22 OKTOBER 1998 478 gronden door Heijmans en Amstelland te koop worden aangeboden aan de gemeente. Het initiatief lag aan hun kant. De heer BOER Bij interruptie. De VVD is zich er toch wel van bewust dat de aankoop van deze gronden door de gemeente is gebonden aan het stopzetten van de gerechtelijke procedure? Als de gemeenteraad vanavond negatief besluit, dan zal de gerechtelijke procedure worden voortgezet. Eigenlijk is het gewoon chantage. En u gaat daarmee akkoord? De heer TAKS Dat zijn woorden van de heer Boer, en ik neem die zeker niet over. Er is zeker geen sprake van chantage. De heer LEUNISSE Dat zijn woorden van de Parel van het Zuiden. De heer TAKS Natuurlijk, van de Parel van het Zuiden. U bent inderdaad de grote leider van die partij, begrijp ik. U zet de puntje op de i. Dat is heel goed. Het is de Parel van het Zuiden. Ik was wat onzorgvuldig in mijn uitdrukking. Maar minder onzorgvuldig dan de heer Boer met zijn opmerkingen over het woord chantage. Bij de verdere beoordeling is voor ons van belang dat het initiatief om de grond aan te bieden aan de gemeente Breda van de projectontwikkelaars kwam. De verwerving past volledig in het actief grondbeleid. De gronden kunnen worden benut als noodzakelijke natuurontwikkelingsgrondenen de overeengekomen prijs is de gangbare prijs, dus volstrekt acceptabel. Het is een goede zaak dat met het oog op het natuurlijke spanningsveld, dat bestaat tussen ruimtelijke ordening en grondbeleid, nadere afspraken zijn gemaakt met betrekking tot de ambtelijke organisatie, die een goede afstemming van de woningbouwproductie binnen het grondbeleid garanderen. Wij hebben daarvoor grote waardering. In de commissie ECG is hierover uitgebreid gesproken. Tenslotte spreken wij onze waardering uit voor de door het college gevolgde aanpak om tot dit voorstel te komen, met name voor de eerstverant woordelijke wethouders, de heer Gielen en mevrouw Van Beusekom. De heer SCHOENMAKERS Het was voor onze fractie moeilijk om een goed en juist beeld te krijgen over al datgene wat zich rond de verwerving van de gronden in het gebied boven de Bredestraat heeft afgespeeld. Het gaat voor een heel belangrijk deel terug naar een periode waarin onze fractie nog geen bestuursverantwoordelijkheid droeg. Dat ontslaat ons echter allerminst van de verplichting om goed te bezien welk standpunt wij nu moeten innemen. Het is de taak van iedere fractie, ook van een coalitiefractie, om het college kritisch te volgen. In de eerste plaats moet ik de raad van 1996 een compliment geven dat hij bij het vaststellen van het stedenbouwkundig plan zich niet heeft laten leiden door datgene wat er in de verwerving van de gronden boven de Bredestraat is gebeurd, maar dat hij een beleid heeft vastgesteld dat goed was. Wij hebben ons met het dossier zeer intensief beziggehouden. Uit de stukken die het college ter beschikking heeft gesteld, de verslagen, de artikelen, het getuigenverhoor bij de rechtbank, de antwoorden op artikel 48-vragen, contacten met anderen en ambtenaren menen wij toch een vrij goed beeld van de situatie te hebben gekregen. Wij menen ook te moeten constateren dat er in dezen sprake is van een ondoorzichtige overlegstructuur, waardoor allerlei geruchten en speculaties vrij spel krijgen. Op zich is dat een slechte zaak. In deze raadsperiode is er noch in de commissies, noch in de raad over deze kwestie van gedachten gewisseld. Wij zijn blij met de toezegging van wethouder Gielen dat er gediscus sieerd gaat worden over de procesgang van bouwprojecten, waarbij de gemeente wordt betrokken en de rol van de raad en het ambtelijk apparaat in dezen. Wij wachten deze notitie met belangstelling af, en wij verwachten dat ook hieruit maatregelen zullen volgen, die voor een goed verloop van belang zijn. Wij achten dit van groot belang voor de controlerende en besturende raad in dezen. Projectontwikkelaars die gronden aankopen weten natuurlijk heel goed dat men

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1998 | | pagina 478