22 OKTOBER 1998 514 van plannen. Een voorbeeld daarvan is het bestemmingsplan Chasséterrein. Met betrekking tot het amendement van de coalitiepartijen inzake de Ginnekenweg kan ik zeggen: het doet geen zeer. Je zou het zo kunnen voelen, want de vrijstelling is bij wet toegekend aan het college als zijnde een bevoegdheid van het college. In dit specifieke geval vind ik het heel logisch dat zich dit hier voordoet. Er is hier geanticipeerd op een artikel 19-procedure. De raad had dit punt aan zich getrokken. U geeft hiermee aan dat dit zo'n gevoelig gebied is, dat u daarbij te allen tijde betrokken wilt zijn. Ik vind dat geen punt. Ik wil het college aanraden het amendement over te nemen, en ik hoop ook dat de invulling niet te lang duurt. Ik wil erop wijzen dat dit eerder is voorgekomen, namelijk bij het plan Zuid-Oost en ook bij Valkenhorst. Ik kan me de commotie nog herinneren toen wij daarmee terugkwamen naar de commissie. De hele commissie greep in haar haren en zei: wat hebben we nu? Een vrijstelling hoort toch bij het college? Maar ik hoop dat deze invulling zo vlug gaat, dat iedereen nog weet waarover we het hebben. Ik vind het terecht, ik heb er helemaal geen moeite mee, en, het college kennende, neem ik aan dat het zich daarbij kan aansluiten. De discussie over de Heilig Hartkerk is, denk ik, niemand vreemd. Die is hier vaker gevoerd. Het streven is daarbij dat de kerk wordt behouden. U mag ook in het voorstel lezen dat het college helemaal niet van plan is om de kerk te slopen. Anderzijds, iemand heeft het recht om te slopen, mits hij met een goed plan komt. Als u zegt: "wonen" moet worden geschrapt en de bijzondere doeleinden moeten weer worden opgenomen, dan wijs ik u erop dat dat lood om oud ijzer is, want dat geeft evenzeer de bevoegdheid om te slopen. Dat maakt dus niets uit. Ik wil dit amendement dan ook ontraden. TWEEDE TERMIJN De heer ADANK De amendementen die zijn ingediend, zijn door de wethouder, namens het college, van een antwoord voorzien, waarmee in ieder geval onze fractie kan leven. De heer HAARHUIS Ook ik heb niet zoveel opmerkingen. Met betrekking tot het amendement van GroenLinks inzake de Ginnekenweg het volgende. De bedoeling die de commissie had bij het verzoek om nog eens goed te kijken naar de formulering van dat stukje uit het bestemmingsplan, was er natuurlijk op gericht om te kijken of we met elkaar, zonder alles te blokkeren, toch ruimere mogelijkheden konden creëren om een kwalitatief zo goed mogelijke invulling te krijgen. Ik kan me voorstellen dat je daar winkels van 400 vierkante meter wil hebben, ik kan me ook voorstellen dat het er enkele van 500 vierkante meter worden en nog enkele die kleiner zijn. De bedoeling die we daarbij uitdrukkelijk hadden, was dat er iets meer mogelijkheden werden gegeven, zodat je wat ruimer kunt omgaan met de bevoegdheden die daarvoor in het bestemmingsplan vastliggen, waardoor je de kwaliteit van het gebied kunt verhogen. Ik wil het daar eigenlijk bij laten. Ik ben ook tevreden met het amendement dat wij daarover hebben ingediend. Zowel de verkeerstechnische als de bijkomen aspecten zullen niet met boterzachte maar met stevige visies onder controle kunnen worden gehouden. De VOORZITTER Wij houden van mensen die tevreden zijn over hun eigen actie. Mevrouw KREMERS Ik kan me aansluiten bij datgene wat de heer Haarhuis heeft gezegd over het amendement van GroenLinks inzake de Ginnekenweg. Met betrekking tot het amendement inzake de Valentijnlaan heeft de wethouder mij er toch niet van kunnen overtuigen dat er een noemenswaardige inbreuk op het karakter van die stadsrand plaatsvindt. Wij zijn dan ook van plan om dat amendement van GroenLinks te steunen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1998 | | pagina 514