22 OKTOBER 1998 530 gelijk krijgen. Verder vinden wij het absoluut geen taak van de gemeente, en dat hoor ik toch een beetje van de PvdA en dat verbaast ons toch wel, om een soort ontwikkelaar te worden, en verhuurkantoren te gaan bouwen. En dan ook nog met de illusie dat de gemeente dat beter doet dan het bedrijfsleven. Dat zou je beter aan bijvoorbeeld Van Opstal kunnen overlaten. Het wordt dan geen mooi gebouw, maar als we het zelf doen wordt het ook geen mooi gebouw. Wat dat betreft maakt dat dus niets uit. Uit ons betoog mag duidelijk zijn dat wij niet voor zijn, en wij dienen daartoe een motie in. De VOORZITTER Door de heer Boer is een motie ingediend. Deze voldoet aan de formele vereisten, is voldoende ondertekend en maakt onderdeel uit van de beraadslagingen. De door de heer Boer, namens de fractie van de Parel van het Zuiden, ingediende motie luidt als volgt: MOTIE (5) De leden van de raad der gemeente Breda, gelet op artikel 31 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van de raad der gemeente Breda; stellen de raad voor zich uit te spreken als volgt: De raad der gemeente Breda, in vergadering bijeen ter behandeling van het voorstel van burgemeester en wethouders inzake de uitbreiding stadskantoren; overwegende dat: - onnodige verkeersbewegingen binnen de singels moeten worden voorkomen; - daarom de stadhuizen van Ulvenhout, Bavel, Teteringen en Prinsenbeek meer moeten worden gebruikt voor onder andere paspoorten, verhuizingen, huwelijken, meldpunten et cetera; - deze stadhuizen daarom moeten worden opgeknapt en desnoods uitgebreid, zodat er meer ambtenaren kunnen worden gehuisvest; - het argument, dat er dan een slechte communicatie zou zijn tussen de ambtelijke diensten, gezien de huidige stand van de techniek kan worden afgewezen; - dit minstens 20 miljoen minder kost dan stadskantoor III (Ia); - het in eigen beheer bouwen van verhuurkantoren geen kerntaak is van de gemeente; - eraan moet worden getwijfeld dat stadskantoor III (Ia) voor 45 miljoen kan worden gebouwd; besluit: dit college op te dragen een nieuw voorstel te maken op basis van bovenstaande overwegingen; en gaat over tot de orde van de vergadering. De heer KWISTHOUT Op de eerste plaats mijn excuses in de richting van de wethouder, omdat ik, in verband met een verblijf in het buitenland, niet bij de advisering van dit punt in de commissie aanwezig kon zijn. Ik was wel aanwezig toen dit onderwerp voor de eerste keer in de commissie werd besproken. Ik denk dat ik daarom wel enig recht van spreken heb. Ik zal vrij kort zijn. De argumenten van het college om 45 miljoen uit te geven, er moet echter nog van alles worden beslist, hebben ons niet kunnen overtuigen. Ik bedoel daarmee met name de hoogte van het bedrag. Wij zijn er niet van overtuigd dat het niet mogelijk is om de deelstadskantoren beter in te zetten door

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1998 | | pagina 530