gevoerde financiële beleid, want het rekeningsresultaat, en de vorige sprekers hebben dat al gezegd, stemt tot tevredenheid, maar ook tot nadenken. Want een belangrijk deel van het resultaat, en de heer Dubbelman heeft dat zojuist ook al even aangehaald, wordt bepaald door nog niet benodigde kapitaallasten en uit stel van investeringen. Wij zijn met u van mening dat er gestreefd moet worden naar een betere investeringsplanning, en mijn fractie hecht eraan dat er ook daadwerkelijk een bezin ning komt op, zoals u dat in het jaarverslag noemt, "de ijzeren voorraad" om mogelijk, via een heroverweging bij de vaststelling van het Meerjareninvesteringsplan 1999-2001, tot een andere inzet van beschikbare middelen te komen. Het is immers een heel belangrijke vraag hoe we de investeringen beheersbaar krijgen. In de Rekeningscommissie zijn de jaarre keningen uitvoerig aan de orde geweest, en ik wil verder ook niet in herhaling vallen. Ik wil alleen even aansluiten op datgene wat door de fracties van het CDA en de VVD naar voren is gebracht, namelijk dat de reservepositie goed is en dat er een uitnodiging aan u wordt gericht om bij de vaststelling van de Begroting 1999 ernstig te willen bezien om aan de lastenverlich ting, die wij ook in ons programakkoord hebben gezet en waarmee we het allemaal eens zijn, gestalte te geven, en dat de lasten dus niet zullen worden verhoogd. Het is een uitnodiging in uw richting, maar ik begrijp dat daarover ook nog een fundamentele politieke discussie moet worden gevoerd, want er zijn natuurlijk nog veel andere zaken die daarmee in competitie kunnen worden gebracht. In de formulering van de ontwerpbesluiten kunnen wij ons vinden. Tot slot wil mijn fractie het ambtelijk apparaat van hoog tot laag complimenteren met zijn inzet in 1997. Want door de herindeling is 1997 toch een heel belangrijk jaar en ook een heel moeilijk jaar geweest. Onze fractie heeft daarvoor in ieder geval veel waardering. De heer SNIER Ik wil beginnen me aan te sluiten bij de complimenten waarmee de heer Schoenmakers eindigde. Wij willen daarnaast ook duidelijk uitspreken dat wij zeer tevreden zijn over een aantal toezeggingen, waarvan wij hoge verwachtingen hebben. Die toezeggingen zijn gedaan

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1998 | | pagina 366