23 JULI 1998
379
randgemeenten, betekent dat dat we in dat opzicht wel verplichtingen hebben. Op dat moment
moet de subsidieverordening tot stand zijn gekomen.
De heer BOER
Waarop ik ook doelde is het verhaal over de personeelsaangelegenheden. Wat doet u als er in
september van de DAO's niets op tafel ligt?
Wethouder VAN RAAK
Dan zullen we toch zelf moeten bekijken welke constructie we daarbij bedenken.
De heer BOER
Hoe zit het dan met het draagvlak?
Wethouder VAN RAAK
Je kunt niet tot het ultieme doorgaan. Er moet in feite wel iets gebeuren.
De heer BOER
Als ze er op een gegeven moment over aan het denken zijn, en zij geven binnen uw termijn
geen uitsluitsel, dan zegt u: dan leg ik het dwingend op. Dan is er toch geen draagvlak meer?
Wethouder VAN RAAK
Dan leg ik nog niets dwingend op. Dan zijn er vier mogelijkheden, ik heb die zo-even
aangegeven, op basis waarvan we met elkaar nog eens gaan kijken welke het beste aansluit bij
een gevoelen dat door een grote meerderheid kan worden gedragen. Wat dat betreft werken
we niet zo dat we dan min of meer zelf dwingend gaan voorschrijven. Ik wil nog een
misverstand van de heer Boer wegwerken. De districtswelzijnsprogramma's worden niet door
de DAO's opgesteld.
De heer BOER
Jawel.
Wethouder VAN RAAK
Neen.
De heer BOER
Jawel, zij moeten daar wel bij betrokken zijn.
Wethouder VAN RAAK
Zij worden daarbij betrokken als het gaat over de invulling voor wat betreft de accommoda
ties. Dat is heel wat anders.
De heer BOER
Maar dan redden zij het niet met vier keer per jaar vergaderen.
Wethouder VAN RAAK
Het is facilitair en niet bepalend.
De VOORZITTER
We gaan over tot besluitvorming. Ik teken hierbij aan dat de toegezegde tekstwijziging:
toevoeging van het woord 'subsidiabele' op pagina 10 van de nota, onder punt a., onderdeel
uitmaakt van de besluitvorming.
Akkoord, met de aantekening dat de fracties van de Parel van het Zuiden en Breda Vooruit
geacht wensen te worden te hebben tegengestemd.