23 JULI 1998 409 wantrouwen' hadden we ook nog kunnen bedenken, dan vind ik dat de toonzetting op zich nog wel meevalt. Waarom zijn wij met deze interpellatie gekomen? Ik heb het zojuist al gezegd: omdat wij de indruk hebben dat wij niet serieus worden genomen, maar dat ook de raad als zodanig, die dit besluit heeft genomen, niet serieus wordt genomen. Het is steeds onze fractie die opnieuw moet aankaarten dat er nog zo'n besluit ligt. In het verleden hebben we moeten ervaren dat de wethouder Milieuzaken het onderwerp niet kende of helemaal niet wist dat het onderwerp aan de orde was. We hebben moeten vaststellen dat in de Gemeentelij ke Milieubeleidsplannen daarvan ook geen actiepunt wordt gemaakt. We zien en we hebben ook de laatste keren gemerkt dat uitsluitend de wethouder Financiën zich met dit onderwerp bezighoudt. In de notitie kunnen we lezen dat het feit dat er geen individuele bemetering is één van de bezwaren is. Drie jaar geleden hebben we er al op aangedrongen om, als dat een bezwaar is en wij zien ook wel dat dat problemen oplevert, dan in ieder geval alvast in de bouwverordening te gaan opnemen dat iedere woning individueel moet worden bemeterd. Dat soort initiatieven zijn volstrekt niet door het college opgepakt. Vervolgens kan worden gecon stateerd dat het twee jaar en zeven maanden duurt voordat ik de zaak weer opnieuw heb aangekaart bij de Kadernota 1999, inderdaad getergd door het feit dat het allemaal zo lang duurt en dat het college niets van zich laat horen. Tijdens een redelijk fel debatje met een teleurgestelde wethouder Van Os probeer ik hem inderdaad een hele concrete toezegging te laten doen. We hebben nog gestoeid over wat nou vóór de zomer was. Is dat 21 juni? Neen, dat was het ook niet. Uiteindelijk heeft hij zich laten ontvallen: dat zijn in ieder geval de laatste commissievergaderingen voordat we met vakantie gaan. Die zijn inmiddels verstreken, en ik moest vaststellen, vandaar ook de interpellatie en de motie, dat u zich ook aan die laatste hele concrete toezegging richting de hele raad niet hebt gehouden. Als ik dan vervol gens vanavond zie dat er ineens wel een collegebesluit ligt, dan heb ik toch sterk de indruk dat dat snel in elkaar is geflanst vanwege het feit dat de interpellatie is aangevraagd, om in ieder geval te kunnen zeggen: het was toch vóór de vakantie, want we gaan volgende week pas met vakantie. Ik vind dat het college zo niet met de raad mag en kan omgaan. Ik vind dat de raad dit serieus moet nemen. Daarom zal de motie in ieder geval gehandhaafd blijven. De heer AD ANK Bij interruptie. Wij hebben drie jaar geleden, niet alleen vanuit sympathie, maar ook om inhoudelijke argumenten, de motie ondersteund. Er zijn toen afspraken met elkaar gemaakt. De heer SCHRODER Het was geen motie, het was een raadsbesluit. De heer AD ANK Er is geen enkele stad in het land waar op dit moment én de juridische én de financiële én in de private sfeer de consequenties zijn doorgerekend, en waar een concreet beleid in het Gemeentelijk Milieubeleidsplan heeft plaatsgevonden. De heer SCHRODER Daar gaat het nu niet om, want dan moeten we op de inhoud De heer AD ANK Neen, neen, ik heb liever De heer SCHRODER Bij interruptie. Dan moeten we op de inhoud van de nota ingaan. En daar gaat het nu niet om. De heer AD ANK Akkoord.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1998 | | pagina 409