7 SEPTEMBER 1998 427 De heer BOER U zei, dat het niet is meegenomen. Daarop zei ik dat het dan een slechte studie was. Toen zei u duidelijk: ja. Dat staat in de notulen. Wethouder VAN BEUSEKOM-NIX U zult het in breder verband tegenkomen, dus dan zet u maar streepjes onder uw eigen woorden, dan kunt u altijd helemaal gelukkig blijven, maar alleen doe ik daaraan dan niet meer mee. Voorzitter, ik kan het verhaal heel lang maken. Ik kan nog een keer gaan praten over het punt dat er te weinig alternatieven zijn voor het plan, en dan blijf ik herhalen: wat zijn de uitgangspun ten? Wij hebben hier een totaalplan, geënt op uitgangspunten, randvoorwaarden. Wij hebben een plan van kwaliteit, want ik denk dat het een gigantisch werk is geweest om met zulke stringente randvoorwaarden zo'n mooi plan te maken. Daarin hoort ook een aarden wal. We hebben die wal en het plan. TWEEDE TERMIJN De heer AD ANK Een paar korte reacties. Mijn dank aan de wethouder voor de twee duidelijke toezeggingen die we hebben gekregen. De wethouder spreekt over het akoestisch landschap. Dat vind ik toch de terminologie van de heer De Graaf van BNN. Het is gelet op dit project toch iets teveel van het goede. Wij hebben gevraagd om een impressie, dat is het ook geworden, maar een akoestisch landschap gaat mij iets te ver. De heer Kwisthout valt mij een beetje tegen. Ik ben benieuwd naar zijn tweede termijn. Hij heeft in ieder geval op 26 maart 1998 het college als volgt heel lovend toegesproken: "De consequentie is een geluidswal van 15 meter en de keuze is dan: trek je een muur op van 15 meter of probeer je het anders in te richten? Het college heeft hier wat ons betreft de juiste oplossing gekozen. Met een glooiende parkachtige zijde aan de kant van de bebouwing valt in ieder geval wel iets heel moois te maken.Hij heeft heel profetische woorden uitgesproken. In de richting van de voorstellen van Henk Haarhuis, spreekt hij ook nog over "prozaïsche bosschages aan de kant van de weg, dan kan toch deze noodzakelijke inpassing enzovoorts, enzovoorts. Het zijn uitermate lovende woorden. Wij waren daarover razend enthousiast, dus ik ben benieuwd of hij in tweede termijn alsnog als het zonnetje in huis, maar dan misschien met wat tegenlicht in onze richting, met dit voorstel akkoord gaat. De heer KWISTHOUT Voorzitter, als u het goed vindt, wacht ik daarmee niet tot de tweede termijn. Ik zal de heer Adank direct antwoorden. Ik ben begonnen in mijn verhaal met de constatering dat wij niet tegen de aarden wal zijn, en dat er best iets van te maken is. Wat toen aan de orde was, was een voorbereidingsbesluit. Daarmee hebben wij ook ingestemd, omdat wij de aarden wal in principe daar noodzakelijk achtten, maar hier gaat het om een artikel 19-procedure en hier wordt een besluit genomen op basis van een aantal schetsen waarbij niet eens duidelijk is hoe die wal eruit gaat zien. Daarom zullen wij hier tegen stemmen. De heer ADANK Maar wij wisten de procedure bij het vaststellen van het voorbereidingsbesluit op 26 maart. Hierover was uitgebreid geïnformeerd, gecommuniceerd en doorgebriefd, enzovoorts, gewoon in het Nederlands overigens. In de richting van de heer Van der Westerlaken, het volgende. Ik onderschrijf wel zijn zorg. De Lange Bunder hoeft niet in beeld te komen, maar ik denk dat wij als raad goed in de gaten moeten houden of je via de A 27, de nieuwe A 58 of de A 16 deze kant opfietst. Het moet veilig gebeuren, dus in die zin ondersteunen wij van harte de opmerkingen van de heer Van der Westerlaken. In de richting van GroenLinks, het volgende. Men moet toch nog één maal de randstadproblematiek niet blijven projecteren op het Brabantse. Dat is een ander verhaal, het gaat om andere uitgangspunten. Wij hebben onze eigen bestuurlijke verantwoordelijk heid.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1998 | | pagina 427