29 JANUARI 1998 37 mobiliteitszaken en de bereikbaarheid. Wij vinden datje dat op deze manier, ook gezien de brief van mevrouw Jorritsma, best zou kunnen inbrengen, en wij blijven deze zaak dus ondersteunen. De heer BOER In de commissie heb ik deze zaak behandeld, en in het groot mijnheer Leunisse. In de commissie heb ik aangegeven dat wij ons moeten realiseren dat wij een besluit nemen dat tot 2050 consequenties heeft. Je zou je dan ook in 2050 moeten verplaatsen en terugkijken of we het juiste besluit hebben genomen. Wij denken dat dit niet het geval is. Dat was ook het oorspronkelijke standpunt van de hele raad. Tot onze verbazing is er steeds meer gedraaid, gedraaid, gedraaid. Zelfs nu draait ook GroenLinks, want zij zeggen: een harde opstelling. Maar wij zien hierin alleen een harde draai. Als de SP met de motie meegaat, dan zijn zij in principe ook akkoord en gedraaid. De heer KWISTHOUT Bij interruptie. Voor alle duidelijkheid het volgende. Ik heb in mijn eerste termijn gesteld dat wij de motie en het amendement van GroenLinks zullen steunen, maar dat wij het nog steeds een heel klein doekje vinden op een open been. Dat wil niet zeggen dat wij bij het steunen van de motie ook met het college meegaan. Ik neem aan dat dit duidelijk is. De heer BOER Ik ben het ook helemaal met de wethouder eens, die uitgelegd heeft dat veel van datgene wat hier instaat ook door het college is gevolgd. Dus als u het met die motie eens bent, dan bent u toch het college achterna aan het gaan, en is onze fractie de enige die een heel hard 'neen' blijft roepen. Want wij vinden dat datgene wat gaat gebeuren absolute waanzin is. De heer KWISTHOUT Bij interruptie. Ik meen dat mijn 'neen' toch hard genoeg was, om ergens in de Sahara te kunnen worden gehoord. De reden dat wij deze motie steunen is, dat die in ieder geval een heel klein stapje in de richting gaat die wij willen. Wij steunen deze motie niet, om daarmee gelijk het collegebeleid te ondersteunen. De heer BOER Wij vinden zelfs dat kleine stapje al in de richting gaan. In de richting gaan begint altijd met een klein stapje. De VOORZITTER Doet u maar geen poging meer, mijnheer Kwisthout. De heer BOER U bedoelt dit natuurlijk wederzijds. Wij blijven 'neen' zeggen. Ik heb met verbazing naar de act van mevrouw Van Beusekom gekeken. Wij willen haar La Beusekom noemen, want als een ware verleidster heeft u uw best gedaan om de SP en GroenLinks toch nog over de streep te trekken. Volgens mij is u dat gelukt. Vroeger kwam u altijd pinnig over. Ik zie nu een andere kant van u. Als een ware femme fatale heeft u al uw krachten ingezet en het is u gelukt. De andere sterke vrouw, mevrouw Jorritsma, zal u daarvoor zeker dankbaar zijn. Wij blijven bij ons 'neen' en het 'en', dat wij daaraan hebben toegevoegd. Wat wij daarmee bedoelen is dat wij tegen de motie zijn en voor het amendement, omdat, als het dan toch gebeurt, dan eerst alle gedupeerden de vergoeding moeten krijgen. Iedereen van deze raad zei in het begin: neen, neen, neen en iedereen wilde naar Den Haag togen. Alleen wij roepen nu nog 'neen', omdat het gewoon waanzin is. Wij zijn tegen de motie, voor het amendement en tegen het besluit. Wethouder VAN BEUSEKOM-NIX De heer Van der Hulst vraagt om een gelijktijdige ontwikkeling van het stationsgebied en de shuttleverbinding. Ik kan nu niet zeggen dat dit zo zal gebeuren, maar het zijn wel punten die aandacht vragen en die wij heel dringend moeten meenemen in het bestuurlijk overleg.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1998 | | pagina 37