7 SEPTEMBER 1998 425 Wethouder VAN BEUSEKOM-NIX Ik denk dat de vergelijking mank gaat. Ik weet niet hoe ik u dat gedetailleerd moet toelichten, maar dat kunt u ongetwijfeld zelf aan. Er is hier sprake van een andere situatie dan in Etten-Leur. Wij zijn uitgegaan van randvoorwaarden die we gezamenlijk hebben vastgesteld en gezamenlijk vaststellen betekent, als je dat in meerderheid hebt gedaan, dat je het in feite toch gezamenlijk hebt gedaan. Het is heel triest, maar zo is het, voor u dan. Ik vind het voor mezelf wel prettig. Dus daarop ga ik verder niet in. De situatie is niet vergelijkbaar en wij hebben gekozen voor het aanhouden van de randvoorwaarden die eerder zijn vastgesteld. Nogmaals, deze zijn: de woningaantallen, de ecologische bescherming van de Bavelsche Leijde versterking en het vestigen van de aandacht hierop, en ook de geluidsvoorziening, wat betekent datje zo veel mogelijk naar de weg toe moet. Op de andere vragen, die zijn gesteld, is eigenlijk door anderen gereageerd. De heer Haarhuis merkte op dat de wal nu erg bruin is. Ik heb geen mogelijkheid gehad om de kleuren daarvoor zelf uit te zoeken. Achteraf ben ik blij dat het geen juichend en schitterend gebracht ontwerp is geworden, zo van: hier gaan we nou eens flink liegen. In feite heeft u de meest kale werkelijkheid gekregen. En het gekke is, dat mensen het dan toch zo ervaren dat ze zeggen: kan dat wel waar zijn? Is er niet mee gemanipuleerd? Dat is niet het geval. Het geeft de hoogtes aan in vergelijking met andere objecten, en ik neem aan dat dat zo eerlijk mogelijk is gebeurd met behulp van de technieken van nu. Ik kan het ook niet helpen. Ik vind groen mooi, ik vind blauw mooi, en bruin heb je af en toe nodig. De heer HAARHUIS Wat ik met mijn opmerking bedoelde te zeggen was dat je een aantal seizoenen hebt en dat, afhankelijk van de vegetatie die je daar gaat kiezen, in de loop van de seizoenen zo'n wal een hele andere aanblik kan hebben. Ik ga ervan uit dat met de betreffende klankbordgroep, waarover u het heeft, keuzes zullen worden gemaakt over de definitieve inrichting, en dat u niet naar een winkel gaat om daar tapijtkleurtjes uit te zoeken. Dat begrijp ik natuurlijk ook wel. Wethouder VAN BEUSEKOM-NIX Dat doen we ook niet. Hier aan de tafel wordt opgemerkt: als het sneeuwt is hij helemaal wit. Ik geef het maar even aan, maar het hoeft natuurlijk niet. Ik ga me ook niet uitleven in allerlei soorten bomen, zoals goudiepen en eiken, want daar komen we wel uit. Ik denk dat we er straks allemaal spijt van hebben dat er niet zóveel plaats is in een klankbordgroep, dat we allemaal kunnen meemodelleren en kunnen meezoeken naar een manier om de wal zo fraai mogelijk te maken. Ik vind de gevraagde aandacht voor de Bavelse kant van de wal heel terecht. Er is geen enkel verlangen om die kant tekort te doen. Ik denk dat het juist een uitdaging is om dat mee te nemen. Alleen is het zo dat er aan de kant van IJpelaar meer invulmogelijkheden bestaan. Ik denk aan de eventuele huizen die erin kunnen, aan een gebouw dat erin kan, en aan weggetjes en paadjes. Het lijkt dus zo dat er meer aandacht voor die kant is, maar misschien is het wel veel meer het vragen van aandacht voor het groen, wat de mensen willen weet ik nog niet, een andere invulling. Er wordt ook gesproken over veel zand en veel vrachtverkeer. Dat vele zand moet ook nog van goede kwaliteit zijn. Ik heb u gezegd dat de kwaliteit veilig is. Men is gemakkelijk geneigd om over de kwaliteit van de grond te zeggen: daar zullen ze wel wat naartoe brengen, dat zal wel een kwaliteit zijn. Het lijkt wel of iedereen hier in huis wat hoort behalve wij, maar dit soort opmerkingen hoor ik ook. Met dit soort veronderstellingen kan ik niets, maar als je iets niet wil, dan worden er zo veel mogelijk van deze zoemcircuits in gang gezet. Ik denk dat ik niet degene ben die waarborgen moet geven, maar dat er een keurmerk bij de grond moet zitten, dat de veiligheid van de grond garandeert. Een andere zaak is het feit dat er heel veel grond zal moeten worden verzet. Er zal ook heel veel vrachtverkeer aan te pas komen. Ik denk dat we heel voorzichtig en nauwlettend in de gaten moeten houden hoe we die grond laten vervoeren, maar rijden is rijden en de enorme hoeveelheden zullen daar wel moeten aankomen. Dus ik kan daarover ook niet luchtig doen door te zeggen dat het wel zal meevallen. Ik denk dat het om heel veel grond gaat. De kwaliteit van de grond en de route met het oog op de verkeersveiligheid moeten in orde zijn. Wat betreft de molen het volgende. Dit punt blijft een discussie, waarop we zullen terugkomen. De stichting zal in de persoon van de heer Hofstegen als adviseur van de molenaar ook in het vervolgtraject hierbij betrokken blijven en het is de bedoeling om in overleg met de molenaar een opdracht aan het bureau te geven. Ook daarin zal

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1998 | | pagina 425