24 SEPTEMBER 1998 461 213. PLANSCHADEVERGOEDING EN HET VERZOEK IN HANDEN STELLEN VAN DE SCHADEBEOORDELINGSCOMMISSIE. 214. VOORBEREIDINGSBESLUIT VOOR EEN PERCEEL GELEGEN AAN DE ETTENSE- BAAN/NIEUWE HEILAARSTRAAT. Akkoord. 215. VOORBEREIDINGSBESLUIT VOOR HET NOORDELIJKE GEDEELTE VAN HET KASTEELPLEIN De heer DE ROOS Binnen onze fractie is dit een vrije kwestie geworden. Ook binnen de gemeenschap van Breda is dit een beetje een vrije kwestie. Het gaat hier om het verplaatsen van het ruiterstandbeeld en om de verandering van de sokkel van dat beeld. Daarvoor blijkt een wijziging van het bestemmingsplan nodig te zijn, vanwege de hoogte van de uiteindelijk te realiseren gewijzigde plaats aan de noordkant van het Kasteelplein. Ik heb daarmee niet zoveel problemen, het is jammer dat het nogal lang heeft geduurd, want het voornemen om die verplaatsing te realiseren werd al begin 1995 uitgesproken. Hoe dan ook, wat mij betreft, en ik kan voor mijzelf spreken, ik ben voor dit raadsvoorstel, maar mijn zeer gewaardeerde fractiegenoot Christ Crul heeft een andere mening, en die wil hij ook nog even laten horen. De heer CRUL Dit betreft meer een persoonlijke stemverklaring. Ik vind eigenlijk datje standbeelden niet moet verplaatsen. Als een standbeeld er eenmaal staat, dan moet dat er ook maar blijven staan. Ik zou er ook niets op tegen hebben als het helemaal verdween. Maar ik vind het onjuist dat er weer geld aan wordt uitgegeven. Ik heb een persoonlijke affectie voor dat standbeeld. Misschien weet de heer Van Raak nog wel dat koningin Juliana in Breda is geweest om het Praathuis te openen. Dat is het huis waarin nu de heer Ouwerkerk, met toestemming van De Parel, woont. Luce Paulussen en ik vormden het ontvangstcomité om koningin Juliana in de stad rond te leiden. We moesten naast haar lopen, ieder aan een kant. Vroeger gebeurde dat zo, dat was democratisch, niet alleen de burgemeester deed dat, maar ook raadsleden. Tijdens die rondwandeling passeerden wij het standbeeld op het Kasteelplein. Koningin Juliana vroeg aan ons: wie staat daar op? Wij wisten dat geen van allen, ook al de hotemetoten en ambtenaren die erbij waren wisten dat niet. Daarom vind ik persoonlijk dat het daar moet blijven staan, want dat herinnert mij aan die zaak. Er is enige fractiediscipline, dus ik stem toch maar met het voorstel in. De heer KWISTHOUT Ik vind het argument van de heer Crul om het standbeeld daar te laten staan heel goed en een verrijking van mijn argument. Het argument van de SP-fractie is wat eenvoudiger. Wij zien de meerwaarde van een verplaatsing niet in, maar wij zien wel de kosten die daarmee zijn gemoeid. Wij zijn er voor om het te laten staan op de plaats waar het nu staat. De heer VERPAALEN In de commissie heb ik reeds gezegd dat ik in dubio stond, maar uiteindelijk vind ik dat het daar kan blijven staan, omdat een verplaatsing geen meerwaarde heeft. Bovendien vind ik de sokkel lelijk. Daarom zijn wij tegen dit voorstel. De heer BOER In de commissie waren wij niet aanwezig. Wij hebben steeds moeite gehad met de combinatie van een paar eeuwen wat betreft Las Lanzas en Willem III. Ze hebben niets met elkaar te maken, dat hebben wij destijds ook tijdens de rondwandeling tegen wethouder Oomen gezegd. De sokkel hoort bij het beeld. Dat is een eenheid. Als je het verplaatst, dan moet je het in zijn totaliteit verplaatsen. Wij zien de noodzaak van het verplaatsen niet in, omdat op de plaats waar het komt

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1998 | | pagina 461